Eqlders
Eqlders?
Monsieur Qerarci
TT^JP
T"-v
Alle ÖRUkwepken
kanAAlStRAAt 132
tel. 80710
AmsteRöAm
kent de sfeer van A.F.C.
Kent U de sfeer van
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRÓeRS, houöt öe schakeL in stanö
moeten wij door intensieve training pro
beren op te voeren. Indien alle spelers
daaraan willen medewerken, dan kan het
niet anders of we zullen daar straks, als
de competitie weer normaal gaat draai
en, de resultaten van zien.
De vereniging, die deze rustperiode
het best benut, maakt in de competitie
zeker kans op een van de bovenste
plaatsen. Wij rekenen er op, dat A.F.C.-
elftallen daar bij zullen behoren.
De Elftalcommissie
Namens
C. KERKER.
(Inmiddels werd de competitie hervat
met een nederlaag. De achterstand op
J.O.S. bedraagt derhalve 7 punten. De
voorsprong op O.V.V.O. 5. Naar onze
mening is het zaak om nog menig puntje
binnen te halen om ons althans de vei
lige middenmoot te doen behouden.
Red.).
yoomstraat 8. Een bedaarde, keurig
nette straat in Amsterdam Zuid.
Niets wijst erop, dat juist hier nu
een bijzonder stadgenoot, ja, ik mag wel
zeggen een merkwaardig man zou wonen.
Toch stijg ik bedremmeld de lange
stoep op en lees bedachtzaam de bord
jes aan de deur. G. Th. van Nigte-
vegter staan meer bordjes aan de
deur. Ik zocht eigenlijk dat van „finan
cieel goochelaar". De gong gaat, als ik
aanbel en er klinkt de bekende melodie:
„Die A.F.C.-luitjes met die rooie trui
tjes".
De deurmat is een afbeelding van het
nieuwe clubhuis; een haakwerkje van
Mevrouw van Nigtevegt, zo ik later ver
nam. Aan de wand wat vlaggen van de
Grote drie-eenheid: A.F.C., A.B.C. en
A.C.C.
Binnen in de huiskamer ligt Monsieur
Gérard. Hij heeft een keeperstrui aan en
kiksies. Ik dacht eerst: de man ligt diep
te rusten van het enorme werk, dat hij
verricht. Maar spoedig constateerde ik,
dat hij op iets kauwde. Ik vroeg der
halve: „Beste vriend, waarop kauwt gij?"
Hij antwoordde: ,,Dat zijn ouwe
blauwdrukken. Wil je er eentje? Maar
pas op voor de nietjes, die er nog in
kunnen zitten".
Inmiddels kwam Mevrouw van Nigte
vegt de kamer binnen. Zij droeg een
A.F.C. shirt en rood zwarte nylons. „Het
staat U goed" zei ik. „Ja" antwoordde
deze charmante vrouw". Mijn man wil
dat nu eenmaal. Hij leeft op het ogen
blik in vrij hoge sferen en is doordrenkt
van plannen van Goed Genoeg. Persoon
lijk prefereer ik een honkbalbroek".
Ze schonk thee en presenteerde een
zandtaartje. „Zand van het nieuwe ter
rein. De laatste grondboringen van de
Gemeente. Smaakt voortreffelijk".
Terwijl het zand tussen onze kiezen
vrolijk knerste, keek ik eens rond. De
wanden van de salon waren behangen
met een bijzonder papier. Een apart
papiertje, zoals de behangers wel zeg
gen. „Een idee van U, Mevrouw?"
„Nee, van mijn echtgenoot. Het zijn
verouderde calculaties, rapporten, af
schriften van vergunningen en nog wat
tekeningen van architect Roodenburg".
Ik ging er nog eens goed met mijn
neus opstaan en het duizelde van de
cijfertjes. Een ontstellend aantal nullen
vormden het hoofdmotief.
„Ik heb honderden besprekingen ge
voerd" verduidelijkte Monsieur Gérard
met vermoeide stem. „Enorm veel nul
len krijg je dan te zien. En juist met
die nullen heb je het meeste te kam
pen. Gaat U maar na: één nulletje
minder of meer, wat dat scheelt!!!"
Midden in de salon lag een dikke
paal. Deze stak door het raam en de
top verdween bij de overkantburen door
de erker. „Zij zijn met wintervacantie"
zei Mevrouw „dus het is niet zo héél
erg".
,,'t Is 'n copie van de eerste paal"
vertelde Gérard. „Wat een joekert, hé?
Nou en over een tijdje krijgen we de
eerste steen, die gelegd moet worden.
Tja, ja Hier keek Monsieur Gérard
nogal bezorgd.
„Wie Uwer zonder zonde is, legge de
eerste steen" zei ik zachtjes en diep
ernstig. Het bleef 8V2 minuut muisstil
in de huiskamer. Gérard liep de leden
lijst vluchtig na. Niemand van ons kon
op een juiste keus komen.
„Het zal een piepjong adspirantje
moeten worden. Anders zou ik het ook
niet weten" zei tenslotte Mevrouw van
Nigtevegt, die een uitstekende kijk
heeft op het sterke geslacht.
DANKBETUIGING
Mede namens mijn vrouw dank ik
alle A.F.C.-ers heel hartelijk voor de
vele blijken van sympathie en de fraaie
geschenken t.g.v. ons huwelijk ontvangen.
HENNE BOSKAMP,
Frans van Mierisstraat 121.
In de hoek van de kamer stonden
vier grote tonnen en een van een klei
nere maat. „Mag ik weten, of dit de
een of andere symboliek verbergt?"
vroeg ik nieuwsgierig. Toen begon Mon
sieur Gérard ijselijk te steunen. Hij
hapte naar lucht als het ware en zijn
vrouw nam mij heimelijk terzijde.
„Spreek gerust over alles, maar laat
het woord „tonnen" achterwege. Hij is
momenteel onder handen van een psy
chiater. Niet dat wij het zó urgent von
den, maar het is af en toe wel eens
prettig te weten of alles nog op de
juiste volgorde bij hem zit".
Zij knipoogde veelbetekenend en het
antwoord van Gérard liet niet zo lang
op zich wachten. „En donder nou op"
brulde de Kalif van Duitenveldert mij
toe „Je wordt opdringerig en bovendien
is het zaterdag en moet ik nu in bad".
„Maar daar?" hield ik aan „Gaat U
dan weer cijferen?" „Zeer waarschijnlijk
wél!" fluisterde hij ineens met van
plichtsgetrouw ingehouden stem „Bo
vendien krijgen we vanavond Elvis Pres
ley nog".
„Een lid van de Stichting, naar ik
vermoed" vroeg ik.
„Man, donder alsjeblieft op" schreeuw
de hij zó hard, dat de eerste paal bijna
van schrik recht overeind ging staan.
En terwijl hij de laatste snippers van
de gewijzigde bouwtekeningen van de
Amsterdamsche Ballast Maatschappij
doorslikte, nam ik maar de veilige
kuiten.
„Succes" riep ik nog snel, maar ik
hoorde iets in scherven slaan achter mij
en verdween. Ik „donderde op". Nee,
erger!! Ik donderde van de hoge stoep
en kwam op mijn derrière in de Zoom
straat te zitten.
„Wat een pracht-A.F.C.-er" mijmerde
ik, toen voorbijgangers mij optilden.
„Wat een Kei van een vent!!!!"
Jhr. W. VAN ROSSEM
DE GAULIN.
Korte Leidsedwarsstraat 47