AFC; EEN CLUB VAN (HOOFD)
Tien jaar
Goed
Genoeg'
Op de laatste speeldag van de competitie
1991-1992 verloor Elink-wijk op eigen ter
rein met 2-1 van RCH. Een nederlaag met
uiterst belangrijke consequenties, maar
niet alleen voor de beide rechtstreeks be
trokken clubs. Elinkwijk degradeerde op
die tiende mei uit de hoofdklasse A, waar
van het sinds de start in het seizoen 1974-
1975 zonder onderbreking deel had uitge
maakt en RCH werd in die afdeling voor de
tweede maal kampioen. De derde belang
hebbende was AFC, dat door het wegvallen
van Elinkwijk de enige club in de hoofd
klasse A werd, die bijna vier maanden later
aan zijn negentiende achtereenvolgende
seizoen in de zondag amateurtop mocht
beginnen. Wie dat laatste in september
1974 voor mogelijk had gehouden zou op
zijn minst wat meewarig zijn aangekeken.
Aan het einde van het seizoen 1973-1974
werd een grootschalige wijziging in de
competitiestructuur van het zondag ama
teurvoetbal van kracht. Uit elk van de zes
toenmalige eerste klassen promoveerden
zeven clubs naar de nieuwe zondagtop.
De districten West I en West II leverden
samen de veertien clubs voor de hoofd
klasse A. Met negen punten achterstand
op kampioen Elinkwijk bezette AFC in de
eerste klasse A (West I) de zesde plaats en
dat was genoeg om samen met Elinkwijk,
SDW, De Spartaan, EDO, Rood Wit A en
Zilvermeeuwen aan het 'avontuur hoofd
klasse' te mogen beginnen. Uit de eerste
klasse B (West II) promoveerden Hermes
DVS, Unitas, Papendrecht, UVS, Gouda,
CW en RVC.
Haarlem, Hoorn, Uithoorn, Utrecht en
Zaandam - dat waren in de eerste klasse A
(seizoen 1973-1974) qua uitwedstrijden de
verste reisdoelen. Voor de overige duels
hoefde AFC niet eens de stad uit. In de
hoofdklasse A moesten er veel meer kilo
meters worden afgelegd. Bij heel wat clubs
dacht men dan ook hardop: "Die hoofd
klasse hoeft voor ons niet zo nodig". Ook
bij AFC kon men dergelijke geluiden horen,
maar het bestuur voegde daaraan bij monde
van (toen) vice-voorzitter Jan van Dijk veel
betekenend toe: 'AFC wil graag zo hoog
mogelijk spelen en daarom doen we mee'.
En zo is 't gekomen. Tot en met het twin
tigste hoofdklasseseizoen 1993 - 1994
werkte AFC in totaal 520 competitiewed
strijden tegen 41 tegenstanders af. Dat
zijn, met tussen haakjes daarachter het to
tale aantal wedstrijden dat AFC tegen elk
van die clubs heeft gespeeld: EDO (38),
DWV (36), Elinkwijk (36), RVC (28), DHC
(26), RCH (26), Unitas (24), CW (22), UVS
(22), Blauw Wit (20), VUC (20), Aalsmeer
(18), Wilhelmus (18), Papendrecht (16),
Stormvogels (16), Xerxes (16), ADO 20
(12), AFC '34 (12), De Spartaan (12), Nep-
tunus (10), DCV (8), FC Hilversum (8), Hol-
landia (8), Zeeburgia (8), Alphense Boys (6),
Hermes DVS (6), Rood Wit A (6), Holland
(4), NFC (4), SDW (4), Spartaan '20 (4), To-
negido (4), WFC (4), Zilvermeeuwen (4),
ADO (2), DHS (2), Gouda (2), Ilpendam (2),
De Musschen (2), OSV (2) en UW (2).
Tegen vier clubs behaalde AFC een 100%-
score (DHS, De Musschen, NFC en Spar
taan '20). Ook met Ilpendam en De Spar
taan (75%), UVS (72,7%) en Stormvogels
(65,6%) had AFC weinig problemen, maar
EDO (42,1%) AFC '34 (41,7%), DWV
(40,3%) en ADO '20 (31,8%) toonden zich
door de jaren heen bijzonder lastige tegen
standers. Tegen Gouda en SDW werd de
laagste score behaald (25%), maar die
clubs deden respectievelijk slechts één en
twee seizoenen mee.
AFC werd in twintig seizoenen hoofd
klasse nooit kampioen, wel drie keer
tweede (in 1977 achter DWV, in 1984 ach
ter Elinkwijk en in 1986 achter Unitas).
Drie keer was degradatie heel dichtbij.
Aan het einde van het eerste seizoen, in
1975, overleefde AFC een beslissingscom-
petitie met De Spartaan, Zilvermeeuwen
en degradant Gouda. Ook in 1982 was er
zo'n nacompetitie noodzakelijk, deze keer
met AFC, EDO en Neptunus als deelne-
1972-1973 A
Eindelijk weer eens een
jaar om wel over naar
huis te schrijven: fraaie
resultaten van de
elftallen I tot en met 5.
Dat betekende een
eresaluut aan spelers en
A-commissie. En nog
meer terechte vreugde:
Bas Rachman, Edwin
Geluk en Ernst Seunke
uitverkoren voor het
Amsterdams
amateurelftal, de laatste
bovendien gekozen in
het nationale
studentenelftal.
Op 13 juli het echte
afscheid van voorzitter
Henk Kappelhoff, die tot
ieders voldoening
benoemd werd tot
erevoorzitter voor zijn
talloze verdiensten na
liefst 16 jaar. Een dag
later tijdens een zeer
druk bezochte receptie
speldde Jo Jaspers hem
de gouden bondsspeld
op, die niet misstaat op
Henks revers. Cor
Kerker, ook al zo'n
kanjer, was de dag
tevoren benoemd tot
erelid.
Op 6 oktober werd het
feit herdacht dat het
sportpark Goed Genoeg
tien jaar tevoren officieel
in gebruik was genomen.
Daar hoort dan
natuurlijk een feestje bij:
alle consumpties konden
die avond worden
genuttigd tegen betaling
van de in 1963 geldende
tarieven!
122