Kleedkamercultuur I deel in de voorbereiding op het aanstaande seizoen in de Hoofdklasse A. i t Ik wil van deze gelegenheid gebruik maken 1 om, namens de A-selectie, het bestuur te be- i danken voor de professionele organisatie en i daarnaast een woord van dank aan alle ande- t ren die dit weekend mede mogelijk hebben gemaakt. I Robert Gehring De kleedkamer cultuur uitgekleed tot op het bot. Het ritueel is voor iedereen verschillend, als er al sprake mag zijn van een ritueel. Echter I het eindresultaat lijkt op het eerste gezicht t altijd hetzelfde. Uiteindelijk draagt iedereen van bovenaf naar beneden bekeken een voet j balshirt, een sportbroekje, twee sokken en j twee voetbalschoenen. Sinds enige tijd is ook het dragen van scheenbeschermers verplicht, dus ook deze worden tegenwoordig door de j overgrote meerderheid gedragen. De kleed- kamer cultuur kent verschillende lagen, als- I zijnde een organisatie, maar wanneer de ui gepeld is en ontdaan van zijn lagen komt men tot de kern, de basis van iedere cultuur. In dit geval simpelweg het omkleden. Wat zou men anders in een kleedkamer te zoeken hebben? Iedere kleedkamer cultuur kent mythen en rituelen (veelvuldig vertelde verhalen, jaar in jaar uit), zijn eigen waarden en normen (de - oudere spelers hebben eerder recht op een j vaste plaats) en zijn eigen zichtbaar gedrag. Alhoewel zichtbaar? Ja, voor de mensen die zich in de kleedkamer zelf bevinden. Maar de tegenstander is hierbij niet aanwezig. Zij zitten in hun eigen kleedkamer, waar weer hun eigen cultuur heerst. Op basis van het zichtbare, in zekere zin dus onzichtbare ge drag, kan een tegenstander dus geen eerste indruk vormen. Deze vindt pas plaats op het moment dat beide teams de kleedkamer ach ter zich laten en zich naar het veld bewegen. Wat blijft dan over? Juist. De basis van iede re kleedkamercultuur: de omgeklede voetbal ler. Voor de ijdele voetballer spreekt men van een aangeklede voetballer. Deze laatste zin geeft meteen een belangrijk nuance ver schil weer. Het feit dat iedere voetballer in principe hetzelfde setje kleren draagt wil nog niet zeggen dat iedere voetballer er ook het zelfde uitziet. Deze nuance verschillen in hoe iemand zijn voetbalkostuumdraagt vertel len, zonder dat er nog een bal getrapt is, veel over het karakter en het typesoort van een speler. Laten we beginnen bij de sokken. Deze kun je aan de bovenkant dun of dik omslaan. Bij dik omslaan betekent dit dat er een omgesla gen rand ontstaat van pak 'm beet vier a vijf vingers dik. Zo dik dat de onderkant van de ze dik omgeslagen rand zelfs tot over de scheenbeschermers reikt. Wil men spreken van een dun omgeslagen rand gelden twee criteria. De rand mag niet dikkers zijn dan maximaal twee en een halve vinger en de onderkant van rand moet ten aller tijden bo ven de scheenbeschermers blijven. Er zijn tegenwoordig ook spelers, en met name kee pers, die hun sokken tot over de knieen door trekken. Maar dit is zo idioot dat daar verder geen woorden aan vuil gemaakt dienen te worden. Dan zijn er natuurlijk de broekjes. In de kleedkamer wordt al gretig onderling van broekjes gewisseld. Wie heeft er een XXL en wil die ruilen tegen een L'tje? Wie heeft er een broekje met touwtjes en heeft liever een broekje met binnenbreek? Zodoende kun je een broekje dus ruim of minder ruim (strak is te extreem gesteld aangezien dit wel erg zeldzaam is geworden) dragen. Men kan een broekje tevens hoog omhooggetrokken of juist hangend op de heupen dragen. Meestal zijn het de mensen met minder ruime broe ken die tevens hun broeken omhoog getrok ken dragen. Waarbij ook opvalt hoe diep het shirt in de broek is gestoken. En als we dan weer de link leggen naar de sokken: de spe lers met het omhoog getrokken mindere rui me broekje hebben vaak ook de sokken dik omgeslagen. En over het algemeen is dit soort speler wat minder technisch geschoold, niet bang voor pijn, gaat snel naar de grond, maakt eerder een overtreding en zoekt meestal de makkelijke oplossing (uitzonde ringen daargelaten). Zo iemand zou een doorgebroken speler bijvoorbeeld eerder ge nadeloos van achteren neertrappen dan sub tiel op zoek gaan naar lichaamscontact waar bij 'beiden' ongelukkig lijken te vallen, en dat terwijl het eindresultaat hetzelfde is. Op basis van hoe iemand zijn voetbalkleren draagt vallen nog veel meer voetbalkarakter trekken af te leiden, maar zou ik deze alle maal opnoemen dan wordt dit een haast ein deloos verhaal. Maar iemand die bij min vijf graden Celsius nog steeds zijn mouwen om hoog gestroopt heeft moet men ten alle tijden vermijden bij hoge ballen in de zetien meter__ En niet alleen omdat het veld bevroren is. de waarheid spreken, ze zijn ook in staat een toneelstuk te spelen zoals Lance Armstrong dat deed in de aanloop naar de Alpe D'Huez. Het advies aan alle AFC'ers bij aanvang van het nieuwe seizoen luidt dan ook: De waar heid ligt verscholen in de kleren. Thomas Rijsman (speler Zat. 1) Dit alles geldt met name voor het amateur voetbal. In het profvoetbal wordt er natuur lijk voor gezorgd dat het hele team er iden tiek bijloopt vanwege commerciële belangen van de kledingsponsor. Daarnaast is er in het profvoetbal duidelijk een minimum van voetbalbekwaamheid nodig wil men deze wereld als actief speler betreden. Hierdoor zijn er veel minder kwaliteitsverschillen on derling dan bij amateurvoetbal. Uiteraard bestaat er ook een groot verschil tussen een wereldvoetballer en een prutser in het prof voetbal, maar extremen liggen veel dichter bij elkaar dan bij de amateurs. Hierdoor her bergt het amateurvoetbal nog meer kleding- varianten, simpelweg omdat er meer voetbal types bestaan. Maar de voornaamste reden om niet het profvoetbal als experimentele speeltuin te gebruiken bij het toetsen van mijn theorie is het feit dat profvoetbal door zijn grote exposure (denk aan televisie en tijdschriften) veel trendgevoeliger is. En een trend volgen is minder intrinsiek gelinkt aan je eigen karakter. De buitenwereld bepaalt hoe jij je kleedt, en niet de manier waarop jij denkt, voelt en dus voetbalt. In de spelerstunnel, tijdens de warming up of vlak voor de aftrap zoek je wel eens naar de ogen van een tegenstander. Stralen die ogen angst, agressie, arrogantie of een ongehoorde zekerheid uit? Op basis daarvan sleutel je aan je eigen instelling ten opzichte van desbetref fende speler. Maar dit kan leiden tot grote catastrofes. Hoe vaak men ook zegt dat ogen 10

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 2001 | | pagina 10