m
H
Kerstmis in f/edangan
Illusies rond e'ener regencape
jmtÊÊÊmMm-
mi
"Begunstiging van onze Jddverteerders,. houdt de Schakel in stand.
K:- J
Cl EEN sneeuw of
storm brengt Kerst-
mis in Gedangan,
J maar een laaiende
dag met stof en vliegen,
geen kerstboom of hulst,
maar diezelfde roerlooze
palmen, waar een Javaansch
jongetje inklimt om er de
klappers uit te plukken.
Toch is 't ook hier Kerst
mis, zonder de feeërieke
kaarsverlichting bij de culi
naire hoogconjunctuur, t
zuivere Kerstfeest zonder
alle bijkomstigheden, die de traditioneele sfeer moeten schep-
pen.
In de oude wrakke moskee wordt kerkdienst gehouden.
Moskee is wel een weidsche naam voor t huis met z n bouw
vallige torentje 't Zijn eigenlijk alleen de gebeeldhouwde ïn-
qang, die toegang geeft tot de stoffige binnenplaats, een ver
molmde stoep en een soort galerij die de naam van moskee
eenigszins kunnen rechtvaardigen. Binnen prijken onleesbare
spreuken op de mottige muren, terwijl een Romaansch aan-
doende boog de Mohammedaansche vromen in de steer
moest brengen.
Vanochtend staan er slechts een geïmproviseerde kansel
en een orgeltje, dat is alles. Zoo hebben we nog nooit
Kerstmis gevierd, maar maakt 't eenig verschil?
't Is stampvol, in de meest uiteenloopende kleedij zitten
ze op omgekeerde jerycans en leege munitiekisten. Er zijn er
onder, die nooit naar de kerk gaan. Zondag is de vrije dag.
eindelijk eens een ochtend, dat je niet om 6 uur uit je bed
geschetterd wordt.
Maar vanmorgen zijn ze er wel en zq luisteren naar t
Kerstverhaal dat ze allemaal al wel eens gehoord zullen heb
ben. Misschien dwalen hun gedachten af naar t dorpje of
de stad waar hun ouders of vrouw nu in een stemmig ver
sierde kerk naar datzelfde verhaal luisteren en 't is alsof de
20.000 km. tusschen Holland en Gedangen ineenschrompelen,
overbrugd worden door 't oude verhaal.
Buiten de moskee ligt de weg te braden onder de gloeiende
zon, een voorbijstuivende jeep Egt een mist van stof tusschen
de vervallen huisjes; er is bijna geen verschil met andere
dagen, in de keuken wordt met een paar pannen gekletterd
en in de schaduw van een tentzeil zitten er een paar te
zwikken.
,,Pas! ken 'm wacht op beter!"
Een armelijk jochie komt naar hen toe.
„Makan toean?"
„Nou ja", zegt er één, „een bijzondere dag vandaag, hier
heb je een paar boterhammen".
Tevreden gaat 't jochie heen.
't Is Kerstmis in Gedangan.
Voorbij Gedangan is t' een gewone dag vol zorgen en
ellende. Daar is de hopelooze strijd tegen den honger, daar
zijn de plunderende benden, die de laatste bezittingen van de
bevolking rampokken en haar huizen in brand steken. Och,
Boedoeran en Wilajoet, Semampir en Gontang, ze liggen zoo
ver van Batavia en Cheribon, ze leggen geen gewicht in de
schaal Toch is 't wapenstilstand, ofwel een ander woord
voor oorlog of conflict, want in feite blijft 't precies het
zelfde.
Gedangan is de voorste post ten Zuiden van Soerabaia,
't zal mischien de laatste post blijven, maar achter de wazige
Ardjoeno wonen de naamloozen, die hun huisje langs de
sawah en berghellingen hebben gebouwd, voor wie niets
anders bestaat dan hun akker en hun gamelan, waar zij
melancholieke tonen uit kunnen slaan, die hun levenssym-
phonie van rust en indolentie vormden, tot de schaduw over
Java viel.
Uit de moskee klinkt „Vrede op Aarde", 't klinkt niet mooi,
want t Orgel is een beetje valschmaakt t eenig verschil?
PUPPES DRIE.
1 I et hoorde. Er kon niet meer van regen gesproken
Ji worden, er daalde een oceaan en ik wachtte op een
.lift", eenzaam en verlaten met uitzondering van een
mede-lifter. Strak tuurde ik in de lucht, je kunt ten
slotte niet weten, er kon wel eens een schip meekomen.
Ik waarschuwde mijn collega doch deze overtuigde mij
met overredende argumenten, dat ik deze vrees kalm kon
laten varen.
Dit werkwoord vond ik onder de gegeven omstandigheden
subliem gekozen en bracht hem hulde. Hij begreep 't kennelijk
niet, want hij sprak meewarige woorden, denkende dat ik in
schulden stak, hetgeen onjuist of althans overdreven ge
noemd mag worden.
Daar kwam iets, dat op een jeep cuidde, doch ik zag
slechts een bevallige regencape, die niet anders dan de
schoonste illusies omtrent het interieur koesterde. Even
later doorkliefden we de baren en met 't oog op den aan
staanden vrijen dag was het dus zaak om de mysterieën van
de regencape te ontraadselen. Voorzichtig trachtte ik om
't hoekje te gluren, doch deze poging leed treurig schipbreuk.
Er werd zwaar nagedacht en er kwamen inderdaad eenige
factoren die met een gerust gemoed in 't schild gevoerd
konden worden.
Komaan een gezellig praatje. Ik hield eer. nauwkeurige
collectie voor moed en beproefde mijn geluk.
„Vochtig, hè?
Geen antwoord, dat was een gunstig voorteeken. ze liet
zich dus niet met iedereen in. Gezien t feit, dat het geen
moment bij mij opkwam, dat ze mij vcor iedereen zou aan
zien vervolgde ik, met welgekozen woorden:
„Ja, ja, 't kan niet altijd mooi weer zijn."
Stilte. Nu werd 't toch wel wat vreemd. Mijn conversatie
getuigde toch alleszins van een opvoeding, waar tijd aan
besteed is. Ik besloot een meer driesteren weg' in te slaan
en had déshalve een onderhoud met m'n rechterwijsvinger,
die ik opdracht gaf de regencape ter hoogte van den schou
der te beroeren.
Bijna was hij ter bestemder plaatse aangekomen toen de
regencape luide „Ho! riep.
Iedere schrijver, die denkt dat hij zonder al te veel opzien
te baren, zich aldus kan voorstellen bedient zich in voor
komende gevallen van de kreten „als door een adder gesto
ken" en „mijn bloed stolde". Deze vergelijking is overigens
zeer juist, hoor. Haar „Ho" had geenszins betrekking op mijn
doortastend optreden, doch bleek een verkorte uitgave van
den wensch tot stoppen te zijn. De jeep minderde vaart en
wierp het anker uit.
Ik keek gespannen toe, langzaam stond ze op en het eerste
dat ik van haar ontwaarde waren twee sluike haarpieken,
die de maat van 't Wolga-lied sloegen. Toen keek ik haar
recht in de oogen.
„Vijftig jaar zonder aftrek van preventief", meldden m'n
kijksleuven en ik hielp haar bij t uitstappen.
Toen draaide de chauffeur zich om en sprak: „Zielig hè,
Z£ tS St0kd0°f' PUPPES DRIE
10