Er u/erd gebiljart
KEUKEN
poolt allen mee, het is voor a.f-c.
i~|nder de belangrijkste gebeurtenissen,
die de opgejuinde gemoederen van
ons aller vriend en Erelid, de heer Arie
Mets, weer tot enige rust hebben ge
bracht, mogen drie dingen U wellicht
ook in het oog springen. Het zijn de
presidentsverkiezingen, de volle melk en
de gespeelde biljartwedstrijden tussen
Ajax, Blauwwit, D.W.S. en A.F.C.
Arie had hiervan uitgezonderd bij
de presidentsverkiezingen en de volle
melk de volledige leiding. Maanden
lang namen de voorbereidingen zijn leven
geheel in beslag.
De enerverende besprekingen met
Heethoofden als Van der Marei en Ten
Oosten, met recalcitranten als Gerrit
Stallmann, Staats en Van Peperzeel etc.,
deden zijn zenuwen kraken. Voeg daar
eventjes bij het electronisch doen vast
stellen van moyenne's, het poetsen en
krijten van keu's, alsmede de felle debat
ten tussen Nixon en Kennedy.
Wij mogen gans niet beweren, dat de
verkiezing van Kennedy invloed heeft
gehad op onze gemiddelden. Integendeel:
reeds bij de voor-oefeningen was het een
gewoonte geworden, wanneer er een mak
kelijke bal bleef liggen, te zeggen: we-
kenne-dieü
Dat gevoel stemde zo tot kalmte. Arie
echter is dit alles wat te veel geweest
en het is ons verteld, dat men hem wel
eens schreiende door het Bosplan zag
huppelen. Het is ook wel wat tè veel
(Vervolg Van de trainer)
Tot slot de eigenschappen (onder voor
behoud gemaakt in de vorige Schakel).
Lichamelijk:
a. uithoudingsvermogen;
b. snelheid (starten, draaien enz.);
c. lange en korte trap met kopwerk;
d. sliding en tackel.
Geesh
a. intelligent (spelinzicht);
b. opofferend (weinig beloning);
c. snelle reactie (positiebepaling);
d. wilskracht (van geen opgeven weten).
En bij dit alles TECHNIEK,
TECHNIEK, TECHNIEK!!!
Wat de resultaten betreft kan ik heel
kort zijn. Geen verliespunten maar
ook geen winstpunten. Door het niet
spelen in verband met de terreinom
standigheden zijn wij absoluut in een na
delige positie geraakt. Ik vertrouw er
echter op, dat de jongens de training
zullen blijven bezoeken. De goede geest
zal blijven overheersen en de komende
resultaten kunnen wij met vertrouwen
tegemoet blijven zien.
Heel A.F.C. rekent op jullie jongens.
Beschaamt dit vertrouwen niet. Vooral
de Sint-Nicolaasavond heeft veel tot het
behouden van het contact tussen Bestuur,
E.C. en spelers bijgedragen.
„Voor A.F.C. op de bres, leidt altijd
tot succes."
G. J. VAN DIJK,
Cand. oefenmeester.
geweest voor een man, genietend van
zijn pensioen en een eenvoudig A.O.W.-
tje. (Voor degenen, die dit niet mochten
weten, deel ik haastig mede, dat dit géén
auto'tje is).
Die ochtend heeft Arie zich, bevrijd
van kopzorgen, en luid schallend, ge
schoren en juist zou hij wat after shave
gebruiken, toen Lies met een telegram
kwam, dat juist was gebracht.
Nu weet je nooit, wat je aan die ellen
dige dingen hebt: öf je krijgt een erfenis,
óf er is iets naars aan de hand. Arie's
handen gingen toen weer beven, net als
bij de verkiezingen en hij las: Wij liggen
aan Uw yoeten, o, grote lijder stop
zorg dat ze schoon zijn en niet rieken
stop „De Keu-meute".
Een uur later kwam het volgende pam
flet: Kist hedenmorgen op vinger gekre
gen stop wat nu stop „W. v.
d. Marei".
Het zou inderdaad te ver voeren om
alle telegrammen te citeren, die de diver
se deelnemers hem „voor de grap" stuur
den die dag. Tenslotte wordt onze Scha
kel ook door jongere mensen gelezen.
Arie's telefoon stond evenwel rood
gloeiend. Tot ruim na 6 uur bleef de
drukte aanhouden en toen ik hem om
7 uur kwam halen, was hij een waar toon
beeld van diepe menselijke ellende. Arie,
dat mag wel bekend worden geacht, is
zo'n prachtig type dat „lekker meegaat"
als ze hem een lolletje stoven.
Nu de wedstrijden. Ik heb wel eens
gelezen, dat bekende libre-spelers als
Arie Mets zonder blikken of blozen
plotseling een serie van 3 of 4 op de
tafel kunnen leggen. Zijn feilloze afstoot,
zijn doorschietjoekers en zijn fluweel
zachte rappèlletjes zijn ons bekend. Wan
neer hij dan met die driftige oogjes en
die venijnige wangzakjes het ivoor gaat
dwingen, nou, dan kan de tegenstander
wel gaan hoepelen. Wij hebben tever
geefs op deze uitspattingen gewacht.
Arie's tegenstander hoepelde geen mo
ment. We geloven zelfs, dat hij niet eens
een hoepel bij zich had. Arie kreeg deze
partij lelijk aan „zijn broek gesmeerd".
Tiemen ten Oosten zei nog later op de
avond: „Arie, wat heb jij toch aan je
broek zitten?"
„Dat is die partij, schoft!!" antwoordde
Arie gebelgd. Maar veel tijd tot praten
hadden we niet, want elders speelde
Gerrit Stallmann een meesterlijk partijtje
en won met meer dan één neuslengte,
ofschoon we onder deze maatrekening
zijn eigen neus niet mogen meerekenen.
Ook Teun van Veen hield de kleuren
hoog. Ja, die Teun die kan er nog wat
van. Een rakkerd, die eigenste Teun.
Willem van der Marei hield kranig
stand en werd slachtoffer van zijn ver
heven gevoel voor sportiviteit, toen hij
toucheerde en uit zichzelf stopte. Dit
was de arbiter ontgaan. Wat gebeurde
er nu? zult U als leek zeggen. Wel, de
ballen bleven „in een trosje" liggen, zo
als de vakterm luidt. De tegenstander
produceerde er zeven caramboles door,
ondanks het feit, dat v. d. Marei nog
gebr, plieger
heerlen, amsterdam
riep: „De trossen los, man!" Maar niks,
hoor, de Blauwwitter greep het trosje
als breekbare paaseitjes, zo fijntjes in
zijn keutje, dat het een nederlaag voor
ons ging betekenen.
Tiemen ten Oosten ging ten onder,
echter met ere! Zijn verfijnd polswerk,
zijn heuptechniek en zijn vloeiende trek-
stoten vielen de kenners direct op. De
koffiewereld zal trots zijn op zulk een
veredelde stoter.
Cor van Peperzeel hanteerde het stokje
alsof hij zich nog dirigent waande. Geen
staccato-gepruts. Maar het adagio in het
micro-spel brengend om over te gaan
tot een imponerend, geweldig fortissimo
bij het eenvoudige sluitwerk.
Ja, dat was weer eens Cornelis op zijn
best. Willy Neseker deed het minder
goed. Helaas! Toch wist hij het talrijke
publiek in een speciale vervoering te
brengen door een grote serie. Het waren
wel geen caramboles, maar een grote
serie „poedels" mag toch zeker wijzen in
de richting van een bepaalde onfeilbare
techniek. Menigeen zou hier in tekort
schieten. Zijn prijs was de „poedelprijs"
en hij prakkizeert er ernstig over om
thans een kennel te beginnen.
De laatste partij moest ik spelen. Ken
ners beweren dat heb ik niet van mij
zelf dat biljarters, die er „in" zijn,
„het sjeu" hebben. Dit is niet te verta
len. Alleen ware kenners hebben het
direct door. En toen ik, na een matig
begin, eindelijk „het sjeu" had, zag ik
Mets veelbetekenend naar Neseker kijken.
Zij behoefden elkaar niets te zeggen.
„Zou Willem „het sjeu" hebben?"
vroeg Van der Marei, die ook al aardig in
de terminologie van de edele biljartkunst
begint thuis te raken. Het sjeu weigerde
toen de speelbal het kleinste gaatje nodig
achtte, om als een snel wegschietend
muisje door te kruipen. En hierna
maakte onze vriend en Ajacied, Frans
Louwaard maar vlug de partij uit. Had
ik dat gedaan en niet hij, dan waren zo
waar de vier clubs allen gelijk geëindigd.
Nu won Ajax en een hartelijk woord
van La Fleur en Arie de Wit, gevolgd
door het uitreiken van vele fraaie prij
zen. was het einde van deze aangename
dag.
Arie Sprak nog een dankwoord en roerde
de techniek nog even fijntjes aan. D.W.S.
snapte het wel. doch alleen niet goed en
het scheelde een haar of er was nog een
klein algemeen vergaderingetje uit voort
gekomen. Want was er nog een rond
vraag geweest, dan zouden we nu nóg
bij Suisse hebben gezeten.
Arie moet zich wat duidelijker uit
spreken. Dat is het enige, wat ik als slot
zou willen zeggen. Voor de rest komt
hem alle lof toe.
Jhr. VAN ROSSUM DE GAULIN.
12