Van de trainer BeGunstiGinG v n onze aöveRteeRöeus, houöt öe ;chAkeL m stAnö Voor ik begin mijn in de vorige Scha kel gedane belofte na te komen iets te schrijven omtrent de taken van de verschillende speleres in het moderne voetbal, wil ik eerst beginnen iets be treffende het onstaan van het S.S.S. (Stopper-spil-systeem) te vertellen. In de eerste plaats wil ik dan een antwoord geven op de meest voor de hand liggende vraag „Hoe is dit (vooral vroeger) vaak verkeerd beoordeelde sys teem eigenlijk ontstaan?". Het antwoord hierop is zeer eenvou dig n.l. door een in 1925 door de Inter national Board ingevoerde spelregelwijzi ging betreffende de buitenspelregel. De International Board is een lichaam dat zich speciaal bezig houdt met de spel regels. Het Bestuur bestaat uit 10 leden n.i. 2 uit Engeland, 2 uit Schotland, 2 uit Wales, 2 uit Ierland en tenslotte 2 afgevaardigden van het Continent. Om een wijziging in de spelregels te verkrij gen dient 4/5 van de leden zich hier mede akkoord te verklaren. Om nu op die buitenspelregel terug te komen. Momenteel luidt deze: „EEN SPELER IS BUITENSPEL, WANNEER Hl] OP HET OGENBLIK, DAT I>E BAL WORDT GESPEELD, DICHTER BIJ DE DOELLIJN VAN ZIJN TEGEN PARTIJ IS DAN DE BAL, behalve: a) indien hij zich op eigen speelhelft bevindt; b) indien tenminste twee tegenstanders zich dichter bij de doellijn bevinden dan hij c) indien de bal het laatst een tegen stander raakte of het laatst door een tegenstander werd gespeeld; d) indien hij de bal rechtstreeks ont vangt van een doelschop, een hoek schop, een inworp, of indien hij de bal bemachtigt, onmiddellijk nadat de scheidsrechter deze heeft laten vallen. Voor het ontstaan van het S.S.S. is punt b) van enorm belang geweest. Im mers, vóór 1925 moesten zich tenminste drie tegenstanders dichter bij de doel lijn bevinden dan de aanvaller. Laten wij nu eerst de periode van vóór 1925 eens bekijken. Het taktisch inzicht van vele elftallen was zo goed geworden dat vele wedstrijden weinig of in het ge heel geen doelpunten te zien gaven. De backs en de middenlinie stelden zich zo danig op, dat de tegenpartij zich ver moest terugtrekken om niet geregeld buitenspel te staan. Aangezien doelpun ten zien maken nu nog altijd het aan trekkelijkste element van het voetbal spel is voor de toeschouwers, dreigde een teruggang in de belangstelling voor het voetbalspel te ontstaan. Er moest iets gevonden worden om de aantrekke lijkheid van het voetbalspel weer te ver hogen. Door de spelregelwijziging in 1925 werd dit bereikt. De aanvallers konden nu meer in vooruitgeschoven positie opereren en vooral de middenvoor was een echte goalgetter geworden. Hij was n.l. in de regel de meest vooruitgeschoven figuur van de aanval en bevond zich recht voor het doel. De spil van de verdedi gende partij was een figuur, die veelal achter zijn eigen voorhoede opereerde en bij een tegenaanval vaak niet op tijd terug kon komen. De spil was de cen trale figuur op het middenveld. Hij ontving de ballen uit de achterhoede en gaf deze door aan de voorhoede. Hij was een speler met een enorm uithou dingsvermogen. Het was een zekere Heer Chapman uit Engeland die in 1925 de basis legde voor het ontstaan van het huidige S.S.S. Hij zag in dat de middenvoor van de tegenpartij afgestopt moest wor den. Deze taak droeg hij op aan de spil. De backs waren speciaal voor de bui tenspelers en de kanthalves voor de bin- nenspelers. Dit voorbeeld vond navolging. Dit systeem had echter twee grote na delen n.l.: Ie. het middenveld was nu zwak bezet; 2e. een snelle ntidvoor was een tragere spil altijd te snel af. De binnenspelers lanceerden hun ntid voor met een diepte-pass langs de spil en deze midvoor had daarna vrij spel. De taak van de spil was wel zeer zwaar ge worden. Maar ook hierop werd iets ge vonden. De backs kregen tot taak hun spil om beurten (afhangend van de spel situatie) in de rug te dekken. De bin nenspelers werden in hun vrijheid op het middenveld beperkt door de kanthalvc-s, die hen tijdens de wedstrijd gingen „schaduwen". De eigen binnenspelers moesten de aanvallen opbouwen en de buitenspelers en midvoor droegen voor de afwerking de verantwoordelijkheid. Langzamerhand ontwikkelde het S.S.S. zich tot de huidige vorm. De backs, de spil en de kanthalves trekken nu bij een aanval achter hun voorhoede mede op. De binnenspelers zijn nu ook zeer vaak in de voorste linie te vinden. De voor hoedespelers hebben een verdedigende taak gekregen wanneer de achterhoede van de tegenpartij de bal heeft bemach tigd. De binnenspelers vormen met de kanthalves het z.g. „magische vierkant". De buitenspelers komen ver op eigen helft terug. Vele variaties hebben hun intrede gedaan o.a. de viermansvoorhoe de (teruggetrokken midvoor of één van de binnenspelers: de switch (het op het juiste moment van plaats verwisselen tus sen twee of meer spelers) enz. Dit is, in het kort samengevat, een overzicht van de ontwikkeling van het S.S.S. In ons land zou het echter nog lang duren tot men tot het inzicht kwam, dat het S.S.S. een zeer efficiënte speelwijze was. Door het terugtrekken van de spil en de stugge dekking ver keerde men in de waan, dat het S.S.S. uitsluitend op de verdediging gericht was. Dit werd vooral in de hand gewerkt door een foutieve speelwijze van het S.S.S. door sommige clubs. Zij beperkten zich ertoe de tegenpartij het scoren te beletten en lieten het maken van doel punten door de voorhoede aan het toeval over. Meestal waren deze twee of drie spelers hiertoe niet in staat. Door een betere speelwijze hebben sommige clubs ook de aanvallende waarde van het S.S.S. leren kennen. In het S.S.S. is voor iedere speler een aanvallende en een verdedi gende taak weggelegd. In het S.S.S. moet iedere speler zijn individuele kwaliteiten in dienst stellen van het gehele elftal. Wanneer een bepaalde speler zijn taak niet naar behoren vervult kan dit op het -gehele elftal een slechte uitwerking heb ben. Voor goed spelen van het S.S.S. be staan m.i. 4 grondbeginselen: le. een absolute kennis van de toepas sing van het systeem. Dit is belang rijk om iedere spelsituatie de juiste positie op het speelveld te kunnen bepalen. 2e. een voortreffelijke conditie. Belang rijk omdat zowel de aanvallende- als de verdedigende taak vervuld moet worden. 3e. technische vaardigheid. Dit is de ba sis van het voetbalspel. Vooral in het S.S.S. met zijn stugge dekking is TECHNIEK de aangewezen weg om zich vrij te spelen van zijn tegen stander. Hierdoor is een andere spe ler van de tegenpartij genoodzaakt zijn dekking te verwaarlozen om de vrijgekomen man het spelen van de bal te belemmeren. 4e. persoonlijk taktisch inzicht. Bij een verkeerde opstelling van een der medespelers dient deze fout zo goed mogelijk gecorrigeerd te worden. (Dus een speler mag niet onder alle omstandigheden aan zijn eigen taak vasthouden). De backs. De back is in de eerste plaats belast met de bewaking en het uitschakelen van de vijandelijke buitenspeler. Komt ech ter de vijandelijke aanval over de andere vleugel dan dient hij „rugdekking" te geven aan zijn medeback en zijn spil. Hij is dan de man die op de bedreigde punten eventuele doorbraken van de tegenpartij alsnog tot stilstand kan bren gen. Hij dient dus zijn taak op elasti sche wijze te volbrengen. Een back die dit presteren wil moet over een zeer goede lichamelijke conditie beschikken. Hij heeft nooit tijd om een situatie op zijn gemak te bekijken, doch dient reso luut een beslissing te nemen. Snelheid van handelen zowel geestelijk als licha melijk is voor een back een eerste ver eiste. Komt de aanval van de tegenpartij door het midden dan laat hij zijn bui tenman op tijd los en vormt dan met zijn medeback en spil de z.g. „trechter". Is de vijandelijke aanval afgeslagen dan begeeft hij zich direct in een aanvallen de positie. Gaat de bal over zijn eigen vleugel dan dringt hij ver mee naar voren, gaat de bal over de andere vleu gel dan kiest hij positie schuin achter de spil in het middenveld. De back heeft dus evenals de andere spelers in het S.S.S. tot taak, wanneer de tegenpartij in het bezit van de bal Is, zijn dekking goed te verzorgen. Komt de 11

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1960 | | pagina 11