J. LOHLE SOHNE JAAP VAN NEK. PLACE AUX VIEUX! Onze oude stelregel: „geen persoonsver heerlijking in 't clubblad" maar toch even een paar regels, nu „de oudste Van Nek' geroepen is. Zondag onze kleuren in 't eerste te verdedigen. Ieder, die het artikel van „Speler" mag ik thans je pseudoniem onthullen, Jaap? leest, zal voelen, dat hier iemand aan het woord is, die voetbal zuiver aanvoelt. Die voetbal speelt voor z'n plezier en die captain is uit een aangeboren gave van leiding geven. Ik weet niet, Jaap, of je het wel zoo prettig vindt, Zondag niet tegen Haarlem II, maar tegen D.E.C. I te spelen. Het tweede was jouw elftal en je deed er alles mee. Maar het schijnt je fatum te zijn, bij ons beroerde baantjes op te knappen die toch een zekere voldoening geven. Je bent tweede Penningmeester en Administrateur van „De Schakel"! En nu moet je in het eerste spelen. Je hebt het 2de in de reserve eerste klasse gehouden wat moeilijker was, dan het daar te brengen en het 2de had je volle aandacht. Nu moet je helpen, het eerste uit de purée te peuteren. Ook een beroerd maantje, maar wéér heeft het een zekere „Reiz". En als je in het eerste iets van de prachtige mentaliteit weet te brengen, die je er in jouw elftal inhield, dan, dan heb je een stoel in den A. F. C.-hemel verdiend! .Of je misschien na afloop niet de eerste de beste telefooncel in de Meer inrent, om te hooren, hoe het tweede gespeeld heeft? Bij de vele eigenaardigheden in onze zoo vaak eigenaardige vereeniging vind ik dit het eigenaardigste: Hoe komt het, dat, waar we ons een vriendenclub noemen, een club, die haar leden nog andere, nog mooier dingen te bieden heeft dan een voetbalwedstrijd, zoo- velen onzer, die tien, vijftien jaren geleden een rol speelden in onze vereeniging, thans voor ons verloren zijn? Waar zitten de zoovelen, die nu een 30, 35 jaar zijn en thans naar A. F. C. niet meer omkijken, terwijl zij in hun jonge jaren toch zooveel voor de club over hadden? Waar zijn ik noem er maar enkele voor de vuist weg de gebrs. Doets, Sjoerd v. d. Werff, Wim Welsch, de Asscherlieden, de Huijers, Roos, Jurrema, Nic. Holtzappel en zoo tientallen anderen? Ik geloof, dat hun niet meer verschijnen bij A. F. C. een gemis is voor henzelf, die er steeds gezelligheid vonden, maar ook voor A. F. C.! Tusschen Bestuur, eerste elftal eenerzijds en jongeren anderzijds moet een groote groep leden staan, die de ruggegraat vormt voor een goed gefundeerde vereeni- 9in9- Misschien willen die ouderen nog een balletje trappen. Niet te hooi en te gras, als er eens een plaatsje in het Veteranenelftal is, maar regelmatig in competitieverband. Het voorstel om dit eens te organiseeren, zij de betreffende instanties in alle bescheiden heid aanbevolen. Het „place aux jeunes" heeft in A. F. C. voldoende weerklank gevonden. Een vrij jong Bestuur en de tallooze adspiranten en juniores zijn er een bewijs van. Thans voor éénmaal de leuze: Place aux vieux! KLEEDERMAKERS TEL. 3484-5 KEIZERSGRACHT 408 A..F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders! 8

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1931 | | pagina 8