ik heb tik.
in oude-of
jonge ylek
poolt Allen mee, het is voor A.f.c.
Vert J G DE VRIES. WETERINGSCHANS 59 AMSTERDAM. TEL 235041
Overbluft
Lees ik in het Parool van enkele we
ken geleden dat onze vroegere eerste
elftal-speler Co Onsman tijdens de wed
strijd tussen Sparta, waarvoor hij nu de
kleuren verdedigd, en A.D.O. in Den
Haag overbluft was. Schrijft Parool's
verslaggever: „Co Onsman stond in de
kleedkamer van Sparta voor zich uit te
staren. Hij had in de 26e minuut na de
rust de handsbal veroorzaakt waardoor
Houwaart uit een strafschop A.D.O.
met 2-1 had voorgebracht. „Ik wilde de
bal met mijn lichaam doodmaken", ver
telde Onsman, „maar de bal sprong van
een polletje op en is toen blijkbaar te
gen mijn arm gekomen. Ik heb het niet
eens gevoeld". Toen scheidsrechter
Dorpmans direct daarna blies, dacht ik
dat iemand achter mij een overtreding
had begaan, maar toen ik hoorde dat ik
hands had gemaakt en dat wij een straf
schop tegen kregen, was ik overbluft.
Volgens mij heeft de heer Dorpmans,
die bij de hoekschop achter de lijn naast
het doel stond, het niet gezien en ging
hij af op het vlaggen van de grensrech
ter. Scheidsrechter Dorpmans zei de
handsbal van Onsman goed te hebben
gezien. „Het was hands en aangezien
hij binnen het strafschopgebied stond,
floot ik voor een strafschop. Het is na
tuurlijk sneu voor Sparta, maar hands
is hands". Tot zover het voorval van Co
Onsman, zoals het Parool dit beschrijft.
Onsman, die thans in Zwijndrecht
woont, is na zijn vertrek naar het semi-
prof-voetbal lid van A.F.C. gebleven.
Tijdens de wedstrijd tegen J.O.S. zat hij
op de tribune aan de De Boelelaan. Hij
was bij Sparta als reserve aangewezen
en had toen zijn trainer gevraagd een
keer te mogen ontbreken om naar Am
sterdam te kunnen gaan. Het verzoek
werd ingewilligd en zo heeft Co de nu
niet bepaald aantrekkelijke wedstrijd
tegen J.O.S. gezien.
Desondanks had hij geen spijt van
zijn gang naar het A.F.C.-terrein omdat
hij daar veel oude vrienden ontmoette.
Het is wel zeker dat Co, als hij een
streep zet achter zijn semi-professiona-
lisme, weer naar het amateurvoetbal te
rugkeert en dan natuurlijk in de moe
derschoot van A.F.C.
Niets nieuws onder de zon
Er is feitelijk niets nieuws onder de
zon. De honkbalminnenden onder u we
ten dat het orgaan van de A.B.C.-ers
nogal wat medewerkers telt die hun ont
boezemingen en impressies onder een
pseudoniem aan de drukinkt toevertrou
wen. Niet omdat ze bang zijn dit onder
hun eigen naam te doen, maar omdat
bepaalde artikelen nu eenmaal meer
„sjeuigheid" krijgen als ze met een
schuilnaam zijn ondertekend. Wie dacht
dat onze honkbalbroeders daarmee uniek
zijn, vergist zich. Al vele jaren geleden
bestond het geschrevene in de A.F.C.-
Schakel voor een groot deel uit artike
len van zich door pseudoniemen camou
flerende leden. Ik lees in Jo Wijnand's
Gouden Boek tenminste: „Hoe kon je
anders dan verliefd zijn op de Schakel,
als je als redacteur zoveel medewerking
had. In andere clubbladen las je de
nood- en smeekbeden voor kopij. Bij ons
was dat niet nodig. Het ging vanzelf.
De voortreffelijke hoofdartikelen van
Galavazi, die de Schakel welhaast tot
sportblad stempelden, de technische be
schouwingen van „Observer" (Jo
Broeksmit), de consciëntieuze verslagen
van „Speler" (Jaap van Nek), de gees
tige reportages van „Eppals" (Willy
Brusse), de „Uitjes met Taartjes" van
de „Man op de Tribune" (Piet Vermeu
len), de nieuwjaarswensen van „Bébé"
en „Augustora Jr." (Dick Bessem en
Nic. Selles), de gedichten van „Nico"
(Nic. Holtzappel), „Seagull" (Sijmen
Wit), „Aangetrouwde" (de verloofde van
Karei Nesenberend) en „N. Eversharp"
(Wim Staats). Wat een prachttijd van
clubjournalistiek'. Tot zover het Gouden
Boek. U ziet het: talloze pseudoniemen.
Van de beide Schakel-redacteuren hoor
de ik dat het thans maar matig is ge
steld met de schrijflust van de A.F.C.-
ers. Mensen, pak de pen toch eens!
Waarom kon dit vroeger wel, maar nu
niet?
Vrouwelijke fluitisten
U zult ze zeker al op één van onze
velden aan de De Boelelaan hebben ge
zien: de vrouwelijke scheidsrechters. De
eerste stem die opging om over te gaan
tot vrouwelijke fluitisten klonk enkele
jaren geleden in de bondsvergadering
van de K.N.V.B. Het was wijlen de hr.
Sougé, voorzitter van de afdeling Noord-
Holland van de K.N.V.B. die voorstelde
om de vrouwelijke scheidsrechter op de
Nederlandse voetbalvelden haar entree
te laten maken. Hij deed dit om te pro
beren het grote tekort aan scheidsrech
ters enigszins te kunnen opheffen, zo
lees ik in „Zaken die ons raken", het
blad van de landelijke bond van ama-
teurvoetbal-verenigingen. De heer J. C.
Brinckmann, voorzitter van deze bond
vraagt zich af of wij met deze ontwik
keling dus het meer en meer inscha
kelen van vrouwen in en om de voet
balsport blij moeten zijn. „Heeft het
bestuur van de K.N.V.B. zich reeds
Over „vrouwen in de voetbalsport" be
raden." Op dit punt wordt in het regle
ment alleen gesproken over „vrouwen
die een functie bekleden in een vereni
ging en als zodanig door het bondsbe-
stuur als lid zijn toegelaten", aldus de
L.B.A.-voorzitter. De heer Brinckmann
vraagt zich af waar de K.N.V.B. de
grens moet trekken. Deze uitlatingen
waren voor de heer T. Bakker, admini
strateur van de afdeling Noord-Holland
van de K.N.V.B., de afdeling dus waar
het eerste initiatief werd genomen ten
aanzien van vrouwelijke scheidsrech
ters, reden om een ingezonden artikel
te schrijven, in het L.B.A.-blad. Hij ver
telt hierin dat de afdeling Noord-Hol
land thans zestig a zeventig vrouwelijke
scheidsrechters telt en dat zij het uit
stekend doen. „Als we meer propagan
da maken krijgen we binnen de kortst
mogelijke tijd een zeer groot korps vrou
welijke scheidsrechters", aldus de heer
Bakker. „Dat willen we nog niet, om
dat we de mannen vóór willen laten
De heer Bakker merkt in zijn artikel
voorts op dat de heer Brinckmann dient
te weten dat het aantrekken van V.S.-ers
uit de nood is geboren en wel omdat de
mannen verstek lieten gaan.
„U moet ook weten dat wij nadruk
kelijk hebben gesteld en ook vastgelegd
dat de vrouwen uitsluitend jeugd van
12 tot 15 jaar mogen leiden en daarvoor
blijken ze in de praktijk bijzonder ge
schikt. Het aantal strafzaken is belang
rijk kleiner bij wedstrijden die door
vrouwen werden geleid dan bij wedstrij
den onder leiding van mannen", zo be
weert de heer Bakker. „En niet omdat
ze bang zijn om op te treden maar om
dat ze meer tact hebben".
Gelachen
Ik weet niet meer waar ik het gele
zen heb, maar het echtpaar Koos en
Annetje Lorreslijper vierden hun 25-ja-
rig huwelijk. Natuurlijk in hun eigen
vertrouwde omgeving temidden van
sportvrienden en -vriendinnen. We heb
ben gelachen om de moppen van Chris,
u weet wel de man die de vorige week
in eigen doel schoot, om de plotselinge
binnenkomst van ons lid Kees, verkleed
als terreinknecht en om de eerlijke
wensjes van de nichtjes van de tante
van de buren van onze rechtsbuiten uit
het negende. Kent u ze niet? Ontgaat
u de gijn? Geeft niet, als wij maar ge
lachen hebben.
PLAGIARIS