marshall Algemene Vergadering: Een Ridder, een Horloge en een Tekort Begunstiging van onze Adverteerders, houdt de Schakel in stand. Op Vrijdag 21 October werd in het clubhuis de Al gemene Vergadering gehouden, welke slechts door ruim dertig stemgerechtigde leden werd bijgewoond. Van het eerste elftal (zoals men dat zo gaarne noemt: het visitekaartje van de club) waren twee leden aan wezig, van onze K.N.V.B.-elftallen tezamen acht man. Het is verheugend, dat het Bestuur in zijn zware taak op zulk een krachtige wijze geschraagd wordt door de intense belangstelling van de leden, die dus gelukkig niet alleen lid zijn geworden om twee maal drie kwar tier in de wei rond te huppelen en zich met warm water te besprenkelen. Voor degenen, die echter wel gekomen waren, was het een avond van ontroerende-, maar ook van onrust barende momenten. Om half negen, voor het begin van de vergadering, verzocht voorzitter Hauber enkele ogenblikken stilte om de dood van Bubi Sabelson te gedenken. Na de stilte las de Heer Hauber een brief van Fred Sabelson voor, waarin deze namens zijn vrouw dankzegde voor de overstelpende blijken van be langstelling, die zij bij het overlijden van hun zoon uit A.F.C.-kring mochten ontvangen, een medeleven, dat hen gesterkt had. De brief eindigde met een oproeping aan alle clubvrienden om de harmonie ten alle tijde te bewaren. Na voorlezing van de brief, die onder doodse stilte werd aangehoord, wees ook de voorzitter op de NIC. LELOUX ZEILSTRAAT %6 AMSTERDAM noodzaak om de eenheid te bewaren. „Laat ons beloven en trachten allen op goede wijze en zelfs met terzijde- stellen van eigen overtuiging het clubbelang, onze A.F.C, te steunen. De tweede Bidder. Hierna werd de vergadering geopend en kreeg de Heer Holzappel de gelegenheid om de notulen voor te lezen van de vorige vergadering, een verslag, dat door zijn nauwkeurigheid met applaus werd begroet. Daarna werd de Heer J. F. (Peet) Scheepens voor de tafel der wijzen geroepen. In een korte rede wees de voorzitter op het vele werk, dat door de Heer Schee pens in de halve eeuw van zyn lidmaatschap is ver richt. Zijn verdiensten als speler en zijn verdiensten als clubman, die achter de schermen werkt, werden door de voorzitter in enthousiaste bewoordingen gememo reerd en onder een langdurig en donderend applaus der aanwezigen werd de Heer Scheepens tot Ridder der A.F.C, geslagen. Zichtbaar ontroerd, dankte onze Rid der voor de onderscheiding, die hem was ten deel ge vallen en hij besloot zijn dankwoord met de woorden: „De herinneringen, die ik aan deze bijzondere club heb, zou ik nooit willen missen. Natuurlijk zijn er wel eens moeilijkheden, maar die goede geest, de band, die bindt, zal altijd blijven." Veel hilariteit en een horloge. Toen het applaus verstorven was, riep de voorzitter de Heer J. H. Wijnand voor het forum, die blozend be weerde, dat hij zelfs nog geen vijftig jaar is! (Dat is hem ook wel aan te zien, behalve als hij 's morgens wat krakend uit z'n bedje klimt. - Red.) Door deze verbijsterende primeur liet de voorzitter zich echter geenszins uit het veld slaan en in gloed volle woorden dankte de Heer Hauber de Heer Wijnand voor het vele werk, dat hij voor de A.F.C.-Schakel had gedaan, daarbij de hoop uitsprekende, dat hij ook in de toekomst voor de Schakel zou blijven schrijven. (Hm, Red.) Hierna werd de scheidende redacteur een horloge overhandigd. In zijn antwoord zei de gehul digde o.a.: „Ik ben werkelijk ontroerd, dat ik deze avond voor de troep geroepen ben voor datgene, wat ik gedaan heb. Ik deed dat voor A.F.C, en ik heb dat altijd als iets vanzelfsprekends beschouwd. Als voet baller heb ik 't nooit ver gebracht. M'n capaciteiten als rechtshalf waren net zo waardeloos als die van b.v. Jan Snelleman Jan Snelleman: „Ben je nou helemaal Jo Wijnand: „O, was jij dat niet? Enfin, nu sta ik hier dan als lid, als A.F.C.-er, die niet kon voetballen, maar die met stukjes schrijven datgene heeft gedaan, wat hij goed achtte. Ik heb geprobeerd om A.F.C. met zo'n clubblaadje een goed figuur te doen slaan en ik geloof, dat ik erin geslaagd ben. Dat ik er echter in geslaagd ben, heb ik te danken aan de trouwe schare van medewerkers, die mij altijd bijgestaan hebben: I. Galavazi, Eppals, de Man van de Tribune, Aangetrouwde, N. Eversharp, Speler en later Ex-Speler, noem ze allen maar op, aan hen is het te danken, dat de A.F.C.-Schakel tot iets goeds geworden is. Ik beloof U, dat ik, zo lang ik een pen in m'n vingers kan vasthouden, voor A.F.C, zal blijven schrijven, doch moge de teamspirit van de Schakel-redactie een voorbeeld zyn voor leder, die dit aangaat." (vervolg op pag. 5)

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jaarverslagen | 1949 | | pagina 2