1 X. DE ZON BREEKT DOOR. De zon, die voor A.F.C. al die jaren zich hardnekkig achter de wolken schuil gehou den had, begon deze geleidelijk met een zilver randje te belichten. Een herstel had zich eigenlijk al aangekondigd daar de resultaten van de jongere elftallen ge leidelijk aan beter waren geworden. Verschillende spelers waren opgekweekt en konden in het eerste opgenomen worden; namen als Knopper, Lungen en Wolters kwamen naar voren en zij werden gegroepeerd rond de oude kern met Piet Bos als aanvoerder. Daarbij kwam, dat we de klap van de verhuizing geleidelijk te boven kwamen. Zoo als A.F.C. eenmaal „de" club in Watergraafsmeer was, zoo werd zij nu „de" club van Amsterdam-Zuid. Dit stadsgedeelte breidde zich op indrukwekkende wijze uit en leverde alras een aardig contingent aan donateurs en aan supporters, maar vooral jongere leden, waarop wij in de toekomst konden rekenen. In November 1925 brak zich een herstel baan voor het 2de en 3de elftal, dat alras sensationeele afmetingen aannam. Ten slotte werden beide elftallen kampioen en wonnen tevens hun promotiewedstrijden. Groot was de teleurstelling, toen de Bond bekend maakte, dat het 3de elftal niet kon promoveeren. Het Bestuur protesteerde en smaakte na langdurige onderhande lingen het genoegen, zijn zienswijze door den Bond te zien gebillijkt. Men kan begrijpen, dat deze dubbele promotie geweldig enthousiasme ontke tende vooral bij hen, die alles gedaan hadden om het getij te doen keeren. Een kostelijke boottocht naar Hoorn werd georganiseerd, die ondanks bar slecht weer, een daverend succes werd en Iwaarbij o ironie van het lot de beide aanvoerders van de promo- veerende elftallen zeeziek waren als kraaien Het eerste deed het ook niet onaardig en zeer groot was het succes in den N.V.B.-beker, waarvoor we o.a. H.B.S. in het Stadion klopten. Tenslotte moes- ten we c'e v'a9 str'iken voor S.V.V. 1926—1927 werd een prachtjaar. Voor het eerst speelde het eerste elftal weer een groote rol in de competitie. De strijd ging tegen D.E.C., welke strijd de Watergraafs- meerders wonnen, toen ze ons aan de Kruislaan met 6—3 klopten, nadat A.F.C. met 30 had voorgestaan. Doch niet alleen het eerste team, ook de andere elftallen hielden zich kranig. In Januari 1927 stond het eerste op de tweede plaats, het tweede op de 1ste, het 3de op de 2e, het vierde op de 1ste, het vijfde op de 1ste, het 6de op de 4de, de adspiranten op de 2e plaats. De belangstelling voor de verrichtingen van het tweede elftal was minstens zoo groot als voor die van het eerste. Het lukte! Weer werd A.F.C. II kampioen en in spannende promotiewedstrijden met... 54

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Jubileumboeken | 1945 | | pagina 66