DE AFC’ER 72 DE AFC-ER Wat moest je op poten zetten? “De volledige leerlijn en de voetbalvisie van AFC met betrekking tot het opleiden van spelers was toe aan een upgrade. Dit moest gedaan worden voor de certificering van de KNVB. In de zomer van 2020 zijn we weer benoemd tot Regionale Jeugdopleiding en de rode draad van deze certificering was de leerlijn en voetbalvisie. Deze heb ik samen met een aantal AFC’ers geschreven en inmiddels werken we er nu een jaar mee. Belangrijkste vragen voor de leerlijn en visie zijn: Hoe willen we trainen? Hoe willen we spelers opleiden?” Kun je een tipje van de sluier oplichten? “Het is een document van 45 pagina’s geworden, een aardig boekwerk. Ik ben er trots op. Voetbal verandert. Het document dat er was, zag er goed uit voor vijf jaar geleden. Inmiddels was het gedateerd. Het is nu populair om vanuit voetbalprincipes te trainen. Daar hebben we op ingehaakt. Van de O8 tot en met de O18 wordt er vanuit dezelfde gedachte spelers ontwikkeld en dat is leuk om te zien, maar ook essentieel voor een vereniging als AFC. We hebben inmiddels een videosysteem, een video-analist en een Performance Trainer. Een ander speerpunt is biologische leeftijdstraining. Men merkt dat wanneer je alle elftallen naast elkaar houdt, en daar dan 18 spelers van neemt, dan komen de mééste spelers uit de eerste drie maanden van het geboortejaar. Wat je dus ziet, is dat iemand uit de eerste drie maanden niet per se beter voetbalt, maar in de jeugd maakt het fysiek nogal verschil als je in de laatste drie maanden van het jaar geboren bent. Daar moet je een visie voor ontwikkelen. Je kan iemands biologische leeftijd uitrekenen en kijken of er al sprake is geweest van een groeispurt. Dan kan het dus interessant zijn om een kleine 15-jarige met 14-jarigen te laten trainen.” Hoe zie je het komende seizoen vanuit jouw functie? “We hebben een aantal doelen gesteld in samenspraak met de jeugdcommissie. In plaats van tien punten tegelijk aan te pakken, kiezen we eerst drie duidelijke punten en proberen daar goed op te scoren. Dat is beter dan op tien punten een zesje scoren. Een van de dingen is dat we komend seizoen biologische leeftijdstraining opstarten. Ander punt is samenwerking tussen trainers in de breedste zin van het woord. Dus minder spreken over 'het zijn mijn spelers’, en meer over 'het zijn spelers van AFC en je hebt als trainer een groepje tot je beschikking’. Van de vele mooie eilandjes die we hebben, wil ik met alle betrokkenen, een groot mooi land maken. Als wij het nodig achten dat een speler met een hoger team meedoet, dan zal het misschien conse quenties hebben voor het team van zijn geboortejaar. Dat is dan maar zo. Dat is inherent aan ontwikkelen. Meer ontwik kelingsgericht denken dan prestatiegericht. Uiteindelijk zal dat resulteren in gewenste resultaten met als lange termijn doel om meer eigen jeugd de kans te kunnen geven bij AFC 1 door het van onderaf beter aan te pakken, zoals we het nu doen.” e puzzelstukjes vielen vorig jaar in elkaar voor Donovan van Dam. Het is zijn achttiende seizoen bij AFC, niemand minder dan Uli Landvreugd gaf ooit het groene licht 'dat ze die jongen toch maar moesten aannemen voor de B1’. “Vervolgens ging ik daarnaast een team trainen en dat liep uit de hand,” lacht Van Dam. “Bijna alle jeugdelftallen heb ik training gegeven, de Zondag 2 en nu ben ik voor het tweede seizoen Hoofd Jeugdopleidingen. Mijn ambitie lag er en er kwam ruimte. Het enige voordeel van de coronaperiode was dat ik vanaf half maart 2020 tijd had om alles op poten te zetten.” gg

AFC (Amsterdamsche Football Club)

De AFC’er | 2021 | | pagina 72