U/at iedere A.F.C.-er behoort te u/eten Legioen naar Amersfoort DE laatste loodjes wegen het zwaarst. Indien ooit een A.F.C.-er aan de waarheid van dit oude spreek woord mocht hebben getwijfeld, dan zal deze hem nu wel duidelijk zijn geworden. Laat ik eerlijk bekennen, na de 3 opeenvolgende overwinningen van ons eerste elftal meende ik. dat het ge vaar nu wel bezworen zou wezen. Doch ziet, onze neder laag in Amersfoort, gecombineerd met de overwinning van bracht ons weer op de fatale plaats en dat gevaar is dreigender dan ooit. ^Ve moeten ons dit gevaar goed rea liseren. Mochten de nog resterende 2 wedstrijden ongelukkig aflopen, dan krijgen we onze plaats tegen 3 kampioenen te verdedigen Elftallen, die na een succesvol seizoen de poort naar de 2de klasse in de verte zien openstaan en alles zullen geven om het beloofde land binnen te gaan. Reken maar, die gaan er voor! Zij weten heus wel, dat ieder gegadigde maar 25% kans heeft, gezien het feit, dat men met z n vieren om één plaats moet strijden. Eigen aardig, nu hebben we zo vele jaren gestreden voor de af schaffing der degradatiewedstrijden en misschien zijn we straks blij, dat ze er nog zijn! En toch, indien ik morgen weer vóór of tegen de afschaffing zou moeten stemmen, dan stemde ik met een gerust hart wederom vóór. Immers, indien het noodlot ons zou treffen, dan weten we bij de bestaande regeling óók hoe moeilijk het is om de oude plaats weer te heroveren. Het lijkt me toe, dat het voor een flinke club, welke laten we zeggen pech heeft gehad, een hoopvoi perspectief moet wezen om te weten, dat men in één seizoen ook voor 100% de kans heeft, het verloren terrein te her winnen. Gelukkig is het nog niet zo ver. Er zijn voor ons nog 4 punten te winnen en Z.V.V. behoeft er maar één te ver liezen, om ons weer de kans in eigen hand te geven. Daar moeten onze eerste elftallers zich in vastbijten. Alles is noq niet verloren. Misschien klinkt dit allemaal vrij somber, doch het is beter de werkelijkheid rustig onder de ogen te zien. I^e veel hebben wij alles met ,,pech afgedaan, maar ieder objectief mens zal toch wel begrijpen, dat 1ste en 2de on deraan en 3de in gevaar niet alleen piet „pech" te verklaren is. De achter ons liggende succesvolle jaren toen misschien met dat ietsje geluk, hetwelk ons nu in de steek heeft ge laten hebben ons waarschijnlijk zorgeloos gemaakt. Heb ik niet in de oorlogsjaren geschreven, dat het opmerkelijke succes van verschillende „oudere clubs verklaard moest worden uit het feit, dat men zich op de voetbalsport als enige ontspanning concentreerde, toen al die andere „ont spanningen slechts tot de vrome wensen behoorden? Nu is dat alles weer veranderd en staan we voor het feit, dat men zich in ons voetbalwereldje alleen kan handhaven, in dien men, als organisatie in het algemeen en als hogere elf tallers in het bijzonder, alles doet om zo goed mogelijk te spelen. Daar helpt geen lieve moeder aan. Het spel is sneller geworden en vereist een groter uithoudingsvermogen. Hoeveel wedstrijden hebben we in de 2de helft verloren? Met mooie woorden alleen komen we er niet. Er dienen daden te wor den gesteld. We moeten er rekening mee houden, dat onze hogere elftallen mogelijkerwijze nog zware maanden tege- 9aan- Zij hebben in de eerste plaats de toekomst van *n hun handen. Welaan, jongens, traint en traint en traint nog eens. Je komt als het lot wil tegen physiek sterke, met enthousiasme geladen elftallen, die tot de laatste minuut zullen vechten. Onderschat dit alles toch niet. A.B.C. is zo n 50 jaar 2de klasser; enkele jaren zelfs 1ste klasser. Doch nog nooit zijn we in de 3de teruggevallen. Daarvoor is hard gewerkt. Dikwijls onder oneindig moeilijker omstan digheden, dan nu het geval is. Bespaart ons thans de degra datie, waarvan de gevolgen voor onze club niet zouden zijn te overzien. Welnu, slaat allen de handen ineen. Zorgt, dat ge vol maakt fit in het veld komt, en in het veld, steunt en helpt elkander. Moedigt elkaar aan en laat alle funeste op- en aanmerkingen achterwege. Niets is fnuikender voor een met zenuwen geladen speler, dan aanmerkingen van zijn eigen kameraden. Integendeel, wanneer iemand een foutje maakt en wie maakt er nooit een?geef hem een opwekkend woordje en houdt de moed erin. Tracht door zelf harder te werken, dat foutje te compenseren. Zit erop en geeft de te genpartij geen vrij spel. Het eerste beginsel van voetballen is nog steeds, te zorgen, dat de tegenpartij de bal niet onder controle krijgt. Mag ik ten slotte een opmerking over het elftal maken? Zet Dick Disselkoen centervoor. Geen enkele dekking kan zo goed wezen, of in een wedstrijd zal zij verschillende kan sen weggeven. Her moet dan al gek gaan. als Dick er niet een paar weet te benutten. En daar gaat het om, want alle mooie werk in het middenveld baat geen lor, als voor doel de kansen niet gebruikt kunnen worden. Bijzondere omstandigheden hebben mij verhinderd de wed strijd in Amersfoort bij te wonen. Ik weet dus niet wat er aan gehaperd heeft. Misschien heeft de snelle bal op het hardere veld aan het physiek onzer spelers eisen gesteld, waaraan zij niet konden voldoen. Mocht dit zo wezen, neemt dan voor de komende wedstrijden de les ter harte. Nog zijn wij Amsterdams oudste 2de klasser. Laten we alles doen om dat ook te blijven. Good luck! I. H. GALAVAZI. I I 1 ET bussen door bossen I I/ I supporters bij trossen die druk redeneren de „stopper" bezweren systemen bespreken en lachen om leken; die straks zullen tonen hoe A.F.C.'s zonen zich weren als leeuwen en hard zullen schreeuwen TtXen gingen wij spelen dicht zaten de kelen!! Toen viel er een stilte een ijskoude kilte!! Toen gingen wij zonder geschreeuw naar de donder Maar toen de bus terug reed en iedereen stug deed toen kwam het gemopper van keeper tot „stopper" geen speler hoe kwiek ontkwam aan kritiek; toen moest je ze horen de stilte verstoren je kon door het brallen geen bom horen vallen Zó ging het ook nu en zo zal het steeds gaan, dat de beste stuurman aan de kant blijkt te staan. N. EVERSHARP. lO

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1948 | | pagina 10