FF
bekroond door een bieravond in „Ober-Bayern" die tot een der leukste voetbal
festijnen werd, welke er ooit gehouden zijn. En aan de adspirant-wedstrijden tusschen
rood wit en rood zwart om de J. G. M. Bosch-plaquette.
De 50-jarige A.F.C. en haar 45-jarige zuster Ajax kunnen het nu heel wat beter met
elkaar vinden dan destijds het 20-jarige rood-zwarte meisje met haar jonger zusje in
het rood-wit, die maar net kon doen, wat ze wilde en geen rekening hield met oudere
familie. Daar zit objectief en op een afstand bekeken eigenlijk „des Pudels kern."
Van ernstiger aard was de beruchte schorsingskwestie in 1911. „De Sportkroniek" was
een actie tegen ons begonnen, omdat A.F.C. geld zou hebben aangeboden aan een
paar spelers van V.U.C. Ons bestuur ontkende pertinent, maar het eind van het lied
was, dat één onzer bestuursleden en één der betrokken spelers geschorst werd. A.F.C.
zette zich schrap en riep een buitengewone ledenvergadering bijeen, waar ook de
pers werd uitgenoodigd. Deze vergadering, die op 10 December 1911 gehouden
werd, was een volledige triomf voor het bestuur, dat in een uitvoerige brochure onder
den titel: „De schorsingskwestie" en onder het motto „Die man moet hangen (Multa-
tuli)" zijn standpunt verdedigde.
Inmiddels bleven de schorsingen gehandhaafd; bij het doorlezen van alle op die zaak
betrekking hebbende gegevens op een afstand is het overigens altijd makkelijk
oordeelen I krijgt men den indruk, dat er wellicht door een der betrokkenen „trop
de zêle" aan den dag gelegd was, maar dat van bewuste omkooperij geen sprake
was. Hoe merkwaardig de Sportpersverhoudingen toen nog waren, wordt wel geïllu
streerd door het feit, dat de Sportkroniekschrijver, zeer fel door het A.F.C.-bestuur
aangevallen, zich verdedigde door te schrijven: „Het was slechts mijn doel te weten
te komen, wat er nu eigenlijk van de verschillende door mij vernomen dingen waar
was". Hij had dus zijn beschuldigingen gelanceerd zonder daarvoor de bewijzen in
handen te hebben.
Maar ja ook de sportjournalistiek was nog jong en dartel Ook die voor „home
consumption". In de Pickles van 1911 staat glashard in een spelersbespreking: „A.F.C.
keeper. Beter aan de bittertafel dan in de goal. Anders goed. Wist tenminste de bal
len, welke naast het doel gestopt waren, terug te halen". Zoo iets had in later jaren
geen Schakelredacteur toch durven te publiceeren.
Uit die jaren dateert ook het geval, dat A.F.C. zich daadwerkelijk met de politiek
ging bemoeien. In den Gemeenteraad van Watergraafsmeer had het A.R.-lid maat
regelen bepleit tegen het „voetbalgeweld". Heel A.F.C. op haar achterste beenen I
Een paar in de Meer woonachtige leden stuurden hun belastingbiljet naar het
betrokken gemeenteraadslid met een vriendelijk briefje „of hij ook wat tegen het
belastinggeweld kon doen". Een aardig grapje, maar ons bestuur nam de zaak terecht
zeer serieus op. In Watergraafsmeer zouden gemeenteraadsverkiezingen plaats vin
den en mocht de Raad in meerderheid A.R. worden, dan dreigde het gevaar, dat het
voetballen op Zondag verboden zou worden. Het bestuur besloot nu, om de Liberale
Partij, die het Voetballen op Zondag wel goed vond (de liberale burgemeester de Wit
was onze beschermheer) financieel te steunen.
Of die paar tientjes van A.F.C. de goede Watergraafsmeersche bevolking tenslotte aan
een liberale meerderheid geholpen hebben, kan men betwijfelen. Maar het geval
bewijst weer, dat onze bestuursleden „vechters" waren, het niet bij moties of zoo lieten,
maar optraden, als ze het in het belang van A.F.C. vonden.
34
rr