Uit de kapiteinshut
H
HHHl
©it is de Schakel, die komt binden,
©e oude club aan d'oude vrinden.
Redacteur: J.Tj. Steensma, 2e v.d. Heiststraat 50. Amsterdam, telefoon 718567
Administrateur: O. J. v.d. Heul. Gerrit v.d. V eenstraat 118, tel. 71410-1
Typografie: Drukkerij Joh. Meijer Zoon, Kanaalstraat 132. Telefoon 80710, Amsterdam-W.
34e Jaargang
Maart 1936
No. 8
foewel het nog
- niet te over
zien valt, hoe de
nieuwe situatie na
de grote -omwente
ling in onze voet
balwereld zal wor
den, zijn er al
enkele punten, die
men als vast
staand kan aan
nemen. Eén ervan is, dat de ama
teurclubs het financieel hard te ver
duren zullen krijgen.
's Zondags, bij een thuiswedstrijd
van het eerste elftal, moet ik altijd
even denken aan de Griekse wijsgeer
Diogenes. Deze man had A.F.C.-er
kunnen zijn! Niet omdat hij in een
ton woonde, want tot zo'n beknopte
behuizing heeft de woningnood ons
nog niet gebracht (ofschoon een ton
ons overigens niet onwelkom zou
zijn). Maar omdat hij op klaarlichte
dag met een brandend lantaarntje
rond ging, en op de vraag van zijn
stadgenoten, wat hij toch deed, ant
woordde: „Ik zoek mensen". Dat
doen de A.F.C.-bestuurderen ook als
zij 's Zondags naar de lege tribunes
rondom ons veld kijken. Wij zoeken
mensen, maar we vinden ze niet. Het
grote publiek, dat vroeger nog wel
belangstelling had voor een tweede
klasse wedstrijd, denkt U maar
eens aan de volle tribunes bij onze
wedstrijden tegen Volendam, R.C.H.,
e.d. laat ons nu in de steek. De
niet onbelangrijke inkomsten die de
entreegelden ons vroeger opleverden,
moeten wij ontberen en het kost alle
vindingrijkheid der bestuurderen en
alle opofferingsgezindheid van (som
mige) leden, om de begroting, die
op een reuze-kier staat, sluitend te
krijgen.
De voetbalclubs, betalend of ama
teur, weten nog niet waar zij aan
toe zijn. Van de betalende clubs zul
len er velen een harde dobber heb
ben, om na de magere resultaten van
dit eerste jaar, het hoofd boven wa
ter te houden. Hun moeilijkheden
tekenen zich des te duidelijker af
naarmate de competitie voort
schrijdt en de bovenste plaatsen, die
voor hen van vitaal belang zijn, on
bereikbaarder worden.
Voor de amateurclubs zal het de
vraag zijn of zij het niveau, waarop
zij gewend waren te leven, zullen
kunnen handhaven. Al dat gerief dat
hun leden als vanzelfsprekend aan
vaarden, overdekte tribunes, gezel
lige clubhuizen, terreinverlichting,
prettige accommodatie, om er maar
enkele onderdelen van te noemen,
kosten handen vol geld. Bovendien
zijn de onderhoudskosten de laatste
jaren verveelvoudigd. En nu smelt
aan de andere kant van de begro
ting de recette nog weg tot een te
verwaarlozen factorWaar moet
dat naar toe?
Bovendien zijn die amateurclubs
nog voetbal-clubs ook; zij willen
voetballen, goed voetballen! Dat be
tekent dat zij er een trainer op na
willen houden, het spelpeil van hun
leden willen verhogen, overtuigd als
zij zijn, dat hun leden meer genoegen
aan hun sport beleven naarmate zij
die beter beoefenen. Zij geven niet
graag prijs wat in tientallen jaren
door clubliefde en opofferingsgezind
heid moeizaam is opgebouwd. Zij
vallen niet graag terug tot het peil
van een goedige afdelingsvoetbalclub.
Zij willen blijven wat zij waren; zij
willen hun dubbele functie van ge
zelligheids- en sportvereniging blij
ven vervullen.
Een goede, oud-Hollandse zegs
wijze luidt: „Zet uw tering naar de
nering". Laat je uitgaven gelijke tred
houden met je inkomsten.
Dat is gezonde taal, dat geeft een
gezonde club. Maar als de tering nu
al tot het uiterste is beperkt, als de
uitgaven geen vermindering meer
toelaten zonder het levenspeil ingrij
pend aan te tasten (en de mens zal
bij brood alleen niet leven), dan zou
den we de oud-Hollandse wijsheid
ook zo kunnen lezen: Zet uw nering
naar de tering, dat wil zeggen: breng
je inkomsten in overeenstemming
met je uitgaven.
Willen we onze amateurclubs op
dezelfde voet als vroeger in stand
houden, dan zal het, naar ik meen,
die kant uit moeten. De noodzaak
van aanpassing die in het normale
economische leven al tot zovele loon-
ronden heeft geleid doet zich, na de
voetbalrevolutie, voor de amateur
clubs dubbel klemmend gevoelen. Wij
moeten ons aanpassen aan de radi
caal gewijzigde omstandigheden. Al
leen dan kunnen wij een rol blijven
spelen. En dit geldt uiteraard ook
voor A.F.C.
HOLTZAPPEL