Infervieuw met een tachtigjarige VLEKAVIA Het traditionele Oud op Nieuw-feest van de Reds kan helaas door omstan digheden geen doorgang vinden dit jaar. Toch hopen we het nieuwe jaar in alle opzichten goed te starten en dat wensen wij ook alle A.F.C.-ers en het tachtig jaar wordende A.F.C. toe! De krasse grijsaard zit in het feeste lijk versierde clubhuis aan de Boelelaan. De vlaggen wapperen fier in de wind en het carillon speelt. Verslaggever: „Goede morgen. Gefelici teerd met Uw tachtigste verjaardag. Een feestelijke gebeurtenis. Hoe voelt U zich?" Tachtigjarige: „Uitstekend, een beetje stram, maar gelukkig nog gezond. Ik vind het aardig, dat er zoveel aan dacht aan mij wordt geschonken." Verslaggever: „Nou, dat hebt U ook wel verdiend, want U hebt sinds 1895 heel wat gepresteerd. U hebt geschiedenis gemaakt en velen aan U verplicht." Tachtigjarige (met geveinsde bescheiden heid): „Kom, kom, niet overdrijven jongeman. Ik heb alleen maar mijn Jij 1616 O Jan Pieterszoon Coen sticht Bata via. Voor zijn verdiensten schenkt Holland hem "VLEK". Sinds 1550 gestookt volgens hetzelfde oude recept. Een zeer voordelige merkjenever. 1550 best gedaan om er wat van te maken en talloze anderen hebben mij daarbij geholpen." Verslaggever: „Vertelt U eens iets van Uw leven?" Tachtigjarige: „Dat zou een lang verhaal worden. Mag ik U attent maken op het gouden boek van Jo Wijnand en op ,,'t Was Goed Genoeg", toen ik 75 werd. U vindt daar alles in. De ge schiedenis van het begin af aan, lief en leed, de sfeer van vroeger en de sfeer door de jaren heen." Verslaggever: „Ja, maar over het voet bal van deze tijd hebt U toch nog wel wat te zeggen. Over het spelpeil, de vooruitgang, de taktiek, het publiek, de arbiters, de voetbalmanieren. Is er veel verschil tussen nu en vroeger? Wat vindt U nou van de huidige spits- spelers?" Tachtigjarige: „Spitsspelers? Wat zijn dat?" Verslaggever: „Dat zijn aanvallers." Tachtigjarige: „Waarom noemt U ze dan spitsspelers?" Verslaggever: „Laten we het dan hebben over de linker of rechter vleugelver dediger of de voorstopper." Tachtigjarige: „Pardon, hebt U het nog steeds over voetbal?" Verslaggever: „Natuurlijk, andere tijden, andere benamingen. Andere shirts ook." Tachtigjarige: „Ja, een vreemde gewoon te, waar ik niet aan kan wennen." Verslaggever: „U moet als vitale grijs aard met Uw tijd meegaan. Wat vindt U van het sterk in zwang zijnde neer leggen?" Tachtigjarige: „Neerleggen? U bedoelt iemand van achteren schoppen als ie door handigheid of snelheid voorbij is?" Verslaggever: „Nou ja, het hoeft niet altijd een schop van achteren te zijn. Trouwens, ze grijpen ook wel het shirt vast of halen een speler met de handen onderuit." Tachtigjarige: Ik dacht, dat U over voetbal met mij wilde praten." Verslaggever: „Vond U vroeger dan al les beter?" Tachtigjarige: „Niet beter, wel eerlijker. Je tegenstander was je vijand niet." Verslaggever: „Michels heeft gezegd, dat voetbal oorlog is." Tachtigjarige: „Ik ben te oud geworden om dat te begrijpen." Verslaggever: „U wijst dus veel van het nieuwe af?" Tachtigjarige: „Ik ben altijd tegen oor log geweest." Verslaggever: „Ik bedoel of U de nieu we opvattingen in het voetbal ver keerd vindt." Tachtigjarige: „Ik ben het er niet mee eens, dat de K.N.V.B. schrijft en spreekt over een promotie-degradatie regeling tussen betaald- en amateur voetbal. Ik heb ook bezwaar tegen de uitdrukking: „Afdalen naar de ama teurs"." Verslaggever: „Waarom?" Tachtigjarige: „Je kunt als amateur geen promotie maken door betaald voetbal te spelen. Alsof het een eer is. Het is alleen maar iets anders, heel anders." Verslaggever: „Maar U kunt toch de vooruitgang niet ontkennen? Wij heb ben nu zingende arbiters, schrijvende spelers, clubs met subsidies van de overheid, clubs zonder hinderlijke tra dities." Tachtigjarige: „Ik noem dat geen voor uitgang." Verslaggever: „Doet U eens een voor spelling over voetbal." Tachtigjarige: „A.F.C. blijft in de hoofd klasse." Verslaggever: „Ik bedoel meer in het al gemeen. Heeft voetbal nog toekomst?" Tachtigjarige: „Als we het amateurisme in ere houden wel." Verslaggever: „Bent U tegen betaald voetbal?" Tachtigjarige: „Nee, maar wel tegen pro fessioneel neerleggen." Verslaggever: „Gelooft U, dat A.F.C. zich zal handhaven?" Tachtigjarige: „Komt U maar op ons feest, dan kunt U die vraag zelf be antwoorden." Verslaggever: „Hebt U nog een bood schap voor de voetbalwereld?" Tachtigjarige: „Staakt de oorlogshande lingen zo snel mogelijk." Verslaggever: „Ik zal proberen van dit gesprek een aardig artikel te maken, maar als de Kromme nog een gele kaart krijgt, heeft dat nieuws natuur lijk voorrang. Want dat willen de mensen lezen." Tachtigjarige: „Jammer, maar ik begrijp dat de voortuitgang niet is tegen te houden." Exclusief voor ons blad. R. B. 8

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1974 | | pagina 8