Mixed Pickles
23egunstiging van onze Mdverteerders, houdt de Schakel in stand.
Scheldsrechters-wee.
,,Elk heeft een plekje op aarde, hem dierbaar bovenal" dichtte eens wijlen P. A. de Génestet. Dit dierbare
plekje is voor ons aller scheidsrechter van Breukelen de stad Utrecht en haar voorsteden kennelijk niet. Op
nieuw heeft, van Breukelen het naar gehad in Utrecht en opnieuw heeft de pers - hebt ge het officiële or
gaan de „Sportkroniek" over Elinkwijk-D.W.V. gelezen? - hem a faire genomen over zijn fluiterij.
Van Breukelen schijnt vooral tijdens de pauze in Utrecht nog al pech te hebben. In déze pauze - ge weet, dat
Elinkwijk nog niet over een overdekte tribune beschikt - gebeurde het volgende. Een niet meer zo jonge
bezoeker - vader overigens van een der D.W.V.-spelers - stond in de striemende regen vlak bij het hokje van
de scheidsrechter en vroeg: „Ach, mag ik bij U misschien even schuilen?" - „Ongetwijfeld", antwoordde
ds hoffelijke van Breukelen. Even later kwam, zoals te doen gebruikelijk is, een der bestuursleden van de
thuisclub binnen, om een praatje te maken. Begrijpelijkerwijze was het bestuurslid van Elinkwijk ingenomen
met de voorsprong, die zijn club tegen het nog ongeslagen D.W.V. had en even begrijpelijk stak hij dit niet
onder stoelen of banken.
„Ja, hert is me toch maar weer wat met die Amsterdammers", zei de als steeds zo „objectieve" Van Breu
kelen. „Maar ik zal ze in de tweede helft onder de duim houden, hoor. Ik heb verleden jaar nog eens een
gijntje gehad met Amsterdammers, maar die hebben wel gemerkt, met wie ze te maken hadden."
Het bestuurslid van Elinkwijk was lichtelijk verbijsterd en wist niet goed, wat hij op deze uitval antwoorden
zou. De niet meer zo jonge „gast" van „scheidsrechter" van Breukelen zei kalmpjes: „Pardon, meneer, ik ben
ook Amsterdammer en lid van D.W.V. Ik zal nu maar gaan." Tableau.
Grensrechters-wee.
In „Geel-Zwart", het altijd lezenswaardige orgaan van de Utrechtsche Athletiek- en Voetbalvereniging „Velox"
lezen wij onder de titel „Houdt er de moed maar in?" het volgende:
„Velox-O.S.V. 0-1. Velox-grensrechter vlagt, bal out? Doorspelen, bal in 't net (0-1). Grensrechter, aanvoer
der, enz. protesteren, speler (O.S.V.) wordt gevraagd niet out. Scheidsrechter blijft bij zijn beslissing, doelpunt.
Velox-Watergraaf smeer 0-0. Watergr.meer-grensrechter vlagt. Bal out? Doorspelen, bal in 't net. Velox doel
punt? Grensrechter Watergraafsmeer wordt gevraagd bal out-soit, geen doelpunt.
Z.F.C.-Velox 3-2. Zeven minuten voor het einde 2-1 voor Velox. Dan een Z.F.C.-aanval. Voorzet, keeper
stompt, mis, raakt speler, fluit, penalty. 6000 mensen kijken elkaar aan. Goal endaarna nog een (3-2).
Ik zeg: houdt er de moed dan maar in! Met een viriant op een ander gezegde, geef ik dit recept: BLIJF TOCH
U ZELF - GEEL ZWARTE ELF. (Ondertekend C. Y.)
Aan de hand van het bovenstaande vraagt men natuurlijk wat een vreemde scheidsrechterlijke beslissingen.
Ik wil wat dit betreft hier op deze plaats niet verder op ingaan, want in het tweede geval is er door onze
Vereniging geprotesteerd. En protesten moet men niet vooruitlopen. (Inmiddels afgewezen, Red.)"
Wij leven met „Velox" mee. Wij weten uit ervaring, hoe een club gedupeerd kan worden door zo'n jokke-
brokje van een grensrechter.
Clubbladredacteuren.
Ik heb mii altijd best kunnen indenken, dat de bekende voetbaljournalist van Emmenes (die enige jaren lid
van A.F.C. geweest is; A.F.C. is gewoon een broedplaats of broeinest - van journalisten) de grote voor
vechter van moderne voetbaltheorieën geweest is. Van Emmenes is n.l. van huis uit geen journalist, maar
genoot zijn opleiding in Delft en behaalde de ingenieurstitel. Door een dier wonderlijke toevalligheden van het
leven verzeilde hij in de sportjournalistiek, die hem zo boeide, dat hij dit vak trouw bleef. Maar zijn wis
kundige geest als ingenieur bleef doorwerken en met een ware passie wierp hij zich op W.-formaties, M.-for
maties en magische vierkanten.
In „Critisch Commentaar", de niet-ondertekende rubriek in „Sportief", waarvoor ik een kruik Bols tegen
een flesje spuitwater zet, dat „v. E." die schrijft, lees ik: „Ook clubbladredacteuren moeten begrijpen, dat de
richting, die het voetbal ook in ons land de laatste jaren is ingeslagen, onafwendbaar is geworden."
En dat - beste van E. - is nu net NIET de manier, waarop je in Holland mensen moet trachten te overtuigen.
Rugnummers.
O ja, nog wat v. E.schei nou uit met die propaganda voor de' rugnummers. Amateur-voetballers zijn geen
nummers, maar werkende leden van een sportvereniging, die voor hun eigen ontspanning wedstrijden spelen.
Zo lastig voor publiek en pers? Nou, wij bieden het publiek iedere thuiswedstrijd voor een paar kwartjes
een dosis sensaasje, waar ze een week op kunnen teren. En als jij die enkele keer, dat wij scoren, niet hebt
kunnen zien, wie de dader was, kom dan na afloop in het clubhuis. En bij een kop soep - je weet wel. die
A.F.C.-soep, die in de hele sportpers beroemd is - noem ik je wel een naam. We hebben vijf voorhoedespelers,
dus twintig procent trefkans heb ik altijd
J. W.
7