INITIATIEF EN BEGIN
Pim Adriaansz
Wie zich met welke geschiedschrijving
dan ook bezig wil houden zal zich al snel
realiseren, dat hij keuzes moet maken uit
een veelheid aan feiten, gebeurtenissen en
omstandigheden. Hij zal bovendien terug
kijken met de ogen van iemand, die later
leeft in een inmiddels veranderde maat
schappij. Zo bezien moet het verschil uit
maken of iemand bijvoorbeeld het einde
van de 19e eeuw beschrijft na 50 of 100
jaar. De AFC-geschiedschrijvingen door
wijlen Jo Wijnand, 'Het gouden boek van
AFC' (ter gelegenheid van het 50-jarige be
staan) en 't Was Goed Genoeg' (ter gele
genheid van het 75-jarige bestaan) zijn
hiervan goede voorbeelden. In beide -
voortreffelijke - boeken komen de eerste
50 AFC-jaren aan de orde, maar niettemin
is er een aanwijsbaar verschil in benade
ring. En in dit geval zelfs door één auteur.
De 19e eeuwse Engelse schrijver Oscar
Wilde zei dan ook volkomen terecht: 'De
enige plicht die wij tegenover de geschie
denis hebben is haar herschrijven'.
Honderd jaar AFC-geschiedenis betekent
75 jaar herschrijven en 25 jaar voor de eer
ste keer schrijven. Kenbronnen zijn in bei
de gevallen uiteraard onmisbaar. Bronnen
uit de eerste kwart eeuw AFC zijn in aan
tal echter beperkt aanwezig. Zo bestond
onder meer de AFC Schakel nog niet en
bovendien zijn veel historische bronnen
helaas verloren gegaan.
Een (amateur-)historicus zal evenwel zo
veel mogelijk dienen te vermijden een be
roep op eigen of andermans geheugen te
doen. Beelden uit het verleden, feiten, fic
tie en tijd schuiven immers snel ineen.
Wat dat betreft loopt de eerst geroepen
schrijver voor dit historische AFC-boek
van één eeuw, die de periode 1895-1920
voor zijn rekening neemt, weinig risico.
Hij is eigenwijs genoeg om derden niet
dan bij uitzondering te consulteren,- en zo
dat nuttig of nodig was: slechts op basis
van documenten. Uw eerste auteur wijst
er tenslotte op, dat hij ruim na de hem
toebedeelde periode is geboren. Hij is wat
de eigen herinnering betreft derhalve bui
ten elke verdenking.
De vraag mag gesteld worden hoe Amster
dam, Nederland en de rest van de wereld er
voorstonden in 1895, het oprichtingsjaar
van AFC. Om te beginnen: Nederland
telde 5 miljoen inwoners, die koningin
Wilhelmina tot staatshoofd hadden. Maar
omdat zij slechts 14 jaren jong was stond
ze nog onder het regentschap van haar
moeder Emma.
Het liberale kabinet Roëll/Van Houten
handhaafde het gezag, hetgeen toen nog
vrij gemakkelijk ging. Cholesterol en stress
waren immers nog niet uitgevonden.
De destijds goede hoofdstad Amsterdam
telde nog geen 300.000 inwoners. Na de
voltooiing van het Noordzeekanaal in
1872 bleek eens te meer, dat een verbin
ding met het noordelijke stadsdeel moei
lijk zou blijven. Stadsuitbreiding werd dan
ook gezocht in zuidelijke richting. Realise
ring daarvan vond voornamelijk plaats
Proloog
De Koninginneweg rond de
eeuwwisseling. Daar woonde
op nummer 129 de familie
Scheepens. Vlakbij lag het
buurtveldje, waar de AFC-ers
hun eerste ballen trapten.
Eind negentiende eeuw
De eerste notulen van AFC:
8 oktober 1896.
AFC voor de uitwedstrijd
tegen Victoria (Hilversum) in
1902.