AFCoryfee: Pim Adriaansz! 7 maart 2007 85e jaargang nr. 10 Sinds jaar en dag bekend als Pickelaar in de Schakel. Een schrijver met een groot gevoel voor taal en dus een pleiter voor juist taalge bruik. Geen sms-taal, dus niet ff maar even. Op mijn opmerking dat ik van grammatica alleen het leidend voorwerp begreep, namelijk dat was ik, antwoordde Pim zeer gevat: dan ben ik het meewerkend voor werp. Een man niet van de grote lach, maar wel van de glimlach. Vraag: Sinds jaar en dag schrijf je al in de Schakel. Maar je hebt veel meer voor AFC gedaan. Waar zullen we beginnen? Antwoord: Hoe lang heb je? Dan zal ik me beperken. Maar het heeft wel een inleiding nodig. Het is allemaal begonnen op onze velden aan de Zuidelijke Wandelweg, toen ik voorzichtig in de Schakel ging schrijven. Tijdens de verhuizing naar Goed Genoeg was ik inmiddels Schakelredacteur. In ons nieuwe clubhuis werd de Nieuwjaarswens van Thomasvaer en Pieternel aanvankelijk verzorgd door schrijver Bob Wildeboer. Samen met Bob schreef ik vervolgens 9 pro gramma's, waarna ik het solo nog 11 jaar voortzette. Allengs werd het duidelijk, dat Thomasvaer en Pieternel te beperkt was. Met een gezel schap kwam er een showtje omheen, waarin de samenspraak verwe ven was maar niet bepalend voor de voorstelling. De Nieuwjaarsshow werd overgenomen door Jack van Gelder, Nicky Hekster en Ron van Doesburg. Ik betreur het nog steeds, dat zij de traditie na een beperkt aantal jaren niet hebben voortgezet. Ik schrijf nu al zo'n 50 jaar in de Schakel Ik begon als verslaggever van het zevende elftal onder het pseudoniem Ad Onderdelat. Na het overlijden van Jo Wijnand, die de Mixed Pickles langjarig schreef, hebben George en ik samen de Mixed Pickles vanaf 22 september 1976 voortgezet. De aanduiding 'ingelegd door' komt trouwens van George. Sinds het vertrek van je vader naar Bangkok in 1979 heb ik de Mixed Pickles alleen gedaan. Dit is dus al weer mijn 31-ste seizoen Mixed Pickles. Dan is het logisch, dat je een meer eigen stijl ontwikkelt. Enig archaïsch taalge bruik is mij niet vreemd. Door te blijven schrijven sta ik nog steeds midden in het voetbalgebeuren. Je blik verlegt zich natuurlijk wel, maar ik schrijf er graag omheen. Elke Pickles aflevering begint met een inleiding, gevolgd door een citaat, dat het voorgaande bevestigt of onderuit haalt. Er is een relatie, anders hangt het er als los zand aan. Soms staat er een citaat in van mijzelf, maar dan wel onder pseudo niem, zoals Pim Pelaer. Samen met Bob Wildeboer heb ik ook de musicals voor het 75- en 80-jarige bestaan van de club geschreven en geregisseerd. De musical voor het 90-jarige bestaan van AFC had ik met muziek van Henny Somers al klaar, maar helaas werd die afge blazen. Vraag: Je staat ook bekend als een begenadigd dichter. In de Mixed Pickles dringt daar incidenteel iets van door. Zou je daar wat meer over kunnen vertellen? Antwoord: Toen de VUT zich aandiende vond ik het tijd om een vak te leren. Dat werd boekbinden. Ik heb nu mijn eigen uitgeve rij,genaamd 't Uilskuiken. In 20 jaar heb ik 10 boeken en bundels geschreven, gedrukt, gebonden en uitgegeven in oplagen van 75 tot 500 exemplaren. Ik heb ook vertaald in het Frans, Duits en Engels. Er zijn 6 boeken van mij, waaronder 3 in twee talen, te vinden in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Ik kom daar regelmatig, evenals in het Letterkundig Museum. Ik was benieuwd of er iets van mij was opgenomen. 'Met een kwinkslag': Je weet maar nooit of er ooit iemand op promoveert. Van de uitgeverij word ik geen cent wijzer. Ik heb wel, bien étonné, geldprijzen gewonnen met gedichten. Wie maakt dat nou mee? Vraag: Je hebt in de Mixed Pickles ooit eens geschreven over je wederwaardigheden als dichter in Zuid-Frankrijk. Hoe is dat begon nen? Antwoord: Olga en ik staan jaarlijks met de caravan in Barjols (VAR). Via de plaatselijke bibliothecaresse is een vertaalde dicht bundel van mij opgenomen in de bibliotheek. Ik kreeg een aanbeve lingsbrief mee om belet te vragen voor een gesprek met de dichter Jean-Pierre Varache, de mentor van een nationaal poëziefestival. Dat gesprek had ik terdege voorbereid. Bleek dat hij mijn bundel op advies van de bibliothecaresse al gelezen te hebben! Op zijn uitnodi ging heb ik vijf keer aan dat festival meegedaan. Twaalf jaar geleden won ik daar de Prix Jacques Prévert voor 'poésie liberée'. Inzendingen dienden anoniem onder code te worden ingediend. Mijn code was AFC181. Vraag: Behalve scribent ben je actiefin de Archiefcommissie en neem je bij elke thuiswedstrijd van het Eerste plaats aan de perstafel. Zijn er nog andere commissies waar je deel van hebt uitgemaakt? Antwoord: In de beginjaren van Goed Genoeg, jaren zestig, zat ik met onder andere Jo Wijnand, Jaap van Nek en Cor van Peperzeel in de Perscommissie. Werd er een keer de hele avond geleuterd over de haarlengte van de spelers. Leek me geen onderwerp voor deze com missie en na een jaar of vier ben ik opgestapt. Voor de tweede keer, zo'n 15 jaar geleden, weer toegetreden tot de Perscommissie. Die werd jaarlijks steeds groter en moest worden ingekrompen. Lex Rimi ni, Gerard Trebert en ik zijn er toen uitgestapt. Met het verzoek aan Gerard en mij om de perstafel te blijven doen. Dat is nog steeds leuk. Ik ken de selectiespelers en niet onbelangrijk, zij mij ook. Ik blijf daardoor dichter op de huidige tijd. Bovendien is het een voedings bodem voor de Mixed Pickles. Soms komt er een scout aan de tafel voor informatie over een bepaalde speler. Die stuur ik dan direct door naar de Bestuurstafel. Over mijn tijd in de Zaterdagcommissie heb ik een aardige anekdote. Jo Milner, een Engelsman, die ook in het eerste team van ACC speel de en dat elftal welhaast droeg, speelde bij AFC in het eerste zaterda gelftal, maar hij kwam altijd vlak voor de wedstrijd aanzetten. Als elftalleider, de commissieleden rouleerden, had ik daar zo genoeg van dat ik hem na enige waarschuwingen een keer wissel zette. De man was zo op zijn tenen getrapt, dat hij nota bene voor ACC bedankte. Ik werd voor uitleg op het bestuursmatje geroepen. Kreeg ik toch onder uit de zak! Ik heb toen dus direct bedankt voor de zaterdagcommissie. Vraag: De archiefcommissie heeft een rol gespeeld bij de samenstel ling van het 100 Jarenboek en de DVD van 2005. Wanneer is de archiefcommissie ontstaan? Antwoord: In het zicht van het eeuwfeest werd ik door Hans de Bie verzocht hem te assisteren bij de samenstelling van het jubileumboek. Ik heb toen geclaimd de eerste 25 jaar te beschrijven en dat is gehono reerd. Ik was echter niet van plan het goede werk van Jo Wijnand over te schrijven, maar eigen onderzoek te doen in het archief. Maar er was helemaal geen archief! Ieder bestuurslid had zijn eigen stukken bewaard, die na overlijden naar de zolder verdwenen en enige jaren later werden geruimd. In Den Haag bleek HBS een professioneel archief te hebben. AFC had dat helemaal niet. Dat vond ik onverteer baar. Je grootvader Jo heeft ooit geschreven dat de oorspronkelijke Mixed Picklesboeken verloren gegaan waren. Vanaf 1903 werd het wel en wee van AFC daarin bijgehouden. Na veel Schakelgedram van mijn kant zijn drie van de vier boeken anoniem weer boven tafel gekomen. In het ballenhok van AFC bleek een stalen kast vol materi aal te staan. Fotoalbums, doordrenkt van water! Zo is het archief begonnen. Van alle kanten krijgt de archiefcommissie van AFC nu materiaal aangeboden. Wist je overigens dat een permanente archief commissie al heel lang in de statuten wordt vermeld, maar nooit op de algemene vergadering werd benoemd? In de archiefcommissie zitten perfecte kompanen als Rik de Boer en Hans de Wijs. Wij zijn zeer verschillend, maar vullen elkaar goed aan. Noteer tot slot buiten de orde asjeblieft nog twee slotopmerkingen. Op Goed Genoeg begon ik ook als jeugdleider van een juniorenelftal. En als keeper startte ik in het zevende en laagste elftal. Jaarlijks kwam daar een elftal bij en steeds als aanvoerder, daalde ik successievelijk af naar het veertiende elftal. Als er iemand in AFC is die weet wat doorzakken is, dat ben ik dat Samensteller: André Wijnand (awiinand@kpnplanet.nll

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 2007 | | pagina 12