Mixed Pickles BequnstiQino van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö (vervolg) Speeches. Er is heel wat gesproken tijdens het jaardiner. De een sprak wat beter dan de ander allicht maar uit alle redevoeringen bleek de diepgewortelde liefde voor A.F.C. Toch waren er twee speeches, die speciaal gememoreerd moeten worden, meen ik, en wel die van voorzitter Holtzappel en van de aanvoerder van ons eerste elftal, de eerste luitenant Bouwens. Beide redevoeringen waren voortreffelijk van taal en stijl maar vooral leerzaam. Wat aanvaardt dit lastige volk toch gemakkelijk leiding, als het voelt, dat er werkelijk leiding gegeven wordt. De Hollander is in wezen een dwars mens en de Amsterdammer is wel het prototype, als het er om gaat, niet geringeloord, betitteld of wat dan ook te worden. Maar dan spreekt voorzitter Holtzappel. En die zeventig mensen zijn muisstil, want ergens wordt hun hart ge raakt, dat opstandig-Amsterdamse, warm kloppende A.F.C.-hart. Zij luisteren en geven zich volledig over aan de leiding van een dergelijke voorzitter. Maar dan spreekt aanvoerder Bouwens. En dan staat daar niet zomaar een spelertje, die een handje mag geven aan de scheidsrechter en aan de aanvoerder van de tegenpartij, niet zo maar een mannetje, die bij het opgooien van het kwartje kop of U weet wel mag zeggen daar staat dan, stram in zijn uniform, waar boven de markante kop van een kerel, die weet, wat hij wil en wil, wat hij weet, de aanvoerder van A.F.C. I. En weer is de zaal muisstil. Wéér wordt het hart geraakt en men geeft zich volledig over aan de leiding van een dergelijke captain. 't Mag vriezen of dooien met Nico en Kees zullen wij het wel rooien. Piet Sanders Sr. f Vreugde en leed de club is als het leven. Hoe fel kwam dat naar voren die 19de Januari, toen wij in het „Apollo-Paviljoen" bijeenkwamen voor ons jaardiner. Want een der bladen publiceerde die dag twee berich ten over A.F.C.-leden. Het ene bericht meldde een maatschappelijke promotie van een onzer met welwillend en complimenteus commentaar het andere bracht het overlijden van Piet Sanders Sr. Dit overlijden is een slag voor A.F.C. .en vooral voor A.C.C. Opnieuw werd de levensbaan afgesloten van een, die zo ontzaglijk moeilijk te vervangen is. Van een, die geboren werd vóór Europa zelfmoord pleegde en inner lijke beschaving meekreeg als het waardevolste „activum in dit leven. Wijlen Piet Sanders was „every inch a gentleman". Het pleit eigenlijk niet voor ons, dat wij daarvoor geen vertaling hebben. Evenmin als er een vertaling is voor de uitdrukking „That is not cricket Want „ouwe piet" zo genoemd, toen hij met zijn zoon Piet samen in het eerste A.C.C. speelde was „cricket". En daarom deze historische anecdote: Een paar jaar geleden boekte zijn zoon een „all time record" in de Nederlandse cricket-historie. Hij bowlde voor AC.C tegen „Rood en Wit" 10 voor 18! Jonge Piet had de prettige gewoonte, zijn vader na de wed strijd op te bellen en hem het verloop te vertellen. Hij deed dit altijd op de manier, die hem en zijn vader m hun spel sieren en sierden: Zonder ophef, zonder reclame. Wel, iedere vader zou ongeveer tegen de zolder springen, als hij zou horen, dat zijn zoon m eerste klasse cricket 10 voor 18 gebowled had. Niet alzo „ouwe Piet". Die zei alleen maar: „Zo lang er meer runs op je gescoord worden dan jij wickets neemt, moet je het niets bijzonders vinden." Zo was Piet Sanders Senior. Dan denkt ge onwillekeurig aan die prachtige versregels: „For when The One Great Scorer comes To write against your name He asks not, if you won or lost But how you played the game." Piet Sanders Sr. „played the game". Aan „The Great Scorer" hoe er over geoordeeld wordt. Naar de mens gerekend, wacht hem het „Pavillion" voor hen, die hun bat onbezoedeld door de innings van 't leven droegen. Wim van Dijkhuizen. Op 25 Januari zijn wij Wim van Dijkhuizen vaarwel gaan zeggen op de moderne Schreierstoren van Amster dam Schiphol Een vrolijk, uitgelaten gezelschap, dat de weemoed van het afscheid tussen Wim en Map - zij vertrekt over enkele maanden naar Djakarta en van het afscheid tussen Wim en zijn bejaarde ouders trachtte te compenseren. De avond daarvoor had Wim aan niet minder dan 30 bevriende A.F.C.-echtparen een afscheidsborrel aange boden op het clubhuis. Wim en Map van Dijkhuizen hebben hun verlof voor hun vrienden onvergetelijk gemaakt. Wim is nu de laat ste ronde van een bijzonder fraaie carrière ingegaan. Hij vertrok als Agent van de Nederlandsche Handel Maat schappij Djakarta-Gambir. Dit is een positie, die slechts een enkeling in het bankbedrijf weet te bereiken. Nu is het gelukkig zo in ons vrije Nederland, dat iedereen hier carrière kan maken, die hersens m zijn hoofd en handen "aan zijn lijf heeft. Uit menselijk standpunt is het echter belangrijk hoe iemand op zijn eigen car rière reageert. Want het is een allermerkwaardigste karaktertrek van ons Hollanders, dat wij over het alge meen goede verliezers zijn, maar soms bepaald eigenwijze en vervelende winnaars zijn. Wim van Dijkhuizen (en ik includeer in deze hulde gaarne zijn hartelijke en gastvrije vrouw) is een goede winnaar Wie 25 jaar geleden, toen Wim door een ernstige ziekte een paar jaar van de kaart ging en toen een poilu inconnu" in het bankpaleis aan de Vijzelstraat was, had durven voorspellen, dat wij hem een kwart eeuW later zouden toezingen en toedrinken als Agent van Djakarta-Gambir, was waarschijnlijk door Wim zelf uitgelachen. En nu is het allerbelangrijkste, dat Wim van Dijkhuizen dezelfde hartelijke, gemoedelijke, gevoelige kerel ge bleven is, die hij vroeger ook was. Wij hebben op Schiphol van Wim van Dijkhuizen afscheid genomen. Ach neen, dat is onzin. Van iemand als Wim neem je geen afscheid, daarvan ben je een zeker aantal kilometers verwijderd. Tot straks Wim en „happy landings!" J- u 9

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1953 | | pagina 9