AFCoryfee: Nicolaas van Ommeren! Nam de niet geringe taak en verantwoording op zich door Bob Nese- ker op te volgen als penningmeester van AFC. Zou het in de genen zitten? Is zijn grootvader Erelid Otto van Rijn zijn grote voorbeeld? Wat is zijn drijfveer om een dergelijke positie te willen innemen? Een zekere AFCoryfee voor de toekomst aan het woord. Vraag: Voordat we het zullen hebben over je huidige bestuurlijke activiteiten. Heb je al eerder ervaring opgedaan als bestuurder? Antwoord: Tijdens mijn studietijd als lid van het studentencorps heb ik nooit enige behoefte gehad om een bestuursfunctie te willen ver vullen binnen dat corps. Voor mij was het gewoon een leuke tijd om lekker een biertje te drinken, meer niet. Het team waarin ik nu op zaterdag met veel plezier speel, onder andere met Sebo Woldringh, komt voort uit die tijd. Overigens is het leuk om te vermelden dat ik bij Nico Cohen ben afgestudeerd. Bedrijfseconomie aan de UVA. Dat ik in het studentenleven geen bestuursfunctie bekleedde, wil nog niet zeggen dat ik bestuurlijk niet actief was. Op mijn 23ste werd ik be stuurslid van de tennisclub Amsterdam, de dochtervereniging van de hockeyclub. Vervolgens via de functie van penningmeester doorge groeid naar die van voorzitter. Stopte toen ik 33 werd. Ik was inder tijd het langst zittende bestuurslid ooit. Bij AFC heerst toch een heel andere cultuur. Het is opvallend hoelang bestuursleden zitting heb ben. Soms lijkt het wel dat je na 10 jaar nog maar pas komt kijken. Ik vind het overigens wel getuigen van een ongelooflijke toewijding. Vraag. Je komt uit een familie met bestuurders. Ben je van nature een bestuurder of zit het in je genen? Antwoord: Laat ik voorop stellen dat carrièreplanning wel het laatste is, waar ik me mee bezig hou. Mijn eigen zaak in vastgoed noot samensteller: zie advertentie in de Schakel) draait nu goed. Soms vraag ik me af of het wel verstandig is, om zoveel tijd aan AFC te besteden. Laat ik die uren maar niet tellen, ik tel alleen de centen. Op mijn leeftijd zou ik nu alle tijd en energie in mijn zaak moeten stop pen. Nu moet er gescoord worden. Maar ja, het bloed kruipt toch waar het niet gaan kan. Toen ik penningmeester van de tennisclub was, ging ik bij mijn grootvader langs voor adviezen. Dan liet hij me zien hoe hij de boekhouding van AFC bijhield. Zat hij echt te glunde ren. Mijn vader is ook een bestuurder pur sang. Op zijn 70ste heeft hij nog altijd allerlei bestuursfuncties. Mijn grootvader heeft 25 jaar in het Bestuur gezeten. Bezocht ook alle wedstrijden van het Eerste. Of ik ook zo lang bestuurslid zal zijn, moeten we maar afwachten, maar het zal me verbazen. Ik vind besturen leuk en voor mij is besturen vooral het omgaan met mensen. Maar het is wel duidelijk, dat ik straks na de komst van ons eerste kind toch prioriteiten zal moeten stellen. Wat zou kunnen betekenen, dat ik een wedstrijd van mijn eigen team of een wedstrijd van het Eerste af en toe zal moeten laten schieten. Tot nu toe krijg ik nog alle ruimte van thuis. Mijn vrouw Marjolijn is zelf ook nogal actief met haar werk als advocaat en daar naast geeft ze in de avonduren af en toe college op de universiteit. Besturen zit blijkbaar toch in mijn genen, anders kan ik het niet echt verklaren. Nogmaals, zolang ik plezier heb in het besturen en het kan combineren met werk en thuis, zal ik ermee doorgaan. 15 november 2006 85e jaargang nr. 5 Vraag: Je vorige bestuursfunctie binnen AFC was voorzitter van de Pers, Publiciteit en Evenementen commissie. Wat is de ervaring, die je uit die functie hebt meegenomen naar je huidige functie? Antwoord: Dat je binnen AFC niet moet denken dat bepaalde zaken van de één op de andere dag te veranderen zijn. Ie moet echt de tijd nemen voor een cultuuromslag. Bijvoorbeeld het idee om de Schakel te vervangen door een eens per kwartaal te verschijnen hoogwaardig, zeg maar glossy, magazine. De informatie over de wedstrijden en de opstellingen zouden dan via de website en een nieuwsbrief per email verstuurd kunnen worden. Het Bestuur liep er niet echt warm voor. Het leek mij een goed initiatief en behoorlijk kostenbesparend Veel clubs doen het al. Ie zou de leden de keuze kunnen voorleggen, maar AFC is nog niet zover. Trouwens hoe ik in het Bestuur beland ben, is als volgt gegaan. laren geleden was er een enquête in de Schakel en die eindigde met de vraag of je bereid was iets voor de club te doen. Ik heb daarop gereageerd. Daar ik in het vastgoed zit, heb ik aange boden om aan het Zuidasproject mee te werken. In eerste instantie hoorde ik niets maar na enig verloop van tijd heb ben er een paar gesprekken plaatsgevonden en werd ik verzocht toe te treden tot het bestuur. Gezien de voorgeschiedenis van mijn grootva der vond ik dat een eer en heb ik ja gezegd. Na drie jaar P.P. en E. ben ik nu penningmeester en betrokken bij het Zuidasoverleg. Vergis je niet: de Zuidas is een behoorlijk zware belasting. Alleen al in deze week (noot: week van 6 november) zijn er drie vergaderingen. Vraag: De stap van PPE naar penningmeester is toch geen geringe. Hoe is men bij jou terechtgekomen en hoe kijk je tegen de invulling ervan aan? Antwoord: Ik stond op een lijstje. Ik zie de functie van penningmees ter niet als alleen maar boekhouden. Boekhouden is een instrument, bijna een noodzakelijk kwaad. Op basis van gegevens kan je een bepaald beleid uitvoeren. Voor dit jaar heeft Bob grotendeels de budgetten opgesteld. Mijn karakter is om eerst een gedegen dossier kennis op te bouwen en daarna pas toe te slaan. Eerst kennis dan actie. Wil niet zeggen dat ik niet al met het volgende jaar bezig ben. Ik wil meer grip en controle krijgen over bepaalde uitgaven. Ik wil een systeem opzetten, zodat er meer verantwoordelijkheid komt te liggen bij de commissies en bij mijn medebestuursleden. Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid, we stellen samen het budget op en ik hak de eventuele knopen door. Ik ben er een groot voorstander van om een financiële administrateur aan te stellen. Je ontkomt er bijna niet aan bij een zo'n grote club als AFC. Dan kan de financiële man in het Bestuur zich meer met het beleid bezig houden. Ik hou dus niet van boekhouden, maar wel van het interpreteren van de cijfers. Vraag: Op de jaarvergadering worden nogal eens lastige vragen aan de penningmeester gesteld. Kijk je er naar uit? Antwoord: Ik zal de vragen zo goed en open mogelijk beantwoorden. Ik vind het belangrijk dat de leden weten wat er (financieel) gebeurt met de club. Hoe we er voor staan. Komt mijn studie in Amerika met onder andere de vakken als speech communication en creative writing toch nog van pas! Ik zal me natuurlijk terdege voorbereiden door een brede dossierkennis op te bouwen. Gelukkig kan ik altijd op Bob terugvallen. Het bestuur heeft hem niet voor niets gevraagd om voor lopig penningmeester van de Stichting Goed Genoeg te blijven en ook om de loonadministratie te blijven doen. Bob bewaakt daardoor toch de voortgang en kan hij blijven roepen: 'Waar blijven de kwartaalcij fers?'. Laatste vraag: Heb je nog een vraag gemist of wil je nog iets ter sprake brengen Antwoord: In feite heb je helemaal niet naar mijn voetbalcarrière gevraagd. Hoewel ik vorige week toevallig wel een keer gescoord heb en niet eens in eigen doel, wordt dit aspect toch wel erg onderbelicht. Ach, breed lachend) misschien maar beter zo. Samensteller: André Wijnand awiinandwanadoo.nl)

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 2006 | | pagina 16