Café „MODERNE"
Leidscheplein 19-21 Amsterdam
G. J. DE BOER
deelte van den wedstrijd. Het is een ploeg,
die er wezen mag.
Over wat nu volgt, zou ik boekdeelen kun
nen schrijven, maar ik zal dit niet doen, bang
ruzie te krijgen met onzen Redacteur.
De vreugde in het kleedlokaal was gewel
dig. Iedereen was tevreden, aanvoerder Kali
en Arie niet het minst. Bier moest onmiddel
lijk de dorstige kelen te hulp komen en
schoone liederen werden weer aangeheven.
Waarnaartoe na afloop? In Mokum ga je
's Zondags eerst naar Terminus en later in
den avond naar de Bor. De auto stond klaar
en het bleek, dat het clublokaal van Robur
ook al de Bordelaise heette. Dit was een
veeg teeken. Robur was al aanwezig. Een
prachtcollectie tonnetjes bier werd aange
bracht. Een Robur-bestuurder voegde zich
bij den groep met de mededeeling: „Mijn
naam is Jansen, neen ik beduvel U niet".
Jansen en Arie waren bij de eerste bitter al
goede maatjes. De stemming „zat", waartoe
een pathéfoon bij gebrek aan een orkest nog
meehielp. De Amsterdamsche Footballclub
bleek voor de zooveelste maal ook Amster
damsche Fuifclub te zijn. Er werd. laat ik
het zacht uitdrukken veel „gezongen", ge
lachen, cheers uitgebracht, bitters geoffreerd
enz. Tegen half zeven werd opgebroken naar
een ander schoon oord. In een gezellige in
tieme serre werd de pret voortgezet. Jansen
bleek jarig, U weet wat dat zeggen wil.
dorst natuurlijk van iedereen. Arme Jansen,
gelukkige A.F.C.-ers. De tongen kwamen
eerst recht los. Er werden speeches afgesto
ken, door Jansen, door Arie. Piet Wessel,
door Tinus en Herman, (de Robur-bestuur-
ders). Onze manager en de R.-secretaris be
gonnen elkaar vriendelijkheidjes te zeggen.
Iedereen voelde zich gemütlich. De Corin-
thian-idee kwam tot uiting en werd extra
naar voren gebracht. „Buzieau" trad weer
op. De welbekende Tango du Rêve werd tot
in 't diepst van den ziel ontroerend door
Buzieau gedanst en gezongen. Arie gaf „I
am Mac Namara" ten beste.
Het diner begon. Speeches van iedereen.
Toasten op ons Kon. Huis, op de Ned. Cor.,
op Robur, op A.F.C., op Jansen zijn vrouw
werden uitgebracht. Piet wou spreken, Jan
sen zei het beter te kunnen. De wijn ver
hoogde nog meer de stemming. Het 42-jarig
heertje Robur was 's morgens begonnen een
beetje te flirten met het 30-jarig vrouwtje
A.F.C. In den wedstrijd hadden zij elkaar
nader leeren kennen, in het bitteruurtje was
de wederzijdsche waardeering toegenomen
en het diner had een hartstochtelijke liefde
tot resultaat, 't Was reeds in het bitteruurtje
geweest, dat het ontroerende lied van „Nog
eenmaal Robur troelalalla. was uitgevon
den, door Robur steeds beantwoord „Nog
eenmaal A.F.C. troelalalala. Dit deed 't bij
zonder. Tot slot van het diner werd er een
deksels gezellige mannen-Polonaise om de
dinertafel gehouden. Vervolgens koffie in de
serre. Het uur van vertrek was aangebroken.
Het afscheid van de jongverliefden was roe
rend. Laat ik U dit drama niet vertellen. Ik
wil alleen zeggen, dat we door den stations
chef werden gewaarschuwd met de mogelijk
heid rekening te houden, dat wij wegens
luidruchtigheid niet mee konden reizen, 't
Liep echter goed af.
In den trein had één onzer spelers de
pech eenige flesschen „alcoholvrije" drank
bij zich te hebben. Een paar onverhoedsche
aanvallen waren oorzaak, dat die gauw sol
daat waren gemaakt. De rest van de treinreis
bespaar ik U. Het was maar al te duidelijk
te zien, dat de vermoeiende dag zijn slacht
offers was gaan eischen.
Eerst nog lijn 2 onveilig gemaakt en daar
na de groote „Einzug der Gladiatoren" in de
Bor in Mokum ('t mag U vreemd klinken,
maar 54 beteekende net zooveel als een
9
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!