Een dagje naar Oostzaan CLICHES WILLEMSTRAAT 43-45 Segunsgiting van onze Adverteerders, houdt de Schakel in stand. 12 HET begon in een etablissement in de binnenstad (het woord perceel smaakt wat wrang in deze) een zij straat van de Kalverstraat dicht bij het Spui. 1 maar dat vindt li toch niet. De bebrilde en gevulde propriétaire maakte een vriende lijk praatje en vroeg toen onverwacht: ,,Zeg, meneer Dringer, heeft U geen lust om Zondag eens mee te gaan met de club, met de bus?" Nu moet ik te Uwer informatie zeggen, dat mijn goedhar tigheid spreekwoordelijk is en ik dies lid of donateur ben van tal van clubs, overigens natuurlijk voornamelijk op cul tureel gebied. Ik kon dan ook niet thuisbrengen waarover men het had, doch accepteerde de vriendelijke uitnodiging, het wat onheus vindend om uitleg te vragen. „Of mijn vrouw ook mee mocht?" „Natuurlijk meneer, van harte wel kom." Kijk, dat doet een mens weer eens goed; er waren dus blijkbaar nog clubs, die wat voor hun mensen wilden doen. Zeer verblijdend. Chique zelfs. Thuis gekomen, bracht ik de invitatie aan mijn gade over en ontweek het automatische: „Ik heb niets om aan te trek ken". (N.B. haar zich gestaag uitbreidende garderobe noopt ons om elk tweede jaar naar ruimere behuizing om te zien.) Even was er nog een kleine paleisrevolutie, daar de troon opvolgster dacht, dat de offerte inclusief nageslacht was. Dit misverstand werd echter energiek de kop ingedrukt door financiering van een filmbezoek. uitje blijkbaar ook maar matig vonden, gezien de zorgelijke gezichten, nerveuze gebaren en ernstige houding. Echter we zaten heerlijk in het zonnetje en toen mijn vrouw mij wakker maakte bleek het te zijn afgelopen. We schuifelden het wei'tje weer af en dienden blijkbaar op de bus te wachten. Afleiding genoeg overigens: Eerst een handige poging tot moord op een autowacht, middels een auto'tje, welke poging overigens mislukte. De autowaker bleek ietwat ontstemd en deed hiervan op luide toon den volke kond terwijl hij trachtte de berijder in de kraag te vatten. Het werd een leuke rel en ik meen, dat de auto onder de voet is gelopen. Dan verscheen er onverwacht een gezet heer van middel bare leeftijd (bij nadere informatie bleek het een prominent journalist te zijn op economisch gebied) die plots enige cijfers uitbrulde, de armen ten hemel hief en uiterst bewe gelijk werd. Tot mijn niet geringe verbazing bleek dit be smettelijk te zijn. want om mij heen vond men het nodig de dikke man na te doen en aller gezichten, zoeven nog licht mokkend straalden opeens van vreugde. (Overigens zeer onefficiënt als middel van voortbewegen). Mogelijk het stamhoofd dacht ik die de strijbare mannen oproept, of de voorganger die zijn gemeente tot het middaggebed op wekt, of toch nog de boerendansen tot afscheid? Doch neen, het bleek dat juist mijn busgenoten zich met ijver aan de orgie overgaven. Zonderling bedrijf; nog zonderlinger echter toen ik mijzelf erop betrapte de ritus te volgen. De afspraak was „de Wandelweg". Inderdaad vonden we daar een bus, waar een heer van vriendelijke allure ons verzocht plaats te nemen. Uit de gesprekken rondom mij, maakte ik op dat het reisdoel Oostzaan was. Vreemd, wat daar te doen? Mogelijk wat pitoreske geveltjes of boeren dansen? Enfin, het zou wel genoegelijk zijn, filosofeerde ik. Eerste halte bleek het Leidseplein te zijn en als een flits schoot het door me heen; „Zeer elegant, dat men de men sen eerst nog een kopje koffie bij Americain aanbiedt." Doch neen, het bleek dat een passagier moest worden opge nomen en wel mijn bebrilde uitnodiger. Wij knikten elkaar eens vriendelijk toe en „wel meneer Dringer, een toegangskaartje voor Mevrouw?" vroeg hij Ik accepteerde gaarne en vond het zeer charmant. „Dan krijg ik 4,50 van U", zong hij. 3,50 voor de bus en 1, voor het kaartje." Ik dacht natuurlijk dat dit een mopje was en glimlachte vrolijk, doch tot mijn ontstemming bleek het ernst te zijn. Kijk eens, dat deze heer de Sabbat niet voorbij kan laten gaan zonder zijn aardse bezittingen in omvang te doen toe nemen, daar heb ik vrede mee, doch op deze wijze is het schier onzedelijk. (Per rit houdt hij een bus over!) Er zat niet anders op dan de 4,50 af te dragen, welke de exploitant al meesmuilend in zijn omvangrijk vest deed glijden. De rest van de rit heb ik gemokt. We werden weer aan boord gelaten. Ik nam me nu ten stelligste voor geen cent meer te betalen. Wat bliksem, het was nu welletjes en ik zou vastberaden weigeren. Echter, ik had mij voor niets opgewonden want de exploitant taalde niet naar geld. Het omvangrijk vest was blijkbaar vol. Alleen op het Leidseplein aangekomen, kon hij zich blijk baar weer niet ten volle beheersen. Een passagier had blijk baar getracht zonder 'betalen weg te komen (mijn sympathie had hij) hetgeen hem niet gelukte. Toen volgde er een weer zinwekkend gescharrel met geld dat angstig veel aan zwarte handel deed denken en zeker ieder voorbijkomend ordebe waarder had genoopt ons de weg naar Veenhuizen voor te bereiden. Het liep goed af gelukkig. „Of we een alcoholische versnapering bliefden?" „Gaarne," hoewel de ervaring me reeds had geleerd dat men het in deze kringen oirbaar dacht, de invité's zelf te doen betalen. Hetgeen klopte. Overigens was de avond zeer gezellig voor zover ik me kan herinneren. Het noodlot wilde dat ik naast de bewegelijke journalistieke heer kwam te zitten, die me prompt strikte voor „een stukkie in de Schakel." Een vreemde dag. I. N. DRINGER. P.S. De hierboven omschreven personen zijn volkomen fictief. Iedere mogelijke gelijkenis met clubleden is toevallig. In Oostzaan werden wij er uit gelaten en werd ik een wei'tje ingedrongen, nadat men eerst alweer een gulden had afgenomen. Hier dus zeker de klompendans?, doch neen, ik bleek mij te vergissen, want een aantal jongelieden ging de wei in en begon een balspel te beoefenen. (Vraagt U er mij niet over, want de bedoeling is mij ten enenmale ontgaan). Waar dit eentonig werd, bekeek ik de omstanders eens nader. Hier waren duidelijk de ingeborenen en de stedelin gen te onderkennen en het opmerkelijke was, dat waar de eersten rustig bleken te genieten, mijn mede-buspatiënten het 0

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1948 | | pagina 12