-5-
Het rondsluipen van de "scouts" en het latere aanpappen vind ik niet - tja hoe moet ik dat
zeggen - niet "elegant". Er komt nu een bepaling waarin staat dat de betalende clubs zich
schriftelijk tot de amateurverenigingen moeten wenden als zij spelers willen overnemen.
Zo langzamerhand begint men toch in de voetbalwereld manieren te leren.
Otto van Rijn
Ik hoor bij de velen die zich oprecht verheugden, toen eerste penningmeester Otto van Rijn
benoemd werd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. In een Engels artikel las ik eens:
"a gentleman is a man who does not know that he is a gentleman".
En dat slaat nu precies op onze penningmeester.
AFC EN DE BATAVIEREN
De Batavieren trokken de Rijn af. Dat werd ons op school geleerd. "Een hele klus" zei mij
een van de allerlaatste Batavieren, die ik onlangs sprak. Doch reeds als jochie had ik de
sterke indruk, dat de interpretatie behoorde te zijn: de Batavieren ZAKTEN de Rijn af.
Het klinkt prettiger en het is nog juist ook. Overigens met bescheiden excuus voor de
geschiedenisleraren.Waaromikin deze volksuitgave van de AFC-Schakel hier de Batavieren
aanhaal, ofschoon ik walg van de gedachte een Batavier aan te halen, is, omdat ik duidelijke
overeenkomsten zie tussen onze club en die "afzakkers".
Markant is, door te mogen constateren dat de Batavieren gek waren op sterke drank. Ze
hadden geen soos, die om twaalf uur dicht ging. Nou weet ik wel, dat deze opmerkingen tegen
het zere been zijn, maar feiten zijn nu eenmaal feiten. Troost is, dat er meer ouwe zuipers
zijn, dan ouwe doktoren.
De Batavieren hielden tevens hartstochtelijk van gokken. Ik mag in dit verband de statische
clubavond van AFC als eenvoudig voorbeeld stellen. Er zijn natuurlijk nog sterkere voorbeelden.
Want wat overigens te zeggen van notoire AFC-ers, die TI JDE NS een thuiswedstrijd van
ons in nood verkerende eerste elftal in het clubhuis stomweg die 32 kaarten schudden?
Het oude verhaal gaat, dat de Batavieren zó ver gingen, dat ze, ten einde raad, hun vrouwen
en lijfgoederen op het spel zetten tijdens het dobbelen»
Nu lopen er tegenwoordig wel een ferm aantal mannen rond, die, alhoewel hun vrouw niet als
prijsje bij het klaverjassen kwijtrakende, op dat punt gemakkelijke denkers en doeners zijn.
Maar lijfgoederen op het spel zetten, écht lijfgoederen, komt bij AFC praktisch niet voor.
Nou ja, eerlijk gezegd, heb ik Gijs Nijman wel eens met het colbertje van Coentje Colijn het
clubhuis zien uitwandelen. En één keer is het gebeurd, dat Hugo Walker in zijn onderbroek
naar huis moest na een "openleggertje" met Willem Feldmann.
Doch dit zijn excepties. Nog even iets over dat "Rijn-afzakken". Afzakken is nooit leuk. Het is
prettiger, wanneer je onderbroek afzakt, dan wanneer je voetbalclub aan het afzakken gaat. Deze
merkwaardigheid schijnt men automatisch te combineren met een keer degraderen.
Op één punt lijken we helemaal niet op de Batavieren. Zij, namelijk betaalden geen belasting.
En op dit ongelooflijke bericht zou ik met veel genoegen een afzakkertje willen nuttigen.
Misschien wel twee. Want u herinnert zich wat ik daarnet schreef: die sterke drank namelijk.
Ik houd het op dóórzakken.
Oh, ja en of u geen gedistilleerd of tabakspeuken in de plantenbak wilt werpen.
J. E. Canmé de Bout-Hachèle
RE IS VERHAAL
Toen ik met mijn vriend en medespeler B. op het vliegveld van Tenerife aankwam, was alles
wat ons wachtte een vrij gure wind en een dicht wolkendek. Aan de ene kant was ik blij, want
dit zou mijn missie aanzienlijk kunnen vergemakkelijken. Aan de andere kant was ik toch ook
enigszins teleurgesteld, want de leuze "het nuttige met het aangename verenigen" leek niet op
te kunnen gaan.
De internationaal ervaren B. de man om wie het hier gaat, leek minder verontrust. Toch had
hij waarschijnlijk een uitbundige menigte jubelende Tenerifers verwacht. Was hij immers niet
de supersnelle rechter-spits van AFC Amsterdam, speciaal aangekocht om het elftal van de
FC Teide de impulsen te geven, die zouden moeten leiden tot het archipel-kampioenschap?
Niet kon B. weten dat de man die voor het niet verschijnen van de heer Chana en zijn mede
bestuurderen, verantwoordelijk was, naast hem stond. Het AFC-bestuur, dat B. graag wilde
behouden, had mij immers als afgezant uitgezonden om te trachten B, voor ons te behouden.
Mijn eerste opzetje daartoe was geslaagd.
Natuurlijk had het Teide-bestuur reeds uren op het vliegveld gestaan om B te verwelkomen.
Ook duizenden socios hadden de kelen schor geschreeuwd. Echter het was een andere AFC-
spits, die zij als held verwelkomd hadden en die met een eerdere vlucht, geregeld door onze
bekende relaties in de reiswereld, een uur eerder op T„ was aangekomen.