dat ik als lid van A.F.C. werd aangenomen. Dat briefpapier zag er toen nog lang
niet zoo verzorgd uit als tegenwoordig. 'tWas slechts een half velletje papier met
een groot A.F.C.-stempel erop. Daar ging eerst nog wat aan vooraf. A.F.C. had toen
feitelijk veel te weinig leden en begon te zoeken naar Juniores. Vanzelf was ik ais
broer van Schaf allang „voorbestemd" om in A.F.C. te komen. Trouwens, lid of geen
lid, ik trok toch reeds overal mee. Maar „de groote heeren" hadden al van mijn spel
gehoord en zouden eens komen kijken. Ons schoolelftal zou n.l. op zekere Zondag
morgen tegen een ander schoolelftal uitkomen en wel op een terrein bij de P. C.
Hoottstraat, waar nu de Rijkspostspaarbank staat, in de van Baerlestraat. Ik stond als
rechtsback opgesteld en het ter leen gekregen voetbalbroekje was wat aan den
wijden kant; de toeschouwers hoorde ik steeds maar lachen, vooral als ik in actie
was. Enfin, het resultaat was, dat ik weldra als lid van A.F.C. werd aangenomen.
Eerst werd ik opgesteld in het fweede elftal, doch lang duurde het niet, want al
heel gauw verhuisde ik naar het eerste elftal als links-binnen.
Daarna heb ik nog vele jaren de rood-zwarte kleuren in het eerste als rechts-half
mogen helpen verdedigen.
Even verder snuffelen (het blijven maar grepen). Ja, daar heb ik nog een elftal-foto,
gedateerd 29 October 1905, gespeeld tegen V.V.V. om het Gouden Kruis, door ons
gewonnen met 10. Hier is het elftal:
Brandts
Frans v. d. Lee Chris Klomp
Peet Scheepens Dirk Ouwehand Schaf Scheepens
Pasteuning Togneri Jan van Gessel Kruik Overeem Blickman
Een team, dat in die dagen tot heel wat in staat was. Dan zie ik nog uitslagen van
wedstrijden, gedateerd van 1902 tot 1905, met de opstelling van de spelers erbij.
Toch leuk, dat alles nog eens door te kijken. Verder een liedje, gemaakt door Wim
van Amstel, waar in een paar spelers bezongen worden op de melodie van „Adele".
Voorts een programma van ons 9-jarig bestaan en dan het tien-jarig feest. Nou, dat
was een knalfuif. We hebben toen een heele revue opgevoerd, waarvan de Heer
Holtzappel Sr. de auteur was. Weet je 't nog Oompie van Huipie „je moet maar
wanboffen". Een heel goed geslaagd nummer.
M'n blik valt op een inteekenlijst met allemaal handteekeningen voor een bijdrage in
de aanschaffingskosten van een medaillekastje. De door ons behaalde medailles
werden tot dusverre in een sigarenkistje opgeborgen; later, toen dit val was, kwam er
een tweede aan te pas. Nu, dat was toch feitelijk geen gezicht en hoe zou 't, we
hadden in de serie-wedstrijden van Be Quick te Zutfen de finale weten te bereiken
en een zilveren lauwerkrans mee naar Mokum gesleept. We wonnen van U.D.I. met
niet minder dan 50 en populair dat we waren; we werden door het publiek van
het veld naar de kleedkamer gedragen I Enfin, om op die inteekenlijst terug te komen,
de opbrengst was zoo groot, dat er een mooi medalle-kastje kwam. Er bleef nog
wat over ook en daar werd een geldtrommeltje voor onzen len Penningmeester voor
gekocht.
Het feestvieren had een dergelijke hoogte bij ons bereikt, dat het noodig werd
geacht, dat in het programma van het 12y2-jarig feest, de 10-A.F.C.-geboden werden
afgekondigd.
131