Bij deze vloedgolf heeft ook A.F.C. natte voeten gekregen. Wij verloren al in die eerste jaren een paar goede spelers aan betalende verenigingen. Och, wie nam het hen kwalijk dat zij hun maandelijkse budget wat aandikten zodat hun gezin zich wat ruimer kon bewegen. Alleen; wij zelf deden er niet aan mee. Want hoe was nu het standpunt van A.F.C. geweest in die jaren van Sturm und Drang" naar het professionalisme? Natuurlijk waren wij pur sang amateurs en getuigden daarvan bij alle voor komende gelegenheden. Voor die getuigenissen zal ik dikwijls uit de Scha kel moeten citeren, want die kan nu beschouwd worden als een soort van logboek in stormachtige tijden. Zo vinden wij kort na die beruchte Bonds vergadering van 98 tegen 1 in de Schakel van januari 1952 een stukje op rijm van Jhr. Van Rossem de Gaulin, waarin hij o.a. zegt: ,,Er was laatst vergadering, en tot elks verwondering gingen clubs er tegen stemmen om beroepsvoetbal te remmen. Dat zijn voetbaljokkebrokken die op arme club jes gokken en het valt hier te betreuren amateurswetten besmeuren." En iets verder voorspelt hij ,,dat het voor de profs straks feest isde schijn heiligheid geweest is." De toenmalige redacteur voegt er in een onderschrift aan toe: dan zeg ik met zekere huiver: Dank u wel, wij blijven zuiver. Hoofd omhoog, de buidel plat. Vrijheid is de grootste schat!" Dat is alvast een ondubbelzinnige stellingname. Tussen twee haakjes, dit is hetzelfde seizoen, waarin wij weer eens langs de afgronden der degradatie balanceren en waar we op de voorpagina van de Maart-Schakel, dus tegen het eind van het seizoen, een angstige opwek king lezen onder de titel ,,Een laatste woord". Wat ons de laatste jaren her haaldelijk boven het hoofd heeft gehangen, dreigt straks te gebeuren: ons tweedeklasserschap hangt aan een zijden draad. Slechts één ding kan ons nog redden: een sterk moreel." Nou, dat heeft ons dat jaar dan weer eens op het nippertje gered. Een nipte overwinning op Helder (onder protest) en onze laatste wedstrijd tegen O.S.V. brachten ons deze reis in veilige haven. Het jaar daarop brengt ons de rust van een plaats midden op de ranglijst, maar de onrust van een steeds heviger wordende strijd tussen pro- en anti-betaling. A.F.C. is voor een openlijke betaling aan spelers, mits de clubs, die dat doen, in een afzonderlijke categorie worden ingedeeld. In de 100

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jubileumboeken | 1970 | | pagina 108