ONS DOEL.
Wanneer wij 's Zondags 't veld op stappen
Om even nog een bal te trappen
Vóór dat het spel begint,
Dan gaat er bij 't naar buiten treden
Een bange rilling door elks leden:
,,Als A.F.C. maar wint!"
Want dan bedenken wij heel even
Dat haast een dertigjarig leven
Die club tezamen bindt,
En dat wij, elven, thans vermogen
Haar naam, haar plaats weer te verhoogen,
,,Als A.F.C. maar wint!"
Dan denken wij niet aan ons zeiven;
Dan zijn wij samen met ons elven
Eén lichaam, eensgezind!
Wij kennen dan gevaar noch klachten,
Maar ons bezielt slechts de gedachte:
,,Als A.F.C. maar wint!"
Bij God! Wij laten niet verscheuren
Die oude rood- en zwarte kleuren
Die elk van ons bemint.
Vooruit! Zet op elkaar je tanden,
Haar toekomst ligt in onze handen!
Dat A.F.C. weer wintNICO.
BIJ 'T OUDE JAAR.
Wanneer het nieuwe jaar gaat komen,
En 't oude haast heeft afgedaan,
Dan gaan wij mijmeren en droomen,
Hoe het verleden is gegaan.
Dan zien we weer zoo heel veel dingen,
Die 't oude jaar ons heeft gebracht,
En elk denkt aan de zegeningen,
Die hij in 't nieuwe jaar verwacht.
Als door de laatste twaalf slagen
Het nieuwe jaar wordt ingeluid,
Dan heeft een elk wel iets te vragen,
Een stillen wensch, dien hij niet uit.
De een vraagt veel geluk in zaken,
Geluk in huis vraagt nummer twee;
Maar zou er één zich zorgen maken
Voor het geluk van A. F. C.?
En van hen, die luidruchtig klinken
Aan 't vroolijk oudejaarssouper,
Zou van hen één een teugje drinken
Op 't welzijn van ons A. F. C.?
Ons A. F. C., dat zooveel jaren
Al heeft zien komen en zien gaan,
Dat zich nog steeds wist te bewaren,
Maar dat nog steeds vecht voor 't bestaan.
I
i
Vrij tegen onvrij.
A.F.C,-ers, begunstigt onze adverteerders!
22