Resultaten van de groene velden
8
Kerst
PL1EGER
KEUKENS
poolt allen mee, het is voor a.p.c.
plastic uitvoering
plaatstalen uitvoering
N ieuwjaarswens.
Onze onvolprezen schrijver-dichter
Jaap a Cohen heeft op doktersadvies
moeten besluiten dit jaar de Nieuwjaars
wens niet te maken. Wat Jaap in dit op
zicht voor de A.F.C. betekent Iaat zich
niet in korte woorden beschrijven. Maar
uiterst dankbaar zijn wij, dat Jaap zijn
uitzonderlijk talent vele jaren aan A.F.C.
heeft geschonken en ons daarmede kunst
genot en heel veel blijde dagen en avon
den heeft bezorgd. Jaap, wij geloven niet
in je afscheid en wensen je dus toe, dat
je spoedig weer geheel fit zult zijn. Dus:
tot wederhorens!
1961.
Een jaar gaat, een nieuw jaar komt. Waar
is 1960 gebleven? Een zucht en het is
voorbij. A.F.C. mag ditmaal tevreden zijn.
Want nog zijn A.F.C. 1 en 2 ongeslagen!
Is dat op 1ste Kerstdag wel eens meer
voorgekomen? Ik vermoed van niet. Toch
moeten wij bescheiden blijven, want de
meeste overwinningen waren dat ook. We
hebben tot dusverre dat tikje geluk ge
had, wat A.F.C. meestal moet ontberen.
Dus 1961 zullen wij ingaan: blij om het
geen tot nu toe bereikt kon worden, be
scheiden, met vertrouwen in eigen kracht,
zonder enige overmoedigheid, maar met
de wetenschap: HET KAN, DUS HET
MOET!
Daar ik met Kerst en Nieuwjaar niet in
Uw midden kan zijn. wens ik alle A.F.C.-
ers, met hun gezinnen een Vrolijk Kerst
feest en alles wat wenselijk is voor het
Nieuwe Jaar.
G. H. H. KAPPELHOFF.
'y'i zÜn er niet, er is in geen 4 weken
gespeeld, vanwege de drassige weiden.
Onveranderd gunstig is nog de stand
van het eerste en tweede elftal. Getraind
is er wel, de jongens willen en wij pope
len van ongeduld de resultaten in de
eerstkomende wedstrijden te mogen ver
werken.
Welke kant gaan we uit? De goede
zegt u en wij ook.
De ijverige „Johan" frist ons geheugen
op, wat betreft het wel en wee van het
achtste elftal. Dat was wel nodig, want
we waren helemaal niet meer op de
hoogte en tevens zijn wij verheugd ten
minste nog één voetbaloverzicht te kun
nen opnemen.
Wel bedankt J. de B.
Kennelijk nog onder de indruk van
honkballen, trad Uw laagst geklasseerde
seniorenelftal voor haar openingswed
strijd tegen S.N.A. 7 met negen man aan.
Gezien deze numerieke minderheid,
behoeft het geen verwondering te wek
ken, dat de onzen met een 7—2 nederlaag
op zak de Spaarndammerdijk verlieten.
Genoemde cijfers versterken bovendien
de mening van dié pessimisten, die be
weren dat een reprise van het vorig sei
zoen behaalde record méér dan 100
doelpunten tegen ook nu niet tot de
onmogelijkheden behoort.
Reeds de tweede competitiedag werd
in feeststemming afgesloten. Want via
een 2—2 gelijkspel tegen S.L.T.O. 7 kon
het eerste winstpunt genoteerd worden.
Ondergetekende moest wegens verblijf
in Joego-Slavië op het appèl ontbreken.
Uitsluitend echter voor vakantie. Dit ter
geruststelling van spelers die niet zeker
zijn van hun plaats en in tegenstelling
met geruchten, dat ik van het bestuur
een verzoek zou hebben gekregen de
Slavische voetballersmarkt te bezoeken.
In het treffen tegen Geinburgia 2 kwa
men we juist een doelpunt tekort om
van de winst te kunnen delen. 4—S wees
het wedstrijdformulier na afloop in het
voordeel van de Weesperkarspelse voet
ballers aan. Björn Nesenberend, Rob
Spruit en Pim Been zorgden voor de
voltreffers. Het grote gebeuren in de
thuiswedstrijd tegen D.R.C. 4 was de
"comeback" van Piet Vaal, die zijn voet
balschoenen niet aan de wilgen kon zien
hangen. Ondanks dit heroptreden van
ons beroemd jeugdcommissie-lid werd het
een 4—1 nederlaag. Ton v d. Ven redde
de eer, terwijl A-junior Hans Geluk het
uitkomen met een niet volledige ploeg
voorkwam en een verdienstelijke partij
speelde.
Nu volgde een periode van werkloos
heid, waarin de heer Pluvius net iets te
veel van zijn gulheid blijk gaf. Gedurende
drie weken waren de velden niet bespeel
baar. Op 13 november vond de return
match tegen D.R.C. 4 plaats, die de
historie van ons elftal zal ingaan als de
„78 minutenwedstrijd". De D.R.C.-ers
die hun ontstemming over beslissingen
van de arbiter niet onder stoelen of ban
ken staken, plaatsten minder elegante
opmerkingen aan scheidsrechter's adres
en meenden zelfs door het plegen van
lichamelijk geweld hun commentaar
kracht bij te zetten. Het gevolg was dat
zij twaalf minuten voor het einde bij
een 4—3 achterstand en bloc het veld
verlieten, waardoor de punten op onze
balans werden bijgeschreven.
Wederom volgde een „regentijdperk"
zodat deze wedstrijd voorlopig de laatste
was. JOHAN.
Aan mijn medezusteren.
't Is wel de bedoeling wanneer ge dit leest
gij iets van de kerststemming proeft.
Hetzij ge dit doet met een „adelijk" beest
(één l dit soort adel behoeft)
of meer in de trant van een Nicolaas Beets;
hém de Camera 'n jeugdzonde scheen.
Doch devoot (of bigotof meer wuft, zorreg steeds
dat ge vreugde verspreidt om u heen,
De kerstboom intijds en dus kerst-vers gekocht;
geen naald in het boord uwer gade.
Ge hebt hem (die boom) weer met smaak uitgezocht,
met een boomstam zo recht als een spade.
Het groen mooi verdeeld dus niét onderaan
al de takken, en boven haast niks.
Want dan is t „de takke" en dat klinkt profaan
bij een KERST-boom van zeker vijf riks.
Let wel dóór het raam, want zo'n deur is te smal
voor zo'n boom van een boom die 't moet doen.
Bewoont u een flat dan is hijsen niet mal;
het voorkomt het is FEEST! een sermoen.
I.aat HEM dan maar tuigenbedenk evenwel
dat de trapleer niet wankel mag staan.
Geef óók alles aan, anders wordt het een hel,
gehoon u 't Hoofd juist ten hemel ziet gaan.
H ij tuigt hem dus op (u tuigt hem wel af
dat doen na Driekoningen w ij).
En hóe hij hem optuigt, dan sta je toch paf.
Zelfs de piek lijkt niet schuin, van opzij.
Er breken wat ballen, wat klokjes en zo
en bovenaan knakt er een tak.
Eén tak trekt de boom scheef, vanwege 'n cadeau
wel wat zwaar slechts één engeltje brak
Eén kaars staat maar scheef, één slinger zakt door,
eén bal waar geen bal je van ziet.
Dat change je wel weer, assie is naar kantoor,
zon switch ziet zo'n voetballer niet.
Voldaan en tevreden ontstijgt hij de trap
met het air van een landskampioen
die mild incasseert het gejuich en geklap.
Volgend jaar zal je 't zelf wel weer doen.
i) Mijn welgedane gade, niet gedisponeerd wijl hij bij 't weg
brengen van de kerstboomoptuigtrap zijn enkel verstuikte
chanteerde mij als zijn substitute.
Elk ander pogen moge reeds bij voorbaat schoon heten, het
mijne blijft zelfs na vlijtig poetsen troebel.
Weshalve ik nederig verzoek mij wel te willen verschonen.
MEVR. LE MARCHÉ.