aanval niet onmiddellijk kon worden hervat. Doordat ze door hun foute opstelling een aangegeven bal niet konden onderscheppen, werden ze ook door de snelle Ajax-voor- hoede telkens gepasseerd en hadden de backs het zwaar te verantwoorden; 3 tegen- goals waren dan ook het resultaat. Nadat hen in de rust op hun fout was gewezen, ging het veel beter. Ook de Ajax-achter- hoede had zich intusschen hersteld, zoodat slechts 3 goals gescoord konden worden, doch de Ajaxieden kregen geen gelegenheid hun gevaarlijke aanvallen op te zetten en maakten slechts 1 tegendoelpunt. De tweede fout van de ,halflinie is: het slechte plaatsen. Aan dit euvel lijden bijna alle halflinies en toch is hierin gemakkelijk verbetering te brengen. Wanneer een half back den bal heeft, ziet men hem deze meestal met een forsche trap trappen in de richting van z'n voorhoede, meestal zelfs zonder te kijken of er wel een van z'n spelers aanwezig is. Hij vergeet daarbij, dat zoo'n lange trap heel gemakkelijk te onderschep pen is door de halfs en backs van de tegen partij, vooral ook omdat z'n eigen mede spelers zich eerst nog moeten omdraaien om een op 'n dergelijke manier aangegeven bal mede te kunnen nemen. Wanneer echter een halfback een bal te pakken krijgt, heeft hij meestal een stuk vrij veld voor zich. Hij moet dan de bal snel opbrengen. Dit toch heeft 3 groote voordeelen: le. z'n voorhoede heeft gelegenheid zich vrij op te stellen en positie te kiezen; 2e. hijzelf heeft volop gelegenheid te kijken welke medespelers vrij staan en naar wien hij dus het beste kan plaatsen; 3e. doordat een der halfbacks der tegen partij hem moet aanvallen, onttrekt hij een speler aan de verdediging der tegenpartij en heeft z'n voorhoede dus een tegenstander minder. Wanneer ze deze theorie in praktijk bren gen zal het elftal, waarin heusch goede krachten schuilen, nog meer kracht ontwik kelen dan tot nu toe. Ook onze andere elftallen zal het geen kwaad doen wanneer hunne halflinies spelen als boven aangegeven. Hetzelfde geldt tot op zekere hoogte ook voor de backs. Heeft een back een vrij veld voor zich, dan moet hij den bal niet ineens nemen of in het wilde wegtrappen. De half backs moeten dan vrijloopen en aan een dezer spelers moet den bal ter verdere expe- dieering gegeven worden. Een back mag er zich nooit toe laten verleiden zelf den bal te ver op te drijven ,daar dan in z'n eigen ver dediging een gróqte gaping ontstaat. In de meeste gevallen echter zal een back met verre forsche trappen z'n gebied moeten zuiveren. De tweede wedstrijd tegen De Spartaan aan den Uitweg, werd met 51 door onze jongens gewonnen. Ook hier weer precies hetzelfde. Voor rust, welke met 10 in ons voordeel inging, een verdedigende halflinie; daarna een halflinie die onbevreesd achter haar voorhoede opdrong, haar als het ware dwingend de vijandelijke vesting te bestor men, resultaat: 4 goals. Thuis tegen D.E.C. werd met 9 man be gonnen en dank zij groote activiteit ging de rust in met een 32 voorsprong. Na rust is het negental tot een tiental uitgewassen en de uitslag 63 in ons voordeel, bewijst dat de halflinie haar taak begrepen had. Met dezelfde cijfers echter werd de week daarop tegen D.W.V. verloren. Aan dezen wedstrijd kan men zien hoe belangrijk een goede bezetting van de spilplaats is. Wim Staats, die in voorgaande wedstrijden een goede centerhalf partij gespeeld had, was er dien dag totaal uit. Misschien is een trap, welke z'n kersepit direct na den aanvang had te incasseeren, wel de oorzaak, dat hij den gehcelen wedstrijd maar niet op stoot kon komen. Gevolg: hij werd herhaaldelijk gepas seerd, de vleugelhalfs moesten ook terug en de voorhoede was aan haarzelf overgelaten. Dat echter door haar nog 3 goals werden gefabriceerd, pleit voor de kracht welke in derdaad in deze linie schuilt. Ik wil niet ont kennen, dat de D.W.V.-ers de overwinning dik verdiend hebben, en een zeer goeden wedstrijd speelden, doch dit is goeddeels terug te brengen op het falen van onzen cen terhalf. Het is me bitter tegengevallen, dat ons elf tal het in den laatsten wedstrijd tegen Bl.~ De Heer en Mevrouw Wl/NA ND-ROOD ENB URGH geven met blijdschap kennis van de geboorte Van hun zoon jOHAN GIJSBERT. Amsterdam, 7 Nov. 1928. Hartelijk gelukgewenscht. RED - 13 - A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1928 | | pagina 13