Bequnstiqinq van onze aöveRTeeRöens, houöt öe schakeL in stanö
nende captain, Jampie Kuneman uit,
er op wijzende, dat het A.F.C.-Be-
stuur speelt met de gedachte om de
A.R.O.L.-beker het karakter van een
eeuwigdurende wisselprijs te geven.
Uit het antwoord van Kuneman
bleek, dat H.B.S. met plezier heeft
deelgenomen en zal blijven deelnemen.
Dit werd onderstreept door het
speechje van de Heer Klaas van
Rijswijk, voorzitter van onze Haagse
vrienden.
D.W.V. gaf bij monde van de voor
zitter, de Heer Hartzuiker blijk van
dezelfde opvatting.
De Heren scheidsrechters, Horn en
Schipper, kregen van A.F.C. een
fraaie tafelaansteker ten geschenke
en van D.W.V.om in hetzelfde vlak
te blijven, een asbak.
Tot ons genoegen bleek Jampie
Kuneman bereid zijn bij de prijs
uitreiking uitgesproken gedachten,
ook nog eens op schrift te stellen.
Wij menen met nadruk Uw aandacht
voor zijn interessante artikeltje te
mogen vragen.
Het is een bijzonder aardige geste
van de A.F.C. om mij, als captain
van de Zustervereniging H.B.S., win
naar van de A.R.O.L.-beker, te ver
zoeken een artikeltje te wijden aan
het zo juist gespeelde A.R.O.L.-
tournooi. Verzocht werd geen euphe-
mismen te gebruiken maar fris van
de lever een en ander over het tour-
nooi in het algemeen en over de
wedstrijd A.F.C.H.B.S. in 't bijzon
der te verhalen.
De A.R.O.L.-beker is voor ons
H.B.S.-ers een begrip geworden;
zonder de felle strijd om de beker,
het terugzien van bekenden en de
genoeglijke sfeer na afloop is geen
begin van de competitie denkbaar.
Van technische kant bezien is het
een goede maatstaf te zien hoe de
spelers „overzomerd" hebben en hoe
nieuwe opstellingen voldoen, vanuit
De Heer B. Arts neemt in keurige stijl
de hindernis voor onze overdekte
(Foto J. W. A. Koster)
sportief opzicht bekeken is het aan
genaam deel te nemen omdat de
wedstrijden altijd een rustig en fair
verloop hebben en uit oogpunt van
gezelligheid is dit tournooi een uni
cum in de hedendaagse voetbal
wereld.
Dat het deelnemen aan de wed
strijden om de A.R.O.L.-beker zo zeer
op prijs wordt gesteld, kan het beste
geïllustreerd worden door te vermel
den, dat twee onzer spelers hun
vacantie ervoor onderbraken en enige
honderden kilometers in trein, bus of
auto moesten afleggen om één wed
strijd van 2 x 35 min. te spelen.
Enerzijds de reeds half merkbare
competitiesfeer, anderszijds de mo
gelijkheid om zo sportief en vrij
mogelijk te kunnen spelen, maken dit
tournooi tot een steeds weer terug
kerende trekpleister.
De Wedstrijd.
Wat de wedstrijd tegen A.F.C. be
treft, moet vooraf gezegd worden,
dat wij spelers deze liever als finale
gezien hadden, omdat wij meenden,
en zeker niet ten onrechte gezien hun
spel van vorige week, dat onze gast
heren de sterkste tegenpartij zouden
zijn. Het was daarom jammer dat
hun snelle midvoor niet van de partij
kon zijn en dit een verzwakking
moest betekenen. Wij hebben alle
zeilen moeten bijzetten om de over
winning uit het vuur te slepen, hoe
wel de H.B.S. voorhoede meer kansen
heeft gehad dan de aanvalslinie van
de A.F.C.*; dit was hoofdzakelijk te
wijten aan de afwachtende houding
van de verdediging van de Reds, die
zich voornamelijk concentreerde op
het binnentrio van de Kraaien; hier
door hadden onze buitenspelers, door
zich terug te trekken, volop de ge
legenheid de ballen toegespeeld te
krijgen en zonder aangevallen te
worden voorzet op voorzet te lan
ceren op het doel van Hubert, die
zich aldaar uitstekend weerde en
menig aanval onschadelijk maakte;
wij hebben deze foutieve strategie
van de A.F.C.-ers volkomen kunnen
uitbuiten maar vroegen ons na de
wedstrijd wel af waarom ze deze tot
het eind toe hardnekkig toegepast
hadden, aangezien juist het verdedi-
gingsblok hun sterkste zijde is,
waarbij speciaal de beide backs ge
noemd kunnen worden, die immers
zeer geroutineerd zijn.
Het eerste doelpunt was zeker niet
een voorbeeld van hogeschoolvoetbal
en werd gescoord doordat onze
rechtsbinnen plotseling alleen voor
Hubert kwam te staan. Dat A.F.C.
hierop binnen de drie minuten gelijk
maakte verwonderde ons H.B.S.-ers
al niet meer, aangezien ons dit al
ettelijke malen overkomen is in de
laatste competitiejaren en waarvan
waarschijnlijk een gebrek aan con
centratie de hoofdoorzaak is. Het be
langrijke veldoverwicht, dat wij de
eerste helft slechts in één doelpunt
konden uitdrukken, was te danken
aan het goéde opbouwende spel van
de H.B.S.-achterhoede, die een meer
betrouwbare indruk maakte dan de
voorafgaande jaren.
Na de hervatting kwamen we min
of meer gelukkig voor te staan door
een te scherpe voorzet, die over de
verdediging van de Reds van de lat
in het doel belandde. Vanaf dat mo
ment begon de halflinie van A.F.C.
pas aan haar taak, die ze voordien
verwaarloosd had, te werken, met
het resultaat, dat in de tweede helft
het middenveld veroverd werd en de
voorhoede meer gesteund kon wor
den; ze vergat echter de aanvallen
langs de vleugels te doen en beging
de fout de H.B.S.-achterhoede in de
kaart te spelen door alle ballen in de
bekende „trechter" te deponeren;
hierdoor konden wij juist wel de
backs meer naar binnen halen en
werd het gat volledig gedicht; het
was voor de aanvallende A.F.C.-
forwards dan ook een onbegonnen
taak tegen de forse H.B.S.-achter-
hoede op te tornen en het gemis aan
een „doorduwer" werd dan ook ter
dege gevoeld; dat het toch nog ge
lijk werd was meer het resultaat van
een rommelig toneel voor het
Kraaiendoel dan van een fraaie aan
val; het doelpunt zelf werd echter
afgekeurd wegens een overtreding
tegen de H.B.S.-doelman begaan,
overigens onnodig, en zodoende ein
digde de strijd in het voordeel van
de latere bekerwinnaar, die in deze
strijd zoveel van zijn krachten had
moeten geven, dat ze de eindstrijd op
de „wenkbrauwen" moest beëindigen.
De wedstrijd tegen A.F.C. werd in
een gezellige sfeer gespeeld; wel
werden er enige woorden over en
weer gewisseld, die eigenlijk niet
tussen de twee oudste deelnemers en
4