EEN A.F.C.-NACHTMERRIE
Als je ook je eigen sport pleegt,
En gaat hockeyen voor je lijn,
Is er één „maar" dat nogal zwaar weegt:
Je kunt niet steeds A.F.C.-ster zijn
Met list en leugen zoek ik auto's,
De bestuurders koop ik om met thee,
'k Bak hun eieren, maak foto's,
En daarvoor brengt men mij naar A.F.C.
Eenmaal moest ik om elf uur spelen,
A.F.C. dat moest in Utrecht zijn,
En al ging ik mij ook vierendeelen,
k Kwam tóch te laat voor de voetbaltrein.
In één hijg per fiets naar 'n tram toe,
De modder „klief" nog aan m'n oor
Dan van de tram naar n „gelijmde" car toe
De GZ 10956 kón er mee door
Zooals 't betaamt voor 'n waardig
vrouwstuk
Kwam 'k slechts een uur of wat te laat;
'k Sprong van de tram... oh, als dat ong'luk
Maar niet voor m'n neus ervan
tusschen gaat...
En als ik rèn, met gekneusde beenen.
Slaak ik een noodkreet!valsch en vlug,
Want ziet die valsche car gaat heenen,
En glijdt zéér tergend van de brug!!!
Wank'lend kom ik tóch bij 't deurtje
Enkijk in 'n stralend kindersnuitü
Men grijnsde liefjes!! ja, dat gebeurt je!!
Men lacht' mij bovendien nog uit!!
„Ik wilde je alleen maar plagen!!"
Spraakloos plof ik ergens neer,
'k Moest nog eten, maar hoe kon ik 't
wagen,
Ik zat zóó nauw, 'k had geen „adem"
meer
In Utrecht heb ik fijn genoten:
„Me schor gepiept zooals van oud"
Ons dikke bestuur knort onverdroten:
„Niet té veel goals!" Hun sigaar werd
koud
De week daarop was alles griepig,
De spelers opgeslagen in 'n barak;
Nees dreinsde erg en deed geniepig.
Van Kol had 'n groote dropjeszak.
Charles griende hard om knóóp-jés-
dróp-jésü
En Boukie wou weer katjesdróp,
Gerard Burger schreeuwt om voetbalhopjes!
Dan Ellens krijgt „ergens" op z'n kop
Arie Metz zorgt voor z'n kind'ren,
Wijnandjopie schrijft een schreeuwverslag;
Galli zucht zwaar, bezoekers hind'ren,
Een drukte!! Als op Arol-dagü
Héél apart lig ik te snikken
'k Deel griep en gijn met A.F.C.
Maar noppes hoor, men laat mij stikken:
Ik ben maar aangetrouwd, ik tel niet mee!!
EEN AANGETROUWDE.
BESCHIKBAAR
A.F.C-ers begunstigt onze adverteerders!
14
