Weetje nog, die ene wedstrijd? ?v^ °°c. 18 januari 2012 90e jaargang nr. 6 Op zondag 16 mei 1976 speelt AFC tijdens de allerlaatste speel ronde van de competitie, een cruciale wedstrijd. Er moet gewon nen worden om niet te degraderen. Het is de afsluiting van een indrukwekkende eindsprint in een onverwacht tegenvallend en memorabel seizoen. Niet voor de eerste keer (en niet voor de laatste) is UVS in Leiden de tegenstander in zo'n belangrijk duel. Men gaat er echter vanuit dat tegen de Leidenaren de benodigde twee punten zonder al te veel moeite binnengehaald kunnen wor den; de jonge UVS-trainer Gerard Désar en AFC 1 routinier Ernst Seunke waren goede studievrienden; zij speelden jarenlang samen in het Nederlands Studentenelftal. 'Ze zullen ons dus wel matsen' denkt men. Maar op deze halfbewolkte voetbalmiddag staat AFC in de eerste 25 minuten zwaar onder druk tegen een ontketende tegenstander. Het ene schot na de andere corner vlie gen om de Amsterdamse oren. Met kunst en vliegwerk houdt men het doel schoon, maar de schrik zit er goed in. De overtuiging van een goede afloop is ineens een stuk minder. Dan krijgt de dan 24 jarige Edwin Geluk de bal aan de linkerkant van het veld, en stuurt een vlijmscherpe lange pass in de diepte.... Ruim 35 jaar later zoek ik Edwin op in het Revalidatiecentrum Amsterdam aan de Overtoom. Daar herstelt de oud AFC 1 speler, waarvoor hij tijdens 12 seizoenen 259 officiële wedstrijden speelde, van een immens ingrijpende operatie aan zijn linkerbeen. Als gevolg van suikerziekte, die 32 jaar geleden bij hem werd vastgesteld, kreeg hij eind 2010 pijn aan zijn linkervoet. Een jaar pijn en vier operaties verder, werd er 5 december j.l. door de artsen uiteindelijk besloten om zijn linker onderbeen tot net onder de knie te amputeren. Ondanks deze ingrijpende zeer gebeurtenis zit Edwin er ruim een maand later goed en fris bij. De revalidatie oefeningen doen hem goed. "Ik ga alleen veel te hard, haha" zegt hij. "De begeleiders hier remmen mij steeds af, maar ik wil juist meer doen. Vanochtend hebben we door het Vondelpark gefietst en zo dadelijk gaan we weer fitnessen. Lek ker hoor, beetje zweten!" We drinken koffie en Edwin, inmiddels Erelid van AFC en 16 januari j.l. 60 jaar geworden, vertelt over die zo belangrijke wedstrijd in Leiden en over die periode van de begin jaren '70. Er zijn zó veel anekdotes dat hij de tijd compleet vergeet. Allereerst natuurlijk over 1976. Een jaar waarin de films 'Rocky' en 'King Kong' in de bioscoop verschijnen. Fiats 500, Opel Kadets en Peugeots 504 kleuren het straatbeeld, en veel jonge mensen dragen jeans met wijde pijpen. Björn Borg wint Wimbledon en Nederland wordt 3e op het EK voetbal, waarin Panenka tijdens de finale zijn nog altijd wereldberoemde penalty scoort. In januari staat 'the Bohe mian Rapsody' van Queen op 1 in de top 40, welke op die plek wordt vervangen door 'Willempie' van André van Duin. Een aparte wissel. Ook op en om AFC ziet het er heel anders uit dan nu. Het sportpark Goed Genoeg ligt in een lommerrijke omgeving. Men kan hier in de zomermaanden tennissen op de banen van ATC en wordt er tophonk- bal gespeeld bij die andere dochtervereniging, ABC. Van een 'Zuidas' heeft men in die jaren überhaupt nog nooit gehoord. Niet alleen rond het sportpark, ook boven in het clubgebouw zijn veel dingen anders dan nu. Edwin weet nog: "De pacht werd gedaan door Eddy Ruikers, maar er werkte ook een echte ouderwetse ober, mijn heer Willems. Die man had zo'n dikke bril op en was altijd keurig in smoking. Hij werkte niet achter, maar vóór de bar. Aan die bar was ook vaak de oude Ben Bonkink te vinden. Als iemand aan hem vroeg wat hij wilde drinken antwoordde hij steevast: "zo veel mogelijk". Omdat hij bij mij in de buurt van de Valeriusstraat woonde bracht ik hem nog wel eens in beschonken toestand naar huis. Dan had zijn vrouw een krantje tussen de voordeur van het benedenhuis geplaatst en kukelde hij zo naar binnen. Dat kan je je nu niet meer voorstel len....dat krantje". AFC 1 wordt in die tijd gecoacht door Piet Ouderland, die zelf als voetballer 261 wedstrijden in het eerste van Ajax speelde en ook 7x voor het Nederlands elftal uitkwam. In het Ajax van toen waren zijn teamgenoten o.a. Cees en Henk Groot, Bennie Muller en Sjaak Swart. Hij speelde niet alleen in het Nationale voetbalteam, maar ook in het Nederlands Basketbalteam en is daarmee de enige Nederlandse sporter die dat ooit presteerde. Als trainer bij AFC heeft hij een mooie groep voetballers tot zijn beschikking. Stuk voor stuk sterke persoonlijkheden voor wie gezel ligheid misschien net iets te hoog in het vaandel staat. "We waren echt gek met Piet" vertelt Edwin. "Hij had prachtige uitspraken. Een uniek soort taalgebruik eigenlijk. Zo moesten we bij een trainingsoe fening altijd achterom snoeken en keekenOok had hij het vaak over een kolenbootje lossenen bestelde hij aan de bar een 'cola cognac en een sigaar om mee te roeren'. We hadden ook vaak pret bij zijn voorbespreking. Dan zaten we boven in de bestuurskamer, en had hij altijd een hele stapel briefjes met belangrijke punten. Dan lieten we iemand roepen: "telefoon voor de heer Ouderland". Terwijl hij dan kort weg was legde Tonnie Disselkoen, een gangmaker eerste klas, snel alle briefjes door elkaar. Als Piet na terugkomst eindelijk weer de briefjes op de juiste volgorde had, kwam midden in zijn verhaal mevrouw Lenie de Waal (vrouw van oer-AFC-er Siem de Waal) binnen om haar jas daar op te hangen. Dat deden veel vrouwen van oudere AFC-ers toentertijd. 'Goeiemorgen jongens', zei ze dan. Door die onderbrekingen was Piet meestal even helemaal de kluts kwijt en riep hij luid: 'Gd kolere, wat is dit allemaal hier, kan ik weer opnieuw beginnen. Het lijkt hier wel een speeltuinvereniging'. Dan lagen wij allemaal in een deuk natuurlijk" In 'het eerste' spelen veel goede voetballers. Op goal staat de eigen lijk wat onbekende keeper, met baard, Ron Zehenpfennig. Die keept net tussen de periode Nol Kuikens - Peter van der Valk en André Wijnand - Theo Jansen. Achterin staan jongens als de onverzettelijke Bas Rachman, aanvoerder Ernst Seunke, de 18-jarige Flip-Jan van Oenen en de geroutineerde Frans van der Bor. Ook speelt daar de technisch vaardige Thomas Rongen, die na jaren in de Amerikaanse Major League Soccer te hebben gespeeld en getraind nu bondscoach is van Amerikaans Samoa. Op het middenveld spelen Hans van Dijk (de zoon van Gé), Wim de Ridder, John Akkerman en Edwin Geluk, die in zijn linkervoet een prachtige trap heeft. Met de pas 19 jarige Simon Cohen heeft AFC een toptalent binnen de gelederen, die nadrukkelijk wordt gevolgd door clubs uit het betaalde voetbal. Ook is daar dat seizoen Herman van Breevoort bijgekomen. Deze nieuweling, die in de jeugd bij Ajax speelde, is volgens ingewijden uit die tijd een fantastische speler. In de aanval speelt de op jonge leeftijd overleden Tonnie Disselkoen, de sterke John Burke en af en toe ook de technische Arie Hommel. De spitsen Gehring en topscorer Bijlsma, die nieuw is overgekomen van rivaal SDW, staan garant voor snelheid, assists en goals. Gezien het spelersmateriaal is het dus teleurstellend dat AFC tegen degradatie moet strijden. AFC is dat seizoen dan wel samen met EDO de meest productieve ploeg van de Hoofdklasse A, thuis in Buitenveldert gaan echter te veel wedstrijden verloren. Dat ze het wel degelijk kunnen wordt bevestigt wanneer bij de uiteindelijke kampi oen CVV voor 2000 Rotterdamse toeschouwers gelijk wordt gespeeld met 2-2, door een penalty van Geluk en een vrije trap van Burke. Bij de sterke Charloise Voetbal Vereniging spelen goede voetballers als Jan Bruys (broer van Joke) ,Arie van der Sluis die jaren voor Sparta uitkwam en Piet den Boer, die jaren later in de Europa Cup 2 finale van 1988 het winnende doelpunt zou maken voor KV Mechelen in de wedstrijd tegen Ajax. Een verklaring voor de lage positie op de ranglijst heeft Geluk wel: "het was denk ik te gezellig. Op donderdagavond bleven we vaak met alle spelers tot 2 uur 's nachts hangen. Dan was eigenlijk de training van die avond wel weer teniet gedaan. We gingen voor de wedstrijden vaak naar mensen thuis, voor koffie en broodjes. Bijvoorbeeld bij Rob Duis, onze elftalleider. Toen waren Bob en Jack Duis nog kleine jongetjes. We waren ook regelmatig met de hele groep bij Rolf Leeser 26

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 2012 | | pagina 26