V/an de trainer H. de GROOT luxe autoverhuur Zonder chauffeur Nieuwe wagens All Riskverzekering poolt allen mee, het is voor a.f.c. Persoonlijke kwaliteiten van voorhoedespelers. De buitenspelers. leder type speler, groot of klein, kan hiervoor gebruikt worden indien zij zoveel mogelijk de volgende kwaliteiten bezitten: A. lichamelijke: le. snelheid, zowel met als zonder bal; 2e. uithoudingsvermogen, afwisselend lan ge en korte sprints met en zonder bal; vrijlopen zonder bal; het snel dekken van de vijandelijke back, kanthalf en wel in het bijzonder van de vijandelijke buitenspeler; 3e. hardheid, in verband met de dekking door de vijandelijke back (persoonlijke duels). B. geestelijke: Ie. voetbalintelligentie, in verband met positie bepaling en listige afwerking; 2e. besluitvaardig, in verband met afwer king van de aanval; schieten uit een moeilijke positie; het geven van een hoge of een lage voorzet; het geven van een voorzet bij de eerste of tweede paal; een trekbal enz. Dus nooit aar zelen maar direct beslissen; 3e. zelfbeheersing, in verband met het be nutten van iedere kans, maar ook ten opzichte van de vijandelijke back in zware duels; 4e. doortastend; de achterhoede van de tegenpartij doorlopend met snelle en gevarieerde aanvallen bestoken om zo doende paniek te zaaien. De aanvallende taak. Deze geschiedt in samenwerking met het gehele team. In de eerste plaats dient een buitenspeler de spreiding te bevorderen. Hij bereikt dit door zo lang als verantwoord is op zijn vleugelplaats te blijven. Hij is tevens belast met de afwerking van een opge zette aanval en moet zijn spel zo ge varieerd mogelijk maken. Het spelen op een buitenplaats brengt vele moeilijkhe den met zich mede. Een buitenspeler ge niet doorgaans een zware dekking en wanneer hij in het bezit van de bal is gekomen heeft hij slechts beperkte mo gelijkheden om zijn spel te ontplooien. Wanneer hij de bal op zijn vleugel van een medespeler ontvangt, heeft hij wei nig richtingen om zich met de bal daar in te verplaatsen n.l. of langs de lijn of naar binnen. Een verdediger is veelal in het voordeel ten opzichte van de buiten speler. Hij kan desnoods de bal over de zijlijn werken, iets, wat een buitenspeler zich niet kan veroorloven. Deze moet te allen tijde proberen de bal in het spel te houden en er iets opbouwends mede te doen. Om een bal in een gunstige positie te ontvangen moet hij eventueel ver op eigen helft terug komen of (en dit is een zeer belangrijk onderdeel) tijdig in de sprint gaan om de bal in de open ruimte achter de back te ontvangen. Het bepalen van het tijdstip om zich vrij te lopen is van groot belang en hier worden wel de meeste fouten gemaakt. (Niet te vroeg en niet te laat gaan lopen). Tot de aanval- lende taak van de buitenspeler behoort tevens het ingooien. Wanneer de bal op de vijandelijke speelhelft tussen de doel lijn en de rand van het strafschopgebied uitgaat, dient hij de taak van zijn kant- half over te nemen. Gebeurt dit niet en gooit de halfspeler toch in, dan bestaat de kans, dat bij een mislukte ingooi de half niet op tijd in de verdediging terug kan komen. Ook hierop moet dus geoe fend worden en vooral verre ingooiballen zijn voor de tegenpartij een groot ge vaar. Dit onderdeel van het voetbalspel wordt veelal ten onrechte verwaarloosd. Het nemen van een corner is eveneens een belangrijk onderdeel van zijn aan vallende taak. Veel ballen worden achter het doel geplaatst of laag voor het doel. Hierdoor gaan vele kansen op een doel punt onnodig verloren. Een corner biedt vele mogelijkheden om een doelpunt te maken. Vroeger werd praktisch elke cor ner hoog voor het doel geplaatst. Tegen woordig ziet men. diverse variaties op een corner. Hoofdzaak echter is dat er vooraf overleg wordt gepleegd hoe de corner moet worden afgewerkt. Op dit onderdeel van de aanvallende taak kan nog veel verbeterd worden, maarer moet op geoefend worden. Houdt reke ning met de wind, plaats de bal circa 10 meter van het doel af en geef vooral lengte aan een corner. De speler die de corner moet afwerken kan de bal veel beter inkoppen wanneer de bal bij de tweede paal terecht komt. De verdedigende taak. Deze beperkt zich tot een bepaald gedeelte van het veld en geschiedt meestal in samenwerking met de binnenspeler, de kanthalf en de back. Bij de aftrap door de tegenpartij wordt de vijandelijke buitenspeler door de vleu gelspeler gedekt. Zijn collega back kan terug blijven en zodoende een eventuele snelle doorbraak door het midden in samenwerking met de spil tot staan bren gen. Bij een uittrap door de vijandelijke keeper is dit eveneens het geval. Snel terug komen bij een eigen afgeslagen aan val is dus zeer belangrijk om de taak van de back te verlichten. Wanneer de aanval van de tegenpartij over de andere vleugel plaats vindt moet eveneens snel op eigen helft worden terug gekomen om de dekking van de vijande lijke buiten- en eventueel vrijstaande bin nenspeler over te nemen. Indien een aanval is mislukt, waarbij de collega binnenspeler ver in de vijande lijke verdediging is gekomen, moet de buitenspeler zo snel mogelijk het afstop pen van de vijandelijke kanthalf waar nemen. De oude formatie wordt pas weer hersteld indien de bal weer in het be zit van eigen partij is gekomen en de binnenspeler zijn plaats weer kan in nemen. Uit bovenstaande taken blijkt dus, dat de buitenspeler tegenwoordig over een uitmuntende conditie moet beschikken. Natuurlijk loopt niet alles even gesmeerd als is aangegeven maar met een goede wil en een goed spelinzicht kan de bui tenspeler een zeer waardevolle schakel in het gehele team zijn. Tenslotte enige veel voorkomende fouten: Aanvallend: a. niet snel genoeg terug komen uit de verdediging om aan de aanval deel te nemen; b. te weinig variatie in zijn aanvalsspel; c. niet op tijd naar binnenkomen, wan neer de aanval over de andere vleugel geschiedt; d. te vroeg naar binnenkomen wanneer de bal nog in het centrum is; e. te weinig initiatief tonen om een aan val af te ronden; f. slechte corners. Verdedigend: a. niet snel genoeg terug komen om de verdediging te assisteren; b. een negatieve houding bij het opbou wen door de vijandelijke back van een tegenaanval; c. het niet dekken van de vijandelijke buitenspeler bij een aftrap door de tegenpartij of een uittrap van de vij andelijke doelman. Tegen O.S.V. werden in een moeilijke wedstrijd de eerste punten binnengehaald. M.i. speelde ons le elftal op bepaalde momenten (vooral de eerste twintig mi nuten) een technich goed verzorgd veld spel en was de afwerking van de aanval len redelijk goed te noemen. Een wed strijd duurt echter 90 minuten en onze jongens zullen zich niet te snel door een tegenslag uit het veld moeten laten slaan en een te verdedigende houding aanne men. Er zal hard door iedereen getraind moeten worden om onze verworven plaats in de eerste klasse zeker te stellen. Jon gens, de tanden op elkaar, besef goed waarvoor je het veld ingaat en dan ben ik er van overtuigd, dat verdere successen niet kunnen uitblijven. Toont in en buiten het veld dat jullie echter A.F.C.-ers zijn met maar één doel voor ogen: „A.F.C. moet winnen". P.S. De andere plaatsen worden door mij in de volgende Schakel behandeld. G. J. VAN DIJK, trainer. EMMASTRAAT 31 TELEFOON 726960-797493 AMSTERDAM-Z. GARAGE: JAC. OBRECHTSTRAAT46

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1961 | | pagina 10