INS OUTS
Roeien met de riemen die je hebt.
Een aantal jaren geleden, in mijn studententijd, had ik het
genoegen om samen met drie andere mensen ergens in Am
sterdam-Zuid op kamers te wonen. Elk van ons bewoonde
een kamer van eenendezelfde étage ergens in de Stadion-
buurt en, naar later bleek, was dit een van de gezelligste en
stimulerendste periodes uit mijn studentenleven. We liepen
elkaar de deur plat, praatten uren over koetjes en kalfjes en
gezamenlijk koffie drinken was aan de orde van de dag.
Degene, die serieus in de boeken wilde duiken moest zijn
kamerdeur hermetisch afsluiten, opdat niet iemand de laat
ste Koot Bie elpee in extenso kwam reciteren. Maar be
gon er eenmaal iemand met keihard studeren, dan namen
de anderen dat over en trokken zich spontaan terug in hun
eigen kot. Deze saamhorigheid uitte zich niet alleen op het
geestelijke vlak. Ook in fysieke zin, en met name op het ge
bied van de sport, namen wij dingen van elkaar over. Ik
speelde natuurlijk destijds al voetbal en dat werd door de
andere drie maar raar gevonden. Het was namelijk zo dat
alle anderen die er woonden, of later kwamen te wonen
(het verloop onder studenten is groot), roeiers waren. Af
en toe verhuisde er iemand en werden wij geconfronteerd
met een nieuwe eend in de bijt. Doorgaans bleek het een
roeier of roeister te zijn, vaak getipt door de vertrekkende.
Af en toe kwam er wel eens een verdwaalde tennisser of
zelfs een rugbyspeler, maar die was meestal gauw vertrok
ken. En het waren niet de eerste de beste roeiers die er
woonden. De praeses van roeivereniging Okeanos was daar
en ook Nelleke Donkervoort, zus van roeister en NRC-
columniste Geri Donkervoort. Vooral Nelleke was een hele
goeie, kwam in officiële wedstrijden voor Nederland uiten
bracht, benevens medailles, de ene na de andere illustere
bevriende roeister of roeier mee naar huis (tegenwoordig is
ze nog te bewonderen in een Sterreclame van een zeker
merk bronwater). Zo werd ik in die jaren binnen de kortste
tijd ingevoerd in de roeiwereld en wist als niet-roeier alle
kretologie die deze sport eigen is ('Jongens vandaag ga ik
weer effe blik trekken' betekende zoveel als 'ik hoop van
daag een medaille in de wacht te slepen'). Bovendien kende
ik meer bekende personen uit dat wereldje dan de gemid
delde roeier of roeister, terwijl ikzelf nog nooit in een skiff
of vier-met-stuurman was gestapt, laat staan een head of the
river had bijgewoond. Al met al kon ik me na enige tijd
goed weren in de gesprekken met visiterende roeiers en
hield ik de schijn opdat ik er daadwerkelijk verstand van had.
Ondertussen had ik een groot respect voor mijn huisgenoten.
Roeien is een sport waarbij je, als je het een beetje ver wil
brengen, elke dag moet trainen. Ik, als eenvoudige voetbal
ler had al moeite met twee keer per week en als het maar
een beetje regende belde ik fluks mijn trainer op met de
mededeling dat ik net voor een zwaar tentamen zat. Maar
wat deze roeiers, amateurs wel te verstaan, qua training aan
de dag legden was werkelijk verbluffend. Weer of geen weer,
vlak voor het ontbijt nog even een Bosbaantje pakken en
na de colleges meteen de boot in en over de Amstel naar
Ouderkerk op en neer. Ik had de stellige indruk dat roeien
eigenlijk alleen maar uit trainen bestond en dat de wed
strijden en toernooien er slechts voor de afwisseling beston
den. Zeer gezond en gespierd werd je ervan. Dat wel, Maar
een voetballer zou om bovenstaande reden alleen al nooit
een roeier kunnen worden.
Het is algemeen bekend dat voetballers een hekel hebben
aan trainingen zonder bal. Vooral in het begin van het sei
zoen, wanneer de conditie bijvoorbeeld vanwege een strand-
vakantie in het Spaanse Fuengirola, tot het absolute nul
punt is gedaald, wordt het Amsterdamsche Bos overspoeld
met amechtige voetballers. Weerspannig en mekkerend te
gen de trainer wordt de gevreesde heuvel genomen en me
nigeen vraagt zich af of hij zojuist lid is geworden van een
atletiekvereniging, waarvan de trainer denkt dat het Amster
damsche Bos slechts uit de Bosbaan en het trimparcours be
staat. Waarom vinden voetballers dit onderdeel van hun
sport zo vervelend? Natuurlijk zijn looptrainingen een ma
nier om de zogenaamde basisconditie te kweken, maar in
feite heeft deze oefenvorm helemaal niets met de essentie
van het voetbal te maken. Trainers vergeten vaak dat je
met het afwerken van circuities en het springen over hek
jes de ware voetballer passeert. Trainingen worden gauw als
saai bestempeld, de spelers vragen zich af of de oefenmees-
ter niet verder gekomen is dan hoofdstuk één van zijn cur
susboek en de lust om ook nog maar iets te doen vergaat
een ieder. De leukste trainingen zijn die, welke het dichtst
bij het eigenlijke spelletje staan. Voor tennisvoetbal hoeft
men geen loopwonder te zijn. Bovendien appeleert dit spel
aan alle facetten die het voetbal kent. Techniek, tactiek, do
de momenten, spectaculaire ontknopingen, het zit er alle
maal in. Vandaar dat deze oefening zo een grote populair-
teit onder de spelers geniet. Hetzelfde geldt uiteraard voor
het, meestal aan het einde van de training plaatsvindende,
partijtje. Kortom, oefenstof die te ver van het voetbal af
staat - en daar bestaat er veel te veel van - verveelt en stompt
af. Echter bij elke balsport, in het bijzonder voetbal, be
staan er legio mogelijkheden om het op peil houden van de
conditie te verwerken in een oefening waar een bal aan te
pas komt. Bij roeien is zulks juist niet het geval. Heeft u
ooit iemand een rondje Bosbaan zien maken met een roei
spaan of boot op zijn nek? I n deze zin is roeien dan ook een
eentonige sport. Veel mogelijkheden zijn daar niet. Altijd
maar een recht stuk afvaren, het zij in een skiff, hetzij in
een acht. Daar houdt het mee op. De trainingen mogen dan
wel eens saai zijn, maar voetbal heeft miljoenen mogelijk
heden en spectaculaire momenten. Dat maakt heel veel
goed en voetbal is daarom voor mij dé sport. Zo dacht ik er
destijds, tussen een handjevol roeiers, over. En zo denk ik
er nog steeds over.
NICKY HEKSTER
EEN ZEER GESLAAGDE HERFST DRIEDAAGSE
Dinsdag 15 oktober, 10.00 uur ca 80 kleine en iets grotere
AFC-ers staan ongeduldig te wachten op het startsein van
de herfst driedaagse.
Ze hebben een mooi wit T-shirt ontvangen en zijn nu alle
maal 'The worlds greatest (voetbal) star' en de leiding, ca 20
man, loopt ook wat nerveus heen en weer. Zou het allemaal
lukken en goed gaan?
Nu, het is goed gegaan. Dankzij een perfekte organisatie en
veel enthousiasme van iedereen.
Na drie dagen waren de kinderen nog niet uitgevoetbald,
maar leiding en bestuur lichtelijk uitgeteld en drie dagen zijn
3 dagen. Dus na de strafschoppen op Tino van der Schaar
was de prijsuitreiking met voor 80 jongens dezelfde prijs en
drie prachtige dagen waren voorbij maar nog lang niet ver
geten.
Van een tevreden moeder en 2 heel tevreden AFC-ertjes
Hierbij wil ik u heel hartelijk dank zeggen voor de fantasti-