bij enkele candidaatstelling in de plaats van Piet Bos gekozen werd. Als lid, tevens secretaris van de elftal-com missie, werden Nic. Selles, Thomas Takken en Piet Buren candidaat gesteld, waarvan Takken bij de eerste stemming 23 van de 51 geldig uitgebrachte stemmen (2 waren in blanco) op zich vereenigd zag. Selles verkreeg er 16, Buren 12. Bij de herstem ming tusschen Takken en Selles verkreeg eerstgenoemde 27 stemmen, Selles 24, (2 waren in blanco), zoodat Takken gekozen werd. Bij de rondvraag wenscht de voorzitter Breedveld geluk met zijn herstel, waarna Staats op het nut wees van vaste grens rechters. De voorzitter deelde mede, dat in die richting reeds gewerkt wordt. Piet Bos bedankte hierna den voorzitter en alle aanwezigen zeer hartelijk voor den hem toegezwaaiden lof. Voor spreker zijn de jaren als actief lid onvergetelijk geweest en A.F.C. kan altijd op hem blijven reke nen in geval een beroep op hem gedaan wordt. Onze eere-voorzitter bedankte „I" voor de aangename leiding van deze „buitenge wone", waarna de voorzitter met een krach tig slotwoord alle spelers en leden opwekte om ook in 1936 eendrachtig en kameraad schappelijk samen te gaan. Hierna werd „aangeslagen" „IN ONZE GOEIE AMSTELSTAD". Op een kouden Januariavond, naar huis en haard verlangend, vond ik bij mijn thuis komen de uitnoodiging om aan het réunis- tenavondje van mijn oude club deel te némen. En waar ik zoo tal van aangename her inneringen aan mijn A.F.C. bewaard had, was ik dadelijk „in". Stel je voor, nog eens met al je makkers uit het grijs verleden een paar uurtjes(!) gezellig te boomen en wederwaardigheden uit vroeger jaren op te halen, het 41-jarig bestaan van onze vereeniging te vieren! Maar... ik had rekening te houden met het parlement, begon dus met het voorlezen van de post, waarna ik natuurlijk een spon taan „je gaat toch zeker" verwacht had! In plaats daarvan moest ik hooren: „wat heb je er aan", „je kent niemand meer", „allemaal vreemde gezichten"! „En hoe denk je terug te komen?" „Zeker in het holst van den nacht met een auto" (ik ben n.l. al sinds jaren forens) „Als jij nu eens naar een theater ging, gaan we samen met den laatsten trein terug" Dat sloeg in en na tafel begon ik mijn snuffeltocht door het huis om te trachten 'mijn smoking te ontdekken. Welk een ruïne! Het meer dan verouderd model bleek intusschen met eenige mot gaatjes gedecoreerd te zijn. „Zeker wegens langdurige en veelvuldig bewezen diensten" dacht ik. „Never mind", dan maar in mijn „mot tige" op het appèl. De heele week in feeststemming, werkte al dagenlang „vooruit" en zoo beleefde mijn rustig dorp het unieke schouwspel dat een als heer gekleed forens op 18 Januari zoo tegen 5 uur naar de groote stad toog, op weg naar de van oudsbekende „Die Poort von Cleve". Eerlijk gezegd: ik had niet gedacht dat het zóó gezellig zou wezen. Zoo na het ontdooien, toen ik eerst goed bemerkte dat ik weder tusschen al mijn oude strijdmak kers zat, zag ik al die heerlijke dagen van vroeger mijn geestesoog voorbij trekken en in geen tijd zat het halve elftal uit vroeger jaren bijeen. Dat oogenblik is mij bijgebleven, vergeet je nooit meer, daar teer je weer jaren op. Uren geleken minuten. Letterlijk niets was bij vroeger veranderd. De fijne echte ouderwetsche stemming heerschte, waarop A.F.C. zich schijnbaar het alleen-patentrecht verworven heeft, want hoe kan anders diezelfde hartelijke sfeer van vroeger nu nog onveranderd onder de jon gere generatie voortleven? Tegen 7 uur, toen al de réunisten bijeen waren, kwam de A.F.C.-jeugd met een alleraardigste verrassing, waarover elders in dit nummer meer. Doch hoe schoon daverde ons clublied, door meer dan honderd man gezongen! Het was een zeer treffende hulde van de jeugd aan den eere-voorzitter hunner vereeniging. Aan de keurig versierde tafel, waarvan de indeeling wel eenige hoofdbrekens aan de commissie gekost moet hebben, zaten wij lange uren bijeen, hoorden een reeks van 7 A.F.C.'ers, begunstigt onze adverteerders!

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1936 | | pagina 7