En wat het overgaan van junioren naar senioren aangaat, ben ik er voor, om een goede junior de lagere senior-elftallen te laten overslaan en direct te proberen in een van de vier hoogste elftallen. Dat werkt stimulerend en er is dan sprake van een zekere wisselwerking. Geloof je dat A.F.C. in de jaren zestig ook zulke glanzende successen geboekt zou hebben als wij aan de Wandelweg hadden kunnen blijven? „Dat is een moeilijke vraag. Natuurlijk is de verhuizing naar Sportpark „Goed Genoeg" een geweldige stimulans geweest. Die prachtige accommo datie heeft een magnetische aantrekkingskracht op de sportjeugd van Zuid en van Buitenveldert. Maar ik kwam bij A.F.C. twee jaar vóór de verhuizing en toen was de club in opmars een opmars die, dacht ik, toch niet meer te stuiten zou zijn geweest. En dat is voor een belangrijk gedeelte te danken aan het Bestuur met zijn onvolprezen voorzitter Kappelhoff. Ik aarzel niet om het Bestuur als een der sterkste bestuurscolleges van Nederland te beschouwen vooral omdat het beseft dat Sport niet alleen een kwestie is van cijfers en resultaten maar primair van mensen." „Je bent nu bijna tien jaar trainer bij ons. Dat is vrij lang voor een trainer, niet waar?" „Ach, wat is lang bij A.F.C. Deze club is als het ware een beetje tijdloos. Ga eens na hoeveel „dienstjaren" als ik het zo mag noemen ver schillende bestuurs- en commissieleden achter hun naam hebben staan, dan krijg je een idee van de continuïteit in de leiding bij A.F.C. en dat is tevens een verklaring van haar kracht." „Tenslotte deze vraag. Je hebt eigenlijk je hele leven in je vrije tijd in de He( nieuwe Goed Genoeg voetballerij gezeten. Als adspirantje bij V.V.A., dan bij Ajax waar je eindigt Het carillon wordt aangebracht als aanvoerder van het Nederlandse Kampioenselftal, dan trainer bij Zee- burgia en tenslotte trainer bij A.F.C. waarmee je in enkele jaren enige kam pioenschappen beleeft. Je kent de voetbalwereld door en door. Wat is het beste advies dat je dit 75-jarige A.F.C. met haar fascinerende historie voor een succesvolle toekomst zou willen meegeven?" Trainer Gé van Dijk aarzelt geen ogenblik: „Ik zou A.F.C. vóór alles willen adviseren haar eigen aparte sfeer te handhaven. Men zei mij vroeger wel 117

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jubileumboeken | 1970 | | pagina 125