Bij St.-Pierre dat is een voorstadje van Brussel was de benzine op en we moesten weer een noodlanding maken, dit keer in een park. Maar dat viel niet al te best uit, want door de bomen verloren wij onze vleugels: met de cabine kwamen wij behouden op de grond. Aangezien het al half twee was geworden nam ik de eerste de beste taxi in de hoofdstraat van het plaatsje. De piloot wist dit niet en ik was daarom verbaasd later in Antwerpen te vernemen, dat een „Engelse voetballer" bij een vliegtuig ongeluk in St.-Pierre vermist en waarschijnlijk verongelukt was. Dat was gelukkig niet zo en het was overigens de enige keer dat ik als vermist werd opgegeven. Maar ik kwam pas in Antwerpen aan een half uur nadat de wedstrijd was begonnen; ongelukkigerwijze was mijn reis dus voor niets geweest, want ik kon niet meer meespelen." Dit verhaal bewijst wel iets van de koelbloedigheid en de keiharde mentali teitvan onze vroegere goal-getter. Twee noodlandingen en de vleugels van de vliegmachine verspeeld, en het enige waarover Charles Lungen zich beklaagt is dat hij een half uur te laat in Antwerpen aankwam en niet meer kon meespelen. Dit avontuur heeft zijn lust in vliegen niet kunnen doven. Hij haalde zijn vliegbrevet toen hij 50 jaar was en heeft sindsdien met zijn eigen vliegtuig (Cessna Skylane) meer dan duizend vlieguren over geheel Afrika gemaakt. Het slot van Charles' interessante brief is kenmerkend voor hetgeen al degenen voelen, die als jongens in A.F.C. kwamen en de club hun hele leven trouw zijn gebleven: „Tot besluit wil ik memoreren hoeveel plezier ik heb mogen genieten uit mijn associatie met de goede oude A.F.C. No other club for me!! Nog steeds indien maar enigszins mogelijk en op een zondag in de buurt van Amsterdam zijnde zal ik beslist een wedstrijd van een elftal van A.F.C. niet missen. Het is, als je er over nadenkt, wel eigenaardig dat als je de naam A.F.C. bij sportlievende Nederlanders waar ook ter wereld noemt, dit een begrip voorstelt. Ik heb die reactie dikwijls beleefd, of het nu in Beira of in Hongkong was. En dan te bedenken dat A.F.C. eigenlijk altijd maar een „tweede klasser" is geweest. Ook nu als vooraanstaande amateur eerste klasse zijn wij in het Hollandse voetbalmilieu eigenlijk nog steeds maar een tweede klasser. Toch wordt in den vreemde A.F.C. bij de „groten" zoals Ajax en Feyenoord geklasseerd, althans door de Mokummers 67

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jubileumboeken | 1970 | | pagina 75