Mixed Pickles
Aan boord M.S. Oranje
Spiegel
flT. G.-ers,
Café Royal
23 FEBRUARI 1954
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt de schakel in stanö
(vervolg)
weten wordt: de perspublicaties over zijn anthracietgrijze kleding bij EngelandHongarije, zijn mededeling,
dat hij na zijn aanstelling geen borrel en geen sigaret had aangeraakt en zijn causerietjes, waarin hij het een
en ander zegt over het amateurisme en Karei Lotsy.
Wij begrijpen niet goed, waarom Leo Horn zich niet „tiré a quatre épingles" aan Wembley zou presen
teren. Als hij gezegd had, dat hij na zijn aanstelling voor EngelandHongarije uit vreugde een extra borrel
gepikt had, was het natuurlijk óók niet goed geweest. En Leo's causerietjes? Wij willen zeker niet zeggen,
dat Onze Lieve Heer destijds in Leo's wiegje tact als eerste levensbagage heeft neergelegd, maar als Leo
sarcastisch doet over het amateurisme en er zijn bevreemding over uitspreekt dat Karei Lotsy, die zijn neus
ophaalt voor Nederlandse beroepsvoetballers, Europa bereist voor een beroepswedstrijd van de F.I.F.A., dan
is dat in een vrij land Leo's onvervreemdbare goede recht.
Het nare stukje in de „Sportkroniek" was ondertekend: ,,Ref" en dat vinden wij het naarste. Het minste,
dat wij van een scheidsrechter verwachten is, dat hij een „kerel" is. En een „kerel" ondertekent met volledige
naam en adres een ingezonden stuk, onverschillig of het over de trammisère, de melksanering, de Ambonezen
of het anthracietgrijze pakkie van Leo Horn gaat.
„Zó niet, Leo" stond er boven het stukje en wij weten nu niet eens, of die ref al zover is, dat hij Horn bij
de voornaam mag noemen. „Zó niet, ref." Echt niet.
Wereldverschil.
Het is maar 60 km van Amsterdam naar Den Haag, maar een wereld verschil.
Gehoord op de Wandelweg gaande naar A.F.C.: „Kolaan? foor maan is ut een binne
Gehoord op de Van Hogenhoucklaan, gaande naar H.V.V.: „En wèr stèt Fred vendèg?" „Wal, Frèd stèt
mèd."
En dat heet dan allemaal NederlandsJ. W.
Bezoekt de
clubavonden en
de bijeenkomsten
na afloop van
de uitwedstrijden
in
(Eggers)
Het gesprek in de morgen ergens in
de Middellandse Zee ging over A.F.C.
Natuurlijk zijn er diverse mensen aan
boord, die A.F.C. en A.F.C.-ers ken
nen en die ook elke week met onze
club meeleven. Bij de Sherry wordt
me al gevraagd om een voorschot op
de overwinning van onze kleuren.
Thans in de namiddag ga ik maar
eens bij de Radio-dienst informeren
of er gespeeld is en dan blijkt dat
vele wedstrijden zijn afgelast. We be
sluiten dan toch maar gezellig bij el
kaar te gaan zitten in afwachting of
er een telegram komt met uitslagen.
Reeds zijn er geïnteresseerden en
misschien tot teleurstelling van onze
penningmeester zeg ik enige intro
ducties toe voor de e.v. thuiswedstrijd
op 7 of 14 Maart.
Hoe wonderlijk is het toch, dat ver
van huis niet alleen mijn vrouw en
ik maar zo heel veel anderen mee
leven met de resultaten van A.F.C.
Waar we ook waren en in Djakarta
het meest, ziet men met ongeduld
uit naar de uitslagen en 's avonds
wordt daar om 11 uur de radio aan
gezet om de resultaten van half vijf
op te vangen of als dit niet lukt die
de volgende morgen te horen. Als
men thuis is, beseffen we niet hoe
veel geïnteresseerden op verre af
stand onze club volgen en hoe te
leurgesteld die zijn als er zo een on
verwachte nederlaag tegen Schoten
of Den Helder doorkomt. Juist bij
het tegenwoordige eerste elftal heb
ben wij ontzettend veel moeite om
iets te doen gevoelen van het ware
A.F.C.-hart; niet alleen voor de club
maar ook voor al die kerels, die el
ders in de wereld zwoegen en die zo
graag goede berichten horen.
v. N.
Voor clubs „fin de siècle"
heb 'k altijd een zwak.
Ze zijn: „Der familie
hm oudere tak".
Ze zeggen je iets,
't is een deel van je jeugd.
Zó'n club in herstel
doet je altijd weer deugd.
Het Utrechtse „Hercu"
streed twee jaar geleden
'n wanhopige strijd
voor 't behoud in „de tweede".
Thans vecht het in „drie".
We e r voor zijn bestaan.
Het dappere Hercules
staat onderaan.
Ge weet toch van twee jaar
geleden nog wel?
En ziet eens, hoe loopt
dit geval parallel!
Vier punten stond Schoten
toen achter, nietwaar?
Doch 't speelde het toch maar
met Hercules klaar.
En hoe! Werd niet toen
in een extra gevecht
tussen Hercu en Schoten
de wedloop beslecht?
De club van De Zeeuw
met het blauwwitte shirt
moest buigen voor die
van de keiharde spurt.
Ziehier dan de spiegel
U beeldend getoond
omdat het de moeite
van 't spiegelen loont.
Niet stééds het (aan 'n ander)
zacht spiegelen was
Uw spiegel zij keihard;
onbreekbaar het glas!
B. S. LE MARCHé
(Onderschrift. Wij zijn vrijwel
„binnen", maar publiceren dit gedicht
gaarne, want er komen na dit sei
zoen nog meer seizoenen. Red.)
10