fè\
vele jaren zal mogen
laten voortduren.
Inmiddels waren 50 leden onder de wapenen geroepen en
toen werd opgericht het M.C.A., het „Mobilisatie Comité
A.F.C." Indien ooit bewezen is, dat A.F.C. meer is dan een
voetbalclub alleen, dan is het wel bij die oprichting geweest.
Het kwartet Bessem-Esser-Nestelroy-Zeegers bracht geld
bij elkaar en regelmatig ontvingen onze militairen pakket
ten met worstjes, sigaretten, reepen chocolade, kauwgom,
pepermunt, leverpastei etc. De reactie van onze militaire
leden was enthousiast. Uit de brieven, die het M.C.A. ont
ving, moge hier de volgende bloemlezing volgen:
„Aangezien ik 's avonds op wacht moest heb ik gauw het
een en ander geproefd. En ik kan U de verzekering geven,
dat een broodje warme worst van Velleman zeker niet
lekkerder is dan een sneedje kuch met een paar warme
M.C.A.-knakworstjes. Natuurlijk kan ik niet alles opeten en
oprooken. Doch U kunt er van verzekerd zijn, dat A.F.C.
bij de Hollandsche jongens een beurt maakt als nooit
te voren. Ik zal dit niet kunnen vergeten en ik hoop, dat ik
helpen, de typisch hartelijke sfeer, die A.F.C. eigen is, te mogen
Toen ik in 't compagnies-elftal voetbalde in mijn clubkleuren, hoorde ik het „Hup
A.F.C. mogen wij juichen" met het bekende accent. Thans hoor je niets anders dan
dat A.F.C. een jofele club is, die nog eens goed om zijn leden denkt.
Want een vereeniging, die zooveel doet voor haar leden, mag van haar leden niet
anders verwachten, dan dat zij zich ten volle geven om de A.F.C. naam hoog te
houden."
Het heeft het M.C.A. niet aan appreciatie voor zijn schitterend werk ontbroken. Bij
het doorlezen van het dossier van facturen en brieven treft voortdurend een warme
toon. En dan komt de laatste factuur van de Unilever,- met inkt is hierop genoteerd:
gegireerd 10-5-'40...
De winter van '40, de eerste in de rij van drie strenge winters, die de oorlog ons
bracht, gaf last en plezier. Last aan het bestuur, want drie maanden stond de com
petitie stil, hetgeen wil zeggen, dat de uitgaven doorgingen, maar de inkomsten stop
stonden. Maar de club zelf genoot in onderling verband met volle teugen de win
tersport; zoo vonden er onderlinge hardrijderijen plaats, een clubtocht over den
Amstel kortom, men bleef contact met elkander onderhouden op sportieve en
aangename wijze. Tevens werd het 45-jarig bestaan met opgewektheid gevierd. Er
was een thé dansant in Americain, een bijzondere clubavond en een groot clubdiner;
het was het laatste diner, waaraan Schaf zou deelnemen. Toen de dooi inviel,
werden de competities hervat. Met volle kracht stevende het eerste op het kampioen
schap af, tot in den vroegen ochtend van 10 Mei 1940 de Amsterdamsche bevol
king gewekt werd door het dreunen van het afweergeschut van Schiphol Neder
land was door Duitschland aangevallen.
De A.F.C.-ers, die in militairen dienst waren, deden hun plicht. Twee onzer gaven het
hoogste offer voor het vaderland: hun leven.
68