GREPEN UIT DE A.F.C.-HISTORIE De Oprichting De eerste Competitie Naar den N.V. B. 9 In den winter 1894'95 had de voetbalsport reeds een groote vlucht genomen; zeer zeker in Amsterdam, waar R.A.P. de toonaangevende en vrijwel onverslaanbare club was, waar Volharding een groote rol speelde en waar verder bekende clubs als A.V.V., E.D.O., Swift, etc., hun aandeel hadden aan een bloeiend hoofdstedelijk sportleven. Vooral bij de jeugd was het voetbal buitengewoon populair en clubs verrezen als paddestoelen uit den grond. Ook Schaf Scheepens, Frits Bernhard, Hylkema (de latere s-p. van den N.V.B.) voelden zich tot het spel aangetrokken en zij besloten zittende op den legendarischen „waschmand", tot de oprichting van een voetbalclub. Het schijnt, dat de meeste debatten geloopen hebben over den naam dien men aan de nieuwe vereeniging zou geven. De mooiste namen werden bedacht zelfs „Minerva" en „Cleopatra" doch ten slotte hakte Schaf den knoop door, en wist met evenveel zelfvertrouwen als kijk op de toekomst zijn idee: de Amsterdamsche Football Club door te zetten. Men speelde op een terrein in hot Willemspark, doch dit veld zou nu niet direct in aanmerking geko men zijn voor het spelen van internationale ontmoetingen, wanthet was aan de Zuidzijde 50 Meter en aan de Noordzijde 30 Meter breedDit verhinderde niet, dat er met veel animo gespeeld werd tegen clubs als M.E.O., II.E.O., etc. Seizoen 18951896 nam men nog geen deel aan de competities, doch men legde zich toe op het spelen van vriendschappelijke wedstrijden. Ook met clubs van buiten werd contact gezocht en toeren naar Bussum en Alkmaar vormden het hoogtepunt van het seizoen. Toch zou dit niet regelmatig uitkomen in competitieverband gevaarlijk blijken te worden, want in 18961897 lag A.F.C. „op apegapen". Doch Hein Brass, Frits Bernhard, ter Veer en Schaf hielden moedig vol en wisten zooveel getrouwen om zich heen te verzamelen, dat in 1897 kon ingeschreven worden voor de 2de klasse competitie van den Amsterdamschen Voetbalbond. Dit eerste uitkomen in de competitie bracht vrijwel niets anders dan nederlagen en de laatste plaats. De cijfers van dit eerste competitiejaar luiden als volgt: Ret wag -n zwarte met rooden sjerp> dat dit vrij troostelooze resultaat geboekt werd. Inmiddels had men langzamerhand vasten grond onder de voeten gekregen, want men beschikte over 37 werkende, 2 ondersteunende en 3 buitengewone leden, die hun hart aan de 3-jarige A.F.C. verpand hadden. In 1898 werd de competitie gesplitst met het gevolg, dat A.F.C. slechts 4 tegenstanders kreeg, n.l. Swift II, E.D.O. II, Volharding II en de Germaan. Dit kwam natuurlijk de voetballerij allerminst ten goede, doch men was hiertoe overgegaan, om verschillende vereenigingen, die daartoe den wensch te kennen hadden gegeven, in de gelegenheid te stellen, zoowel in den N.V.B. als in den A.V.B. uit te komen. Hein Brass werd in dit jaar gekozen tot 2den secretaris van den A.V.B. De annalen maken ook dit jaar melding van slechts één overwinning en dat was nog slechts een papieren overwinning, daar Germaan verstek lïet gaan. Doch het laatste jaar van de negentiende eeuw zou verbetering brengen. Bij de eeuwwisseling stond A.F.C. ongeslagen bovenaan, al moest tenslotte de vlag gestreken worden voor Swift. A.V.V. 12 9 1 2 54—12 19 Swift II 10 7 1 2 35—16 14 Volharding II a 9 5 1 3 35—19 11 Volharding II b 12 5 1 6 24—41 11 E.D.O. II 8 4 4 13—17 8 Quick II 12 3 1 8 30—27 7 A.F.C. 11 1 1 9 8—68 3 Men had uit de resultaten van het seizoen 18991900 zooveel moed geput, dat men dorst in te schrij ven voor de competitie van den N.V.B. Het ging toen wel héél wat gemakkelijker dan tegenwoordig. Wan neer men zich sterk genoeg voelde om in den N.V.B. te spelen, dan schreef men in en werd door den grooten Bond met open armen ontvangen! Van 2e klasse A.V.B. naar 2e klasse N.V.B. il n'v avait qu'un pas en we schijnen wel zoo aan die 2e klasse verknocht geraakt te zijn, dat we van de 35 seizoenen, die we in den K.N.V.B. hebben doorgebracht, 31 seizoenen in de 2e klasse uitkwamen. Deze inschrijving in den N.V.B. dorst men ook daarom aan, omdat men een niet onbelangrijke versterking had gekregen. S.I.O.D. meldde zich „en bloc" bij A.F.C. aan, waardoor men zelfs met twee elftallen kon uitkomen. Dat uitkomen van het tweede elftal was wel een beetje brutaal en die brutaliteit werd dan ook op de hiernaast gememoreerde wijze afgestraft: Volharding III 6 5 1 10 60—9 Ajax 6 5 1 10 23—7 D.O.S.B. 6 2 4 4 13—19 A.F.C. II 6 6 1—62

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jubileumboeken | 1935 | | pagina 13