ü/attflaZte
RONDOM DE BAL
kan voetballen. De jongens van Guus Haak liepen twee keer
spelenderwijs door onze verdediging, ons legioen viel stil.
Het gemak waarop men elkaar de bal toekaatste deed het
ergste vrezen. Doby Peters wisselde, Etienne Spee maakte
zijn rentree. Onze trainer bleek voor de zoveelste keer de
situatie juist getaxeerd te hebben. Onze gretige centrum
spits had slechts weinige minuten nodig om fraai in te kop
pen, na een voorzet op maat van juist, Lloyd Headley.
Hierbij bleef het, men scheen tevreden te zijn. De afstand
tot koploper Elinkwijk blijft nog steeds overbrugbaar. Hoop
doet leven!
Xerxes - AFC: 1-3
Wanneer je de omlijsting overzag bij het begin van deze
wedstrijd werd je droef te moede. Zeker met de tv-beelden
van je nabuurlanden nog kakelvers op het netvlies. Natuur
lijk, de thuisclub was reeds gedegradeerd, de roemruchte
club van Faas Wilkes, Coen Moulijn, Willem van Hanegem
en talloze andere Rotterdamse keien, speelt volgend seizoen
in de eerste klas. Nog slechts kort geleden werden ook wij
gekonfronteerd met deze trieste gang van zaken, een mira-
kuleus doelpunt in de allerlaatste minuut voorkwam dit. Nu
kwamen we op bezoek om in de race te blijven, om mee te
blijven doen in de strijd om het kampioenschap. Zo is voet
bal! De gespannenheid was merkbaar, vooral in de eerste
fase van de wedstrijd. Er werden onnodige fouten gemaakt
in de achterhoede. Het koele doelpunt van Rob Ouderland
in de vierde minuut, strak en laag verdween de bal in de
rechterhoek, was daarom uiterst welkom. Het had de
nodige rust in ons spel moeten brengen, dat gebeurde niet.
De onrust bleef, ook op de tribune. De aanvalsakties waren
te doorzichtig van opzet; de inzet was als vanouds, de inven
tiviteit bleef achterwege.
Xerxes was zeker niet de mindere en nadat ze in de tweede
helft gelijk gekomen waren, gevoelde menig AFC-er koude
rillingen over de rug gaan. Een gelijkspel betekende het ein
de van de race, Elinkwijk zou zich toch niet verstappen te
gen Zeeburgia. Een goede trainer weet op het juiste ogen
blik te wisselen: Doby Peters is een goeie trainer. Etienne
Spee verliet het veld, Henny Kottmann verving hem. Hij
herstelde de aanvoerlijnen, onze aanvalslinie werd regelma
tig bediend. Uit een van z'n vele passes kwam de bal bij
Simon Cohen, die aanvankelijk voorrang wenste te verle
nen aan Lloyd Headly, hij bedacht zich echter bijtijds, week
uit naar links en wist vanuit een uiterst klein hoekje het net
te vinden: 1-2. Niet veel later bracht diezelfde Simon uit
een vrije trap de bal op het hoofd van Lloyd Headly, die
doorkopte waarop Rob Ouderland z'n tweede treffer van
die middag liet aantekenen: 1-3. De race was gelopen, de
twee punten zaten in de knip. De resterende tijd bleef de
bal in de ploeg, professioneel.
Er blijft nog één wedstrijd te gaan, een belangrijke.
C.
Enkele dagen geleden, om precies te zijn
de 22-ste mei, vierde onze zustervereni-
ging ABC de dag dat zij vijftig jaar gele
den werd opgericht. Een halve eeuw
honkbal! Een opmerkelijke club, dit ad-
jektief kreeg ook het jubileumboek mee.
In deze zeer gesoigneerde uitgave zie je
het kuiken uit het ei kruipen (Ben Bon
kink: "Hoe is het gekomen?") en opgroei
en tot een zelfbewuste middelbare dame.
Een geschiedenis vol hoogte- en dieptepunten. Maar ook
hier geldt weer het is de draad die ons allen tezamen
bindt het plezier dat voorop blijft staan. In diezelfde uit
gave verwoord Otto Sterman het als geen ander: "Wat heb
ben we gelachen, tot huilens toe. Plezier in sport- en spel-
beoefening heeft bij mij altijd de boventoon gevoerd, een
overwinning was dan weer mooi meegenomen". Van dit
standpunt uitgaande word je gemakkelijk honderd. Moeder
AFC hoeft haar dat niet toe te wensen, het gaat vanzelf.
Een felicitatie is wel op zijn plaats: de Amsterdamsche
Baseball Club wordt VAN HARTE gefeliciteerd met het
50-jarig bestaan.
De moeder is oprecht trots op een dochter, die zo'n grote
bijdrage heeft geleverd aan een gezond stuk sportbeleving
gedurende de periode dat zijzelf op non-aktief staat. Die er
kenning gaat vanzelfsprekend ook uit naar de initiatiefne
mer van destijds: Adé Kleyn.
Cup-final
Dat het voetbal een Engelse
uitvinding is, wordt elk jaar
weer bewezen door de cup-
final in het Wembleystadion.
Ofschoon het gebodene niet
van de allerhoogste kwaliteit
was, bleef er voor echte lief
hebbers veel te genieten. Niet
alleen vóór de wedstrijd (de NOS liet verstek gaan wat dit
betrof, ongehuwde moeders spraken over hun LAT-relatie)
maar meer speciaal na afloop, ledereen die deze sport is
toegedaan krijgt koude rillingen bij het zien van het ent
housiasme van publiek en spelers. Men juicht niet alleen
voor de overwinnaar, ook de verliezer wordt nadrukkelijk
in de hulde betrokken.
Wanneer er zich dan een stelletje 'ongeregeld' op het veld
waagt, wordt die groep door het gehele stadion weggehoond
met 'OFF-OFF
Men wist niet hoe snel men weg moest komen.
Zolang we een cup-final hebben, zal de totale verloedering
geen kans krijgen.
Magneet
Henne Boskamp, u weet wel de man die ons volgend jaar
het kampioenschap heeft beloofd, had in het begin van de
tweede helft de gehele open tribune van het Xerxes-stadion
voor zich alleen. Als een veldheer, de armen gekruist, over
zag hij het doen en laten van de tweeëntwintig spelers die
zich op het veld bevonden. Dan vliegt er een bal over het
hek en Henne komt in aktie. Met een voor een 48-jarige op
merkelijke snelheid brengt hij de bal terug. Even later wordt
hij weer tot handelen gedwongen, waarop iemand op de
hoofdtribune zegt: "Henne is meer aan de bal dan Etienne".
Tijdens de rust wordt hij gekomplimenteerd met deze ar
beid en er wordt tevens voorzichtig geïnformeerd of hij
daar speciaal is gaan staan om de ballen terug te mogen
gooien.
Henne: "Ben je gek, jongen. Ze komen gewoon op me af,
net als vroeger. Ik werk als een magneet".
3