REDACTIE-ADRES: B.P.Bonkink, Cz.Peterstraat 16, Amsterdam C.
Wekel.Uitgave der A.F.C. 1 Maart 1940, 18e Jaargang. No. 20.
371
a t t e n t i e
atten tie
Aan de Leden,
Het zal wel niemand verbazen, dat onze clubkas reeds eenige weken
volmaakt uitgeput is. Nadere toelichting is hiervoor overbodig. Ook moe
ten wijder ernstig rekening mee houden, dat dit seizoen ondanks de uiter
ste zuinigheid met een flink nadeelig saldo zal eindigen. Aan de ver
schillende vaste lasten valt nu eenmaal niet tè ontkomen.
Natuurlijk is het thans nog niet absoluut zeker, dat er een tekort
zal zijn, want tenslotte hangt alles van het verloop der competitie en
de verrichtingen van ons 1ste elftal af.
WAT ECHTER WEL ZEKER IS, ER MOETEN ONMIDDELLYK GELDEN TER BESCHIK
KING VAN ONZEN PENNINGMEESTER WORDEN GESTELD.
Het Bestuur stelt daarom het volgende voor:
Er is op korten termijn f.1000.a f. 1500.noodig. Wij vragen nu ie
der voor wien "Ik heb U lief, mijn A.F.C." méér is dan een holle phrase,
bij wijze van voorschot DE CONTRIBUTIE VOOR HET KOMEND SEIZOEN REEDS THANS
TE BETALEN.
U betaalt dus een maand of vier te vroeg, doch onder garantie, dat
bij de bepaling van een eventueel tekort het aldus binnengekomen bedrag
buiten beschouwing wordt gelaten, en dat tekort dan door een verplichten
hoofdelijken omslag zal worden gedekt.
Dus goed begrepen, het is een zuivere credietverleening, welke ove
rigens buiten de ontvangsten en uitgaven gehouden wordt. Een crediet
verleening, welke nu eens niet door enkele leden, dóch als het ware door
de geheele vereeniging geschiedt.
Ons is verder gebleken, dat er nig inschryvers op het trainersfonds
1938/1939 zijn, die hun toegezegde bijdrage niet of niet geheel hebben be
taald. Wij vertrouwen, dat zij hun toezegging alsnog volledig gestand zul
len doen.
Uiteraard is de contributie voor het loopend seizoen nog niet ge
heel binnengekomen. Wij kunnen ons voorstellen, dat de verschillende ge-
mobiliseerden daarmee moeilykheden hebben, doch op de lijst komen óók na
men voor van. leden, die blijkbaar best kunnen betalen en toch nog geheel
of gedeeltelijk in gebreke zijn. Men houde zich voor gezegd, dat wij onder
de gegeven omstandigheden en met een hoofdelijken omslag in het verschiet
waarlijk geen consideratie kunnen hebben, ja zelfs niet MOGEN hebben, en
onherroepelijk tot royement zullen-moeten overgaan.
Het is één goede zijde van dit moeilijke seizoen, nl. dat thans gaat
blijken hoe diep of ondiep de aanhankelijkheid aan en de offervaardigheid
voor A.F.C. er bij verschillende leden eigenlijk in zit. Het is heel mooi
