Pieternel:
Dan kunnen ze net voetbal er best aan geven
En geheel als sociëteitsclub leven.
Dan was in Amsterdam gauw vergeten
De club met het roemrijkste verleden.
Thomasvaer:
Lieve kind, je lijkt wel mal,
Er is nog best te ontkomen aan dien val.
Als er maar eendrachtig wordt gewerkt
Pieternel:
En moet het elftal nog versterkt?
Thomasvaer:
Wel neen, zooals 't elftal thans bestaat
Zijn ze tot elke overwinning in staat.
Want zooals een ieder na kan gaan
Kunnen ze stuk voor stuk hun mannetje staan.
De keeper staat als een rots voor z'n net
En heeft al menige goal gered.
De backs, zoowel de linksche als de rechtsche,
Behooren ook heusch niet tot de slechtste.
Ook de halflinie, och die botert het wel,
Al zijn ze over 't algemeen niet zoo bijster snel.
De beide Nico's doen 't heel goed;
Maar den derden ontbreekt de moed
Om zichzelf een kleinen last op te leggen
En zich Zaterdags een klein genot te ontzeggen.
In de tweede helft is hij steeds een gemak'lijke buit
En als hij zich niet verandert, dan moet hij er uit
De voorhoede is waarachtig ook niet zoo slecht,
En brengt van het samenspel soms zeer veel terecht.
Vooral de vleugel der beide Pieten,
Laten ons dikwijls goed voetbal genieten.
Wijb en Ben vormen een paar
Die 't ook wel kunnen vinden met elkaar.
P i e t e r n e 1
Nou zooals jij de boel daar bepraat,
Vind ik dat 't er zoo gek nog niet mee staat.
Thomasvaer:
Ja maar, d'r schijnt hun nog iets te ontbreken,
En daarover wil ik toch nog even spreken.
Er ontbreekt hun dash, doorzicht en moed
En dikwijls een goed schot in hunnen voet.
Pieternel:
Zoo, zoo, is dat de oorzaak van hun nederlagen,
Dan mag Fortuna hen niet meer zoo plagen.
Stuk voor stuk zijn dus de spelers goed,
Dan weet ik ook reeds wat ik wenschen moet.
In de eerste plaats een dosis verantwoordelijkheidsgevoel,
Want anders bereiken ze nooit hun doel.
Momenteel spelen ze niet louter voor hun pleizier,
Doch voor het behoud van de rood-zwarte banier
3
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!
