PLIEGER
KEUKENS
KEUKEN
BequnstiQino van onze aöveRteeRöeps, houöt öe schakel in stanö
45 minuten. Nu kunnen we zeggen: „fijn,
ze hebben hun ontspanning gehad, ge
zond voor lijf en leden". Ik zou de laat
ste zijn die hieraan zou willen knabbe
len maar als wij ons alleen maar bepa
len tot deze eenvoudige stelling, dan ge
loof ik dat wij ons vergissen.
Nog niet zo lang geleden mocht ik in
„Elseviers Weekblad" een voortreffelijk
relaas lezen van Mr. Elias. Hij begon
met te stellen, dat hij nog nooit in zijn
jarenlange ervaring als journalist enige
waarneembare invloed had kunnen con
stateren van zijn schrijverij op de ge
meenschap. Op zijn onnavolgbare wijze
borduurde hij lang op dit thema door
totdat hij tenslotte toch botste op de
onvermijdbare vraag „waarom schrijf ik
dan..?" Zijn antwoord spreekt voor
zichzelf. Hij zegt dan: „wij doen dit al
lemaal om de eer, die ons te beurt kan
vallen". Hij citeert dan een Engelsman
(wiens naam ik al weer vergeten ben):
„honor is the flame burning inside of
us". Wij hunkeren allemaal naar eerbe
toon. Een mens voelt zich gelukkig wan
neer men hem op de schouder slaat en
een goed-zo toevoegt. Dit is niet woor
delijk Mr. Elias maar wel de portee van
zijn betreffende Praetvaria.
Laten wij eerlijk zijn A.F.C.-ers, wij
vinden het ook prachtig als wij onze goed
gespeelde wedstrijd gehonoreerd zien in
een lovende kritiek. Stellen wij hoge
eisen aan ons zelf dan moet die vlam in
ons laaiende zijn, zo niet, blijf dan maar
sudderen op een zacht pitje! Vraag het
aan elke voetballer, waar ook ter we
reld. Speel je liever in een stadion met
een duizendkoppig publiek dan op een
ver veld, slechts hier en daar gemar
keerd door een toevallige voorbijganger?
U en ik weten het antwoord. Iedereen
die een spel speelt hunkert naar dat
goed-zo. Een voetballer gaat beter voet
ballen als zijn spel gewaardeerd wordt
door het applaus van het publiek. Dat
stimuleert hem. Hij kan zelfs hierdoor tot
grote hoogte stijgen. Voorbeelden te
over. Eerbetoon in welke vorm dan ook
is de meest gezonde doping die er be
staat.
En daarom vond ik het zo pijnlijk die
AROL-uitslagen te moeten lezen in de
kleinst denkbare letter, die de drukker
ter beschikking had.
Wat voor het AROL-toernooi geldt is
ook van toepassing op het gehele ama
teur-voetbal. In plaats van 2e klasser te
zijn werden wij, toen het betaalde voet
bal zijn intrede deed, in de ogen van
het publiek, 5e klasser. Het halfslachtige
betaalde voetbal van deze tijd zal zich
in de toekomst natuurlijkerwijs saneren.
Ik durf te veronderstellen, dat wij bin
nen afzienbare tijd een Europese compe
titie zullen hebben van geheel-betaalde
voetballers (Europa Cup!). Dan krijg je
andermaal een selectie en zakt de be-
plastic uitvoering
plaatstalen uitvoering
de italiaanse keuken
imp. gebr. plieger Heerlen, amsterdam
langstelling voor de amateurs navenant.
Ik ben mij er van bewust dat ik be
slist niet de enige zal zijn met deze denk
beelden. Op de De Boelelaan staat een
kasteel van een clubhuis, herbergende 3
vitale verenigingen onder één kap. Een
ledental, waarop menig club in Neder
land afgunstig is. Met goede, doortasten
de en initiatiefrijke besturen. U vraagt
zich dan ook af, waarom maakt die Char
lie zich zo druk. Ik zou mij meester wil
len maken van de overbekende uitdruk
king: „regeren is vooruitzien". Een
klein steentje zou ik willen bijdragen.
Daarom ook ben ik dit stukje begonnen
met het AROL-toernooi. Het AROL-
toernooi waar wij vroeger zo bovenmatig
trots op waren. Wie denkt niet met wee
moed aan die overvolle tribunes terwijl
de sterksten van het land met al hun
elan streden om de hoogste eer, de
AROL-beker! Een eclatante opening
van het nieuwe voetbalseizoen. Als enige
concurrent in onze vaderlandse voetbal
wereld hadden we het Zilveren Bal-toer
nooi van Sparta. De jongsten onder ons
zulen niet eens weten wat dat is. Maar
laat ons in Godsnaam niet teren op ver
gane glorie.
Ik ken de heer Bosch niet, maar ik
neem aan dat hij bekend is met het oer
oude Nederlandse spreekwoord: „als het
getij verloopt moet men de bakens ver
zetten".
Willen wij ons amateurvoetbal weer
aantrekkelijk maken voor het publiek
dan moeten wij andere wegen inslaan.
En weer zou ik graag met het AROL-
toernooi willen beginnen om zo maar
enkele suggesties te doen, die ten doel
hebben de belangstelling van het publiek
te stimuleren.
1. Is het beslist noodzakelijk dat de
eerste AROI.-dag samen moet vallen
met de eerste competitiedag van het
betaalde voetbal?
2. Ondanks de hevige oppositie die
thans heerst ten aanzien van het
meespelen van amateurelftallen van
het betaalde voetbal in 1ste klas
amateurverband, lijkt het mij zeer
aantrekkelijk dat aloude tegen
standers zoals AJAX, BLAUW WIT
etc. met hun amateur-elftallen deel
nemen aan de AROL. Niet onder de
kwalificatie AJAX III maar zonder
meer AJAX. Zijn het amateurs of zijn
het geen amateurs??? (Nog net. Red.)
3. Is het gek in dit verband internatio
naal te denken? Waarom zouden er
geen buitenlandse clubs met hun
amateur-elftallen kunnen deelnemen
op dezelfde wijze als onder 2 om
schreven.
4. AROL 1964 zou b.v. één grote mani
festatie van het amateurvoetbal in
Nederland kunnen zijn. Staat U mij
toe, dat ik mijn fantasie de vrije loop
laat.
Deelnemende amateur-elftallen van
grote binnen- en buitenlandse clubs.
Geen haasje-over-springers, vendel-
zwaaiers en bij gebrek aan beter nog
eens tweeëntwintig voetballende jon
gens tijdens het grote intermezzo maar
b.v. gezamenlijk optreden van een
aantal drumbands (uiteraard ama
teurs!).
Deze drumbands kunnen 's ochtends
de stad bijtijds wakker schudden. AI
onze jongeren in compleet tenue vol
gen de bands met attractieve uitno
digingen tot het bijwonen van de
AROL 1964.
Kraampjes en stands moeten op de
bij-terreinen het idee geven van een
vrolijke fancy-fair, terwijl tientallen
vlaggen ons hoofdveld moeten mar
keren.
Als grote trekker. (lach niet) bij
aanvang van de wedstrijden opstijgen
van Nini Boesman in haar ballon
vanaf het tweede veld.
5. Pers en televisie inschakelen om zo
doende wijd en zijd bekendheid te
geven aan deze grootse amateur-ma
nifestatie.
Met Nini Boesman keer ik dan nu
terug naar de aarde en kijk in Uw ver
schrikte ogen. Vreest niet, gij rood-zwarte
strijders met Uw heldhaftig verleden, de
stunt met de ballon was slechts fantasie.
De ernstigen onder U behoeven maar
met hun bittergarnituur-prikkertje te
steken en de ballon spat uit elkaar!
Ik heb mij geuit en voel mij een weinig
opgelucht. Het bovenstaande is ontspro
ten uit de gevoelens die ik kreeg na het
ontcijferen van de uitslagen van de 1ste
AROL-dag 1963.
Ik hoop dan ook van ganser harte dat
de komende AROLS en de gehele toe
komst van ons amateurvoetbal niet let
terlijk en figuurlijk op het derde veld
terecht komen!
CHARLIE.
Naschrift:
Het betoog van Charlie over ons
AROL-toernooi toont duidelijk aan, dat
dit A.F.C.-gebeuren hem na aan het hart
ligt. Stellig staat hij daarbij niet alleen.
Dat hij het wenselijk acht de AROL-wed-
strijden aan te passen aan de verande
rende omstandigheden is echter geen
nieuw gezichtspunt, maar niettemin kan
het, dunkt ons, geen kwaad ons te blij
ven bezinnen op maatregelen, die tot
reactivering kunnen leiden. Uiteraard
met behoud van de gevestigde tradities,
zonder welke de AROL nu eenmaal geen
AROL meer zal zijn. Hopelijk echter lokt
het woord van Charlie een wederwoord
uit. Ons jaarlijks toernooi is namelijk nog
altijd belangrijk genoeg om er over van
gedachten te wisselen. (Red.).
gebr. plieger
Heerlen, amsterdam