Uit de I ropen
Begunstiging van onze Adverteerders, houdt de Schakel in stand.
ANGEZIEN er van
II de commissie Indië
J zelf weinig is
te melden, willen
wij deze keer eens de jon
gens van de A.F.C. in In
dië aan het woord laten
en verschillende uittreksels
uit brieven, die wij van hen
ontvingen, laten volgen.
Het deed ons veel genoe-
gen, deze brieven te ont-
vangen, want hieruit blijkt
wel, dat het werk, dat
voor hun gedaan wordt,
buitengewoon wordt geappreciëerd. Ons verzoek om met
Kerstmis en Nieuwjaar eens een briefje aan de jongens te
schrijven, is aanleiding geweest voor onze B. S. Ie Marché,
om alle 17 leden te schrijven op de manier ons allen wel be
kend. Hij heeft het genoegen mogen smaken van enkele jon
gens een aardig briefje terug te ontvangen. Wij hopen, dat
er meer leden zijn geweest, die deze gelegenheid hebben aan
gegrepen, om enig blijk van belangstelling te tonen.
Mochten zij het nog niet hebben gedaan, laten zij het dan
alsnog doen. Het wordt door de jongens zeer gewaardeerd.
Hier volgen de uittreksels:
Wil Brommelcamps
Ik zit op het ogenblik op een erg afgelegen voorpost te
midden van de bergen. De natte tijd heeft z'n entree gedaan
en noodzaakt je wel binnen te blijven, behalve dan de zeer
zware patrouilles, die elke dag weer opnieuw gehouden wor
den.
George Wynandi
Wat ik verder nog nodig zou hebben? Wat wij nog nodig
hebben? Blijf met ons medeleven, zoals U tot nu toe ge
daan heeft. Dat is het mooiste wat A.F.C. ons kan geven.
Ga zo voort en de A.F.C.-magneet verliest nooit haar
kracht.
A. C. Metzelaar:
Tenslotte wil ik niet eindigen, zonder nog eens even tot
uitdrukking te brengen, dat een contact met de club als dit,
door mij zeer op prijs wordt gesteld.
G. Hoogenstrijd:
Tot mijn grote vreugde kan ik U berichten, dat ik weer
een pakket van de commissie-Indië heb ontvangen, waarvoor
ik U en de mensen die dit mogelijk gemaakt hebben harte
lijk dank zeg.
Dio Hermens:
Tot mijn grote verrassing ontving ik kort nia elkaar 2 pak
ketten alsmede „de Schakel" van ons oude A.F.C. Ik kan
niet zeggen hoe het mij getroffen heeft om na 13 jaar een
dusdanig blijk van medeleven van jullie te ondervinden. Het
lezen van de Schakels bracht mij op slag terug in de gezel
lige sfeer van onze club, waar ik zelfs de naam „Pijl" nog
ontmoette. Hoewel ik metterdaad weinig heb laten blijken,
ben ik nog steeds in hart en nieren A.F.C.-er.
H. L. Schooneveldt:
Ik kan U niet vertellen, wat dat tot je spreekt, als je zo
iets ontvangt, 't Is fijn te weten, dat de club, die je lief
hebt en Waarvan je steeds de verrichtingen volgt, zo met
je meeleeft. Daarom dank ik de A.F.C. nogmaals van harte
voor de geweldige steun, die wij A.F.C.-ers hier in Indië op
zulke wijze o.a. krijgen.
H. van Rossum:
Tot m'n grote vreugde kwam deze maand een pakket van
de goeie ouwe A.F.C. mijn home binnenzeilen en wat voor
een! Nog wel met een heel tinnetje echte Engelse piraten.
Ik wias meteen goeie maatjes met iedereen. M'n laatste pak
je „Heimwee", onze eenheidspiraat, heb ik met een groot
gebaar in een hoek geslingerd en ben heerlijk gaan zitten
genotteren. Al met al mijn hartelijke dank aan de commissie
voor deze vriendelijke geste.
In deze geest heeft de commissie van bijna alle jongens in
Indië brieven ontvangen. Maar om niet in herhaling te tre
den, zullen we het hierbij laten. Er blijkt evenwel uit alle
brieven hoezeer ons werk door de jongens in Indië op hoge
prijs wordt gesteld.
Blijf ons dus steunen, opdat wij dit mooie werk zullen
kunnen voortzetten.
Voor diegenen, die het misschien vergeten zijn: het post
gironummer is nog altijd 85086 t.n. van S. de Waal.
„Dio" Hermens, oud,-speler van het eerste elftal, thans
kapitein van het K.N.I.L., adres T.V.T.O., Median, schrijft
ons:
„Bij het ingaan van het nieuwe jaar moge ik op deze wijze
A.F.C. en speciaal mijn oude vrienden en kennissen een ge
lukkig en voorspoedig 1948 toewensen.
In het bijzonder wilde ik de Commissie-Indië mijn harte
lijke dank betuigen voor de goede gaven, welke ik onlangs
wederom mocht ontvangen. Ik behoef niet te betogen hoe
welkom deze blijken van medeleven op elk gebied steeds
weer zijn.
Hulde aan deze Commissie, die de A.F.C.-familie, door het
onderhouden van een nauw contact bij elkaar houdt en weer
bij elkaar brengt!
Het is duidelijk, dat een dertienjarige scheiding, zoals in
mijn geval, de banden met de oude club losser heeft ge
maakt.
Ondanks het feit, dat ik overtuigd ben dat het devies:
„Eenmaal A.F.C.-er, steeds A.F.C.-er" voor 100% opgaat,
gaat de belangstelling op de duur verslappen en beperkt zich
uiteindelijk tot het volgen van de prestaties van het „eerste",
voor zover althans in Indië de gegevens daarvan doordrin
gen, hetgeen vooral in de buitengewesten meestal slechts
sporadisch het geval is.
Dank zij de belangstelling en het geregeld ontvangen van
„de Schakel blijven en gaan we ons weer „in voelen.
Mij persoonlijk gaat het aanvoelen van de stemming thans
al heel gemakkelijk af, aangezien mijn laatste jaren 1933 en
1934 een zelfde beeld gaven als momenteel te zien is, n.I.
een verbeten strijd voor zelfbehoud. Ook toen zag het er
veelal somber uit, maar dank zij de goede geest heeft toen
de Club zich niet alleen weten te handhaven, doch in die
moeilijke jaren tevens de basis weten: te leggen voor een
langzaam ingezette, doch verbeten aanval op het le klas-
serschap, hetgeen uiteindelijk, helaas, toch niet gelukt is.
Arie, jouw optimisme en onze hechte clubgeest moeten in
staat zijn, ons ook ditmaal door deze moeilijke tijd heen te
helpen.
Mijn beste wensen voor een succesvol jaar en hartelijke
groeten van
jullie oude clubvriend.
DIO HERMENS.
1