U/at iedere A.F.C.-er behoort te u/eten
HET APOLLO-PAVILJOEN"
poelt allen mee, het is voor a.p.c.
Wedding bells
Wat iedere A.F.C.-er behoort te weten:
0,
Ook vóór besloten diners, lunches of partijen
Zo heeft het Nederlandse elftal voor
de vijfde maal in successie gezege
vierd. En dat nog wel in de uitwed
strijd tegen België! Wanneer men
echter de commentaren in de pers
en van ooggetuigen mag geloven, dan
is er naast de bevrediging van de
nationale trots weinig aanleiding tot
voldoening. Men krijgt zelfs de in
druk dat de ploeg er bij de sportver
slaggevers eigenlijk nog genadig is
afgekomen. Bègrijpelijk overigens,
want als een 02 achterstand in 32
voorsprong wordt omgezet is men al
licht geneigd de mantel der liefde
ruim te spreiden.
Na hetgeen ik in de vorige Schakel
over de ontwikkeling der vormen van
reportage in de loop der jaren schreef,
moet het mij van het hart, dat het dit
maal op de radio weer helemaal mis
was. Het was eenvoudig belachelijk
dat deze blijkbaar op de brave bur
gers in de huiskamers ingestelde
radioreporter ons een kwartier lang
zelfbewust verzekerde, dat het vooraf
bepaalde tactiek was, dat Oranje
zich tot het defensief bepaalde. En
toen hij na een kwartier de onge
twijfeld eerbiedig luisterende massa
kond deed, dat het nu tijd was om
in het offensief te gaan, had hij de
pech dat er inderdaad een doelpunt
kwam, doch helaas aan de andere
zijde. Met nauwelijks verholen spijt
constateerde hij later dat de scheids
rechter haast niet behoefde te flui
ten, er waren vrijwel geen overtre
dingen, nee, het was geen echte
BelgiëHolland-sfeer. Ongetwijfeld
prefereerde hij een pittig robbertje
b.v. Coppens-TerlouwHij vond het
trouwens ook maar allesbehalve, dat
die Belgische middenvoor v. d. Hart
voortdurend ontweek, inplaats van
hem op te zoeken. Nogal wiedes, zou
je als normaal mens denken, dat pleit
voor zijn inzicht. Voor de werkelijk
geïnteresseerde liefhebbers, die niet
alleen voor de uitslag, maar ook voor
de spelers en het vertoonde spel be
langstelling hebben, was dit spraak-
watervallige geleuter bepaald irrite
rend. Het was dezelfde man die en
kele jaren geleden bij een scheids
rechterlijke fout zich niet ontzag
voor de microfoon: „Gooi hem eruit"
te roepen, tijdens een interlandwed
strijd in Rotterdam.
Jeugdprobleem
Voorzitter Kappelhoff heeft op de
laatste Algemene Vergadering te
recht een zeer belangrijk probleem
aangesneden. Sinds enkele jaren mo
gen we ons in een zeer grote toe
loop van adspiranten en welpen ver
heugen, constateerde hij, doch als
deze knapen een jaar of 16 zijn ge
worden, verdwijnen ze weer en gaan
een andere sport beoefenen. Een lid
der Enquête-Commissie vertrouwde
mij zelfs toe, dat hij had meegemaakt,
dat ouders bij het bezoek der Com
missie rustig hun bedoeling ken
baar maakten hun telg eerst een paar
jaar aan A.F.C. toe te vertrouwen,
maar dan moest hij gaan hockey
spelen of tennissen. Zou het maar niet
beter zijn deze lieden meteen aan
het verstand te brengen, dat A.F.C.
geen kinderbewaarplaats is en ze
beter meteen naar die andere sporten
kunnen gaan?
Natuurlijk zal dit laatste voor
beeld maar een uitzondering zijn en
dan valt er ook niets tegen het stand
punt in te brengen, dat hoe meer
adspiranten en welpen men heeft, des
te groter de kans is, dat er een aan-
tal ook later bij ons blijft „hangen".
Mij dunkt echter, dat hier toch een
groot probleem/ aan de orde wordt
gesteld, n.l. hoe kunnen wij deze
jeugd aan oiize club binden? Wat
moeten wij doen om deze jongens tot
enthousiaste, trouwe leden te vor
men? Om over goede voetballers
maar niet eens te spreken. Ontbreekt
er misschien tussen onze oude actieve
kern en deze prille jeugd een vol
doend grote en toegewijde midden
moot, die het verstaat dat grote ver
schil te overbruggen, die jeugd het
blijvend gevoel te geven verantwoor
delijk medelid van A.F.C. te zijn en
aldus echte clubliefde bij haar aan
te kweken? Waarom zagen wij op
deze A.V, slechts een dertigtal (wel
licht met een enkele uitzondering)
30- tot 70-jarigen? Zo'n trouwe kern
is prachtig doch niet voldoende om
een voetbalclub mee in stand te hou
den. Waar waren die honderden le
den wier namen op onze ledenlijst
prijken
Laten we toegeven dat in onze jeugd
onze club een oneindig grotere plaats
onder onze hobbies en vrijetijdsbeste
ding innam, dan bij de tegenwoor
dige jeugd onder totaal andere om
standigheden begrijpelijkerwijze het
geval zal zijn. Men kan haar dat
moeilijk euvel duiden. Wat kunnen
wij als amateurclub daaraan ver
anderen, dus zonder dat wij zoals de
semi-profclubs het lokkend vooruit
zicht van een profcontract in de toe
komst kunnen openen?
Waarschijnlijk zouden daverende
successen onzer elftallen op de velden
al stimulerend werken. De spanning
op de weg naar een kampioenschap
lokt immers altijd jong en oud. Maar
als die successen uitblijven? Wie uit
de jongere generatie durft zijn me
ning eens ronduit in de Schakel te
uiten? Men komt niet op een A.V.,
dus men kan niet over het wel en
wee van onze club debatteren. Wel
nu, waarom zou niet de Schakel de
plaats daarvan innemen? Van de
jeugd moet het komen, dus aan haar
het woord.
I. H. GALAVAZI.
Op 19 October traden Kinnie Koffie-
berg en Henk van Teunenbroek in het
huwelijk. En die dag is niet onopge
merkt aan ze voorbijgegaan. Van Uw
bijdragen kochten ze een electrische
koffiemolen (haal eens een bakje bij
ze) en het door Henk geleide Jeugd-
elftal zorgde voor een door Hans
Kamp zelf gebakken taart, die het
overigens ook zelf opgebikt heeft.
Kinnie en Henk, van harte veel ge
luk.
e weg naar
APOLLOLAAN 2 TEL. 712410
10