Van een vader
H. G. TEIWES
Voor Uw
Bloemen
Het is toch, jammer genoeg thans zó,
dat de oververhitte atmosfeer van het
moderne leven ook het kind voortjaagt.
En wat zou er nu niet nuttiger kunnen
zijn, dan, óók in onze verenigingen, meer
contact te zoeken met de jongste genera
tie. Wij, ouderen, meten ons, vaak on
bewust, een zekere „plechtstatigheid"
aan, die de jongeren niet lusten. Wij lo
pen hen voorbij, zonder ze op te merken.
En zij missen, juist vaak daardoor, het
gevoel van de noodzakelijkheid om uit
zichzelf ons te benaderen.
Ik praat vaak met jongeren. Dat heeft
zijn nut en het is bovendien heel goed
voor oudere mensen. Want ze blijven er
jong door. Er kwam een jongeman des
middags vaak biljarten. Hij groette nie
mand maar wie groette hem? Hij
stopte wat kwartjes in de biljartklok en
ging dan rustig zijn gang. Tot op een
keer ik naar hem toekwam want dan
moet je nooit en publique doen en
hem vroeg, waarom hij bij het binnen
komen niemand goedendag zei. Weet U
wat hij antwoordde? Het is fijn, dat U
mij daar op attent maakt, want ik wist
niet, dat dat zo moest. En wat doet dat
joch nu, als hij binnenkomt? Met luide
stem zegt hij: goeden middag, heren.
Misschien wel een heel simpel voorbeeld,
maar een overwinning op de verhouding:
jong en oud in A.F.C.
Weer wil ik een prachtig stukje paeda-
gogie van Durant U niet onthouden:
„De jeugd is zo vrijmoedig en zorgeloos
als een god. Zij houdt meer van opwin
ding en avontuur, dan van eten en drin
ken. Zij houdt van de overtreffende trap,
het overdrevene, het onbegrensde, omdat
zij overvloeit van energie en brandt van
verlangen haar kracht vrij te maken. Zij
houdt van nieuwe en gevaarlijke dingen;
een mens is zo jong, als de kansen, die
hij waagt. Men vraagt haar rustig te zijn,
als lawaai haar levensbehoefte is; men
vraagt haar lijdelijk te zijn, als zij naar
de daad verlangt; men vraagt haar in
getogen en bezadigd te zijn, als haar
bloed zelf haar voortdurend in een roes
brengt."
Dit werd in 1940 geschreven en hoe
waar is dit alles, vooral in deze onstui
mige na-oorlogse-periode gebleken te
zijn? „Vereniging A.F.C.!" Het woord
zegt het immers al. Een vereniging van
jong en oud. Een uiteraard heterogeen
gezelschap. Van moeilijke en gemakke
lijke karakters, van uiteenlopende in
zichten, van geheel verschillende instel
lingen. Deze mengelmoes te smeden tot
één geheel dient onze allereerste en voor
naamste taak te zijn.
En die mogelijkheid is er, indien jong
en oud trachten elkaar te begrijpen.
Maar vooral ook te benaderen. Boven
dien zal dit een enorme steun zijn voor
de jeugdkommissie. En het zal de sfeer
bijzonder verbeteren.
In de volgende Schakel hoop ik over
het onderwerp „IEUGD" nog wat meer
te schrijven. Maar ik hoop ook, dat U
niet boos op mij bent, dat ik van mening
ben, dat daar wel eens iets aan heeft ge
mankeerd.
So long!
W. G. M. Staats
Ik zou het bijzonder op prijs stellen,
wanneer U bereid bent dit artikel in Uw
eerstkomende clubkrant te willen plaat
sen.
Als geregelde bezoeker van de thuis-
en uitwedstrijden van de lunioren Cl wil
ik graag het volgende onder de aandacht
van de jeugdkommissie en leden bren
gen.
Aangezien ik als vader van een van
deze jongens twijfelde aan mijn objecti
viteit heb ik lang gewacht met deze brief,
doch toen een bij uitstek voetbalkenner
als trainer, de heer Van Dijk, mijn me
ning bevestigde, dat dit elftal een bij
zonder goede partij speelde en bovendien
hun leider, de heer Peters, mij zei, dat hij
in zijn loopbaan als jeugdleider verschil
lende elftallen kampioen heeft zien wor
den, doch nimmer zo overtuigend en met
zo'n goede sfeer als dit huidige Cl-elftal,
toen meende ik nadat ook neutrale toe
schouwers mijn mening bevestigden, dat
mijn eigen visie juist was.
Ik weet uit ervaring, dat men snel
geneigd is een goed draaiend elftal te
idealiseren, maar aan de andere kant
spreken de resultaten duidelijke taal.
Het is bijzonder spijtig, dat dit elftal
bij het huidige systeem het volgend jaar
over de verschillende B-elftallen zal wor
den verspreid. Ik zou derhalve de sugges
tie willen doen om daar eens van af te
wijken en dit elftal zoveel mogelijk com
pleet te laten, eventueel met de drie jon
gens, die de leeftijd van B-junioren nog
niet hebben bereikt wanneer dit ten
minste reglementair mogelijk is en dit
elftal in zijn geheel volgend jaar uit te
laten komen als lunioren B4 of 5 en te
vens hun leider, de heer Peters, te blijven
belasten met de begeleiding. Ik ben de
mening toegedaan, dat men dan een jaar
later, wanneer deze knapen wat steviger
zijn geworden, dit elftal zonder meer kan
gebruiken om dan als BI goede resul
taten te laten boeken.
Ik zou het bijzonder op prijs stellen,
wanneer U deze suggestie eens wilt over
wegen en eventueel de mening van de
heer Van Dijk en de heer Peters wilt
vragen.
Mogelijk zal A.F.C. dan in de „long
run" nog meer profijt van dit elftal kun
nen krijgen, hetgeen gelet op de omgang
van deze jongens buiten het veld m.i.
zeker te verwachten is. Het is misschien
wel goed er ook op te wijzen, dat de ver
schillende ouders tijdens de wedstrijden
een bijzonder leuk contact met elkaar
hebben, hetgeen ongetwijfeld ook invloed
heeft op de omgang van de jongens on
derling.
Ik wil niet nalaten de jeugdcommissie
vanaf deze plaats in zijn totaliteit en de
heer Peters in het bijzonder hartelijk te
KOSTVERLORENHOF 63 EN 93 AMSTELVEEN
TELEFOON O 20 - 43 35 50
N.V. SCHOONMAAKBEDRIJF
Schoonmaakonderhoud van fabrieken, kantoren, theaters,
schepen, vliegtuigen en treinen.
KANTOOR SCHIPHOL, TELEFOON 15 4172
Vondelstraat 82, Amsterdam, Tel. 12 41 89 - 38 96 26