Onze Promotie naar 1 B.
13
Deze nood-competitie behoefde slechts één
maal te worden verspeeld. Het bleek reeds
spoedig dat Nederland te verstandig was om
aan den redeloozen massamoord langs onze
grenzen rriee te doen, en, al was het met horten
en stooten, in 1915 herkreeg het dagelijksche
leven in Nederland weer een beetje normaal
aanzien. De N.V.B. hervatte de gewone com
petities en zoo kwamen we weer tegen onze
aloude tegenstanders, als Blauw-Wit, Spar
taan, V.U.C., E.D.O. en Alcmaria Victrix.
Blauw-Wit was verreweg superieur, sloeg A.F.C. zoo.vel uit als thuis en liet ons op de derde plaats. No. 2
werd Spartaan, die in den loop der jaren steeds merkwaardig weinig in kracht met ons verschild heeft.
Inmiddels waren we een beetje op het tweede plan gekomen.
Ajax was weer uit de eerste klasse verdrongen en bouwde nu aan haar elftal, dat
gedurende drie seizoenen zou blijken onverslaanbaar te zijn. De rood-witten bewezen dat reeds in 19161917,
door ongeslagen te eindigen met een record-score van 674. Toch wist ons team, dat inmiddels in spelers
als Bornemann, Doets en Kooij een zeer waardevolle kern gevonden had, Ajax de handen vol werk te geven,
onze beide wedstrijden tegen onze buren hadden een 31 en een 21 tot resultaat.
We waren al heel blij, dat we nummer 3 eindigden, want als No. 3 hadden we zoowaar promotiekans.
De Bond had besloten over te gaan tot het instellen van een tweede Westelijke eerste klasse. In deze
klasse zouden geplaatst worden de laatste der bestaande eerste klasse (in casu Hercules), de no. 1 en 2 van
de vier tweede klasse afdeelingen (dat waren uit onze afdeeling Ajax en de Spartaan, en No. 1 van een
geheele competitie, te verspelen door de vier nummers drie. Vol moed werd de strijd aangevangen tegen
Feijenoord, 't Gooi en S.V.V. Het ging aanvankelijk van een leien dakje. A.F.C. sloeg S.V.V. thuis met 30,
Feijenoord uit met 20, liet een steek vallen tegen 't Gooi, (11; we konden nooit van 't Gooi winnen),
verpletterden in Schiedam S.V.V. met 50Nog één punt uit twee wedstrijden en we waren 1ste klasser.
Dat puntkwam niet! In het oude Stadion stonden we tegen Feijenoord tot twintig minuten voor tijd
voor met 10. Toen raakte ons elftal de kluts kwijt en Feijenoord won nog met 21. De week daarop
moesten we in een midzomersche temperatuur naar Hilversum om te trachten tegen 't Gooi althans gelijk te
spelen. Honderden supporters begeleidden ons, doch nöcli de snelle rushes van Wim Welsch, nóch het intel
ligente spel van Toon Kooij, nóch het fameuse doelverJedigen van Bornemann mochten baten't Gooi
won met 10 en voor de zooveelste maal greep A.F.C er naast. De eindstand van deze competitie luidde
als volgt:
Dit was voor de vereeniging een zware slag;
Ajax, de Spartaan, V.V.A. en Amstel promo
veerden. A.F.C. zou blijven in een afgeroomde
tweede klasse, die den naam tweede klasse
eigenlijk niet mocht dragen. Een gelukkig
toeval redde ons: het bleek namelijk dat
Feijenoord eigenlijk aan de heele promotie
competitie niet had mogen meedoen. D.V.S. had inmiddels een protest gewonnen van Neptunus en had nu in
de gewone competitie één punt meer dan Feijenoord. Goede raad was duur; men kon 't Gooi de moeizaam
verworven promotie moeilijk afnemen. Maar D.V.S moest ook recht gedaan worden. Toen kreeg de alge-
meene vergadering van den N.V.B. een gulle bui: besloten werd, de beide eerste klasse afdeelingen uit te
breiden tot 12 clubs. Hercules werd dus in de bestaande 1ste klasse gehandhaafd en men plaatste Ajax
eveneens in die afdeeling. Men had dus in 1 B vier plaatsen over en die werden nu toegewezen aan A.F.C.,
Feijenoord, S.V.V. en D.V.S. Nu was iedereen tevreden gesteld! Wat ons tien jaren lang op het laatste nip
pertje op het groene veld ontgaan was, kregen we nu cadeau van achter de groene tafel!
Dat eerste seizoen in 1 B is het gekste, zenuwsloopendste en opwindendste geweest dat A.F.C. ooit
meemaakte. Ge weet, dat A.F.C. kampioen geworden is, maar in het begin van het seizoen had niemand daar
erg in! Er werd eens gewonnen, er werd eens verloren en we stonden ongeveer in het midden. De geest
werd pas goed vaardig over A.F.C., nadat tweemaal een 40 voorsprong werd teniet gedaan. Eerst
tegen Amstel, dat tien minuten voor tijd bij een 40 achterstand het veld uitliep wegens regen. De kranten
meldden een 90 overwinning (4—0 en 5 wegens staken van Amstel), doch de Bond besliste, dat overge
speeld moest worden. De tweede maal gebeurde het tegen de Spartaan, toen scheidsrechter Willing, bij een
stand van 40 voor A.F.C. affloot wegens mist.
Deze tegenslagen prikkelden ons elftal tot het uiterste en een moordende eindspurt met de Spartaan
werd ingezet. Deze strijd vond zijn climax op 7 April. Spartaan moest naar D.V.S., wij ontvingen Amstel.
Won A.F.C., dan waren we kampioen, en was Amstel gedegradeerd. Verloor A.F.C., dan was de Spartaan
kampioen en Amstel behouden. Twee volkomen van de kook zijnde elftallen begonnen te spelen. De stand
Ajax
16
12
2
2
26
39—12
Spartaan
16
9
2
5
20
39—17
A.F.C.
16
9
2
5
20
29—19
Blauw Wit
16
10
6
20
31—22
V.R.C.
16
7
3
6
17
34—36
D.E.C.
16
6
10
12
17—37
V.V.A.
16
5
11
10
29—44
H.F.C. II
16
4
2
10
10
32—47
Haarlem 11
16
3
3
10
9
22—38
't Gooi
6
3
2
1
8
8—4
A.F.C.
6
3
1
2
7
12—4
Feijenoord
6
3
1
2
7
9—6
S.V.V.
6
1
5
2
2—1'