VAN WANHUM MEYER Keizersgracht 537, Amsterdam Jac. DE BOER Commissionairs in Elfecten Verzilvering van Coupons TELEFOON 31543 den. De wijze van begroeting doet vermoe den, dat men elkander verwacht heeft, niet tegenstaande het veld voor spelen ongeschikt is. Beweging moeten zij echter hebben, dus dan maar even elkander onder de sneeuw gezet. Spoedig evenwel staan zij in een groep bij elkaar en kunnen wij getuige zijn van een dispuut, dat de algemeene aandacht trekt en waarbij het nogal warm toegaat, zoo kort als het dan ook duurt. Wij zullen u niet melden wat er alzoo gesproken wordt. Eén van hen hooren wij echter deze woorden uiten: „Het zal en het moet". Daarop zegt hij: „Kom, Wim, wij gaan heen". Niemand spreekt meer een woord. Allen verlaten het veld en slaan den weg naar de stad in. Het volgend jaar was de club, op wier veld die woorden waren gesproken bevor derd tot de eerste klasse, alsof die enkele woorden de aanwezigen hadden geëlectri- seerd in zoodanige mate, dat de energie bleef tot het einde van die competitie. Ook deze herfst heeft zijn voorganger, den zomer, in narigheid niets toegegeven. Zou ook op dezen herfst van vuil en modder een Kerstfeest mogen volgen met heldere sneeuw en schitterenden winterzon? En zou dan weer een besluit mogen worden genomen als toen? Hebben de spelers van thans even veel energie als hun voorgangers? Misschien voelden die zich sterker door meerder kun nen; maar er waren toch ook zwakke krach ten bij, zoo goed als wij nu jongens van uit nemende vaardigheid en kracht in onze ge lederen tellen. Hebben de wedstrijden be wezen, dat ons eerste elftal de mindere is van zijn tegenstanders? Zeker, wij hebben meer verloren dan gewonnen (het is 10 December), doch had niet iedere verloren of gelijk gespeelde wedstrijd met evenveel recht gewonnen kunnen zijn als die tegen V.V.A.? Zeker spelers van het eerste elftal, gij hebt zeer veel tegenslag gehad door het uitvallen van twee uwer besten tegen Zand- voort, door het uitvallen van één uwer besten tegen Concordia. Arme Kamp! Wij zagen je wegdragen met groote deernis, want je was zoo trouw steeds op je post; je zette zoo je hart en je ziel in het spel, dat je wilde winnen. De eenige troost hier is, dat je ongeval enkel is geweest ongeluk niets dan ongeluk. Het was geen gevolg van ruwspel der tegenpartij of van eigen onbezonnenheid. Maar al die tegenspoeden doen het elftal nog niet tot de zwakkeren behooren. Onze voorhoede is snel genoeg, kan voetballen, heeft vaardigheid; onze middenlinie kan de voorhoede voeden en de tegenpartij onscha delijk maken; onze achterhoede laat zelden een groote score tegen maken; onze keeper heeft in tal van wedstrijden getoond, dat hij tot de zeer goede krachten onder de de lat behoort. Kerstmis, het feest van het einde van den droeven tijd, het feest van het nieuwe leven. Zal het ook ons in de A.F.C. dat nieuwe brengen? Zullen ook nu weer de spelers op trekken, hetzij naar het veld, hetzij naar elders en elkander toeroepen: „Het zal en het moet!"? Waarom zoudt gij het niet? Immers er is thans bij u een andere geest dan sedert vele jaren het geval was. Gij hebt veel meer het gevoel van te behooren tot uw club, van te spelen voor uw club, van te zijn, ieder van u, de A.F.C. in zijn geheel. Gij trekt als vroeger op naar het veld om een persoonlijk genot te bevredigen, maar gij vergeet dat persoonlijk genot, zoodra gij tusschen de krijtlijnen zijt. Dan zijt gij niet meer u zelf, dan zijt gij een deel van het geheel, van dat geheel, hetwelk alleen het tot een goed einde kan brengen. Spelers van alle elftallen, uw Kerstfeest zij zoo prettig als het in den kring der uwen Specialiteit in PIJPEN 3 A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders! Sigarenmagazijn SOPHIALAAN 49, AMSTERDAM tegenover EGGERS Telefoon No. 26003 88

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1923 | | pagina 3