Mixed Pickles J. W. Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö 40 jaar. IVu komt de tijd van de „40 jaren". A.C.C. 40 jaar, straks de A.F.C. Schakel en het A.R.O.L.-bekertoernooi óók 40 jaar. Het is dus nu 40 jaar geleden, dat A.F.C. door twee achtereenvolgende degradaties van het eerste elftal een diepte punt in haar historie beleefde. Spelers gingen naar een andere club, donateurs bedankten f>ij dozijnen, de totale finan- tiële schuld („kort en „lang steeg tot ongeveer 50.000 en dat was veertig jaar geleden een burgermans vermogen. Nu vind ik het allermerkwaardigste, dat wat in die voor de club zo ongelukkige periode werd bedacht om verder ver val tegen te gaan, allemaal zo fantastisch slaagde. Want A.C.C. de A.R.O.L. en de Schakel zijn niet geboren uit een bloei ende club, maar uit een „pleite" club! „Laten we 's zomers gaan cricketen, dan houden we, wat er over is, misschien nog bij elkaar. (Jan Prent Jo Börnemann). „Ik loof een beker uit voor goede oefenwedstrijden even voor de com petitie". (Gé Bosch). „Laten we een clubblad beginnen. Dat schept een band". (Toon van Seventer"). En terwijl Amsterdam geen cent meer voor A.F.C. gaf (we waren een soort „mooie dooie", echt sympathiek hoor, maar „in de huidige omstandigheden" is het niet om je te begillen in 1961: de „huidige omstandigheden" van 1921 is er geen plaats voor een club als A.F.Cwerd er doorgezwoegd. Ajax, V.V.A. en D.E.C. schreven in voor het eerste A.R.O.L.-toernooi, de eerste Schakels liepen van de persen bij ,,'t Koggeschip", de eerste kreet How's that?" galmde over het door zo velen verlaten en vergeten A.F.C.-terrein aan de Zuidelijke Wandelweg. Is het geen wonder van clubliefde en Hollandse koppigheid, dat de uit nood geboren A.C.C., A.R.O.L. en Schakel zó'n rol zijn gaan spelen? Vertrouwen. We krijgen nu de bekende phase, dat „de laatste loodjes het zwaarst wegen". En nu heb ik iets gevaarlijks menen te moeten constateren en wel, dat de „club" niet het volledige vertrouwen heeft in de „ploeg", dat dit vertrouWn toch zo volkomen verdient. Nu is dit misschien een reactie op de (vele) jaren, dat A.F.C. een beetje aan zelfoverschat ting leed en van de gedachte uitging „we kunnen ze allemaal hebben". Dan eindigden we gemeenlijk in de onderste helft. Maar het „weifelende vertrouwen" van dit jaar kan ook fataal zijn. Zelfvertrouwen moet gevoed worden. Geen chef kan slagen, als zijn naaste medewerkers geen vertrouwen in hem stellen; geen man kan slagen, als zijn vrouw niet in hem gelooft. En ook een voetbalelftal kan niet blijvend successen boeken als het zich niet gedragen weet door het ver trouwen van de vereniging. „Maar het is toch niet zo'n bar sterk elftal?" Accoord, hoofdschuddende wenkbrauwfronser. Ik geloof ook, dat er wel eens een sterker A.F.C. I in het veld stond, bijv. de ploeg die in 1946 kampioen werd. Maar ik weet zeker, dat wij nog nooit een ploeg gehad hebben met zulk een bewonderenswaardige moraal. Doorslaggevend was dit o.a. tegen Zee- burgia thuis en Schoten thuis. „Maar ze spelen toch geen mooi voetbal?" Sorry, maar we spelen om de punten en niet om een schoonheidsprijs. We spelen in de competitie. De letterlijke vertaling van het woord competitie is „mededinging". Wij „dingen dus mede" en zo lang als wij iets beter zijn dan onze mededingers gaat het ons goed. En in een afdeling als de onze is nuttig voet bal meer waard dan mooi voetbal. „Maar we hebben wel erg veel geluk". So what? We hebben ook wel eens met veel pech te kampen gehad. En als we dan dit jaar eens een beetje geluk hebben (inderdaad zijn we met scheidsrechterlijke beslissingen in twijfelgevallen tot nog toe bepaald niet „onmazzelig" geweest) dan moet U het maar als compensatie zien tegenover een ongelukkig seizoen. Het is zoals Dick Disselkoen het na de wedstrijd tegen Schoten zei: „In dit soort competities heeft nummer laatst altijd een beetje extra-pech gehad en nummer één altijd een beetje extra-geluk". Het krachtsverschil is weer bij zonder klein dit jaar. Als U nu eens niet de competitiestand wist, had U dan bij A.F.C.—O.V.V.O. gedacht, dat wij tegen de toenmalige nr. 1 speelden en bij A.F.C— D.W.V. tegen de toenmalige nr. 10? En heeft U één wedstrijd gezien waar in de tegenpartij nu echt zo veel beter speelde dan A.F.C.? Daarom, leden van A.F.C. geef deze ploeg Uw hart, geef deze ploeg Uw vertrouwen. Henne Boskamp en zijn makkers zijn het volkomen waard! Maar, dokter! Dr. A. Schuermann, voorzitter van Willem II is 25 jaar bestuurslid van deze bekende Tilburgse club, waarvan 20 jaar voorzitter. Dat is heel wat en van harte, dokter. Helaas blijkt dr. Schuerman dezelfde hobby te hebben als zijn collega's van Sportclub Enschedé en Ajax. Hij hoopt volgens het interview, dat „de Sportkroniek" met hem had „de derde elftallen (amateurs) van de semi- profclubs nog eens als volwaardige amateurteams te zien strijden tegen de topclubs uit de amateur-sectie". Dr. Schuerman heeft het dan over de finantiële aantrekkelijkheid van dit soort wedstrijden en besluit: „Maar helaas vreest het amateurvoetbal een infiltratie, waarvan men de consequenties niet kan en durft overzien. Het zou echter voor het voetbalpeil zeer goed zijn als ze het wel „aandurfden". Maar dokter, meent U dat nu werkelijk allemaal? Waarom zouden de amateurs een „infiltratie vrezen?" Onze lagere elftallen dat zijn dus bij U de hoogste amateur elftallen spelen toch regelmatig tegen die elftallen. Wat hebben wij dan eigenlijk te vrezen? Een infiltratie? Begrijpt U eigenlijk wel wat infiltratie is? Wij zouden dus bang zijn, dat U bij ons infiltreert? Dus dat Uw amateurs lid van echte amateurclubs willen worden en daar willen binnendringen? U is een belangrijk man, dr. Schuerman, U is medicus en leider van een der grootste voetbalclubs in Nederland. Schaamt U zich eigenlijk niet, dit soort insinuaties tegen de amateursclubs er maar uit te flappen? U heeft een acade mische opleiding gehad, dus LI moet toch „zindelijk kunnen denken". Hoe kan je iets vrezen, waarvan je de consequ enties niet kan en durft overzien.-' Je vreest een Russische invasie, je vreest Soekarno op Nieuw Guinea, je vreest een economische depressie, je vreest een overstroming omdat je de consequenties kan en durft overzien. Het is dus precies omgekeerd. En zou Brabantia I—Willem 2 III en Alkmaar 111— A.F.C. I zeer goed zijn voor het voetbalpeil? Maar, dokter!

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1961 | | pagina 7