1895 - 18 JANUARI -1930
Als deze feestschakel onder de oogen van de talrijke A.F.C.-ers en belangstellenden
komt, zal de A.F.C. weldra den dag herdenken waarop zij vóór 35 jaar werd opgericht.
Men kent de geschiedenis ,van de oprichting; bij het 30-jarig jubileum werd een en
ander uitvoerig in de „Schakel" verhaald.
Wat al herinneringen komen ons voor den geest. Ons eerste veld in het Willemspark,
thans Koningslaan geheeten, daarna naar de Tolstraat achter het voormalige Raadhuis van
Nieuwer-Amstel; vervolgens naar den Ringdijk, resp. Boerderij „Eykelhof", en daarna naar
hoeve „Goed Genoeg" bij Oostveen in de Meer.
Daar hebben wij inderdaad onze allerbeste jaren gehad. Hoewel aanvankelijk het succes
uitbleef, we waren herhaaldelijk No. 2 in onze 2e klasse afdeeling wisten we toch
tenslotte het kampioenschap te behalen en te promoveeren naar de eerste klasse, waarin wij
twee achtereenvolgende seizoenen het afdeelingskampioenschap behaalden.
Onze nieuwe terreinen aan den Zuidelijken Wandelweg, 4 December 1920 door onzen
tegcnwoordigen Burgemeester geopend, hebber, de A.F.C. wat het eerste elftal betreft
heel weinig succes opgeleverd. Zonder ons te kunnen verdedigen, belandden wij via de over
gangsklasse in de 2e klasse, waarin wij de laatste seizoenen het heel zwaar te verantwoorden
hebben gehad.
Zoo ook dit seizoen, nu wij medio December op de laatste plaats staan. Dat mag en kan
zoo niet blijven.
Nog is uitkomst mogelijk, doch dan allen energiek aangepakt en volgehouden tot
het einde.
In het jaar, waarin we ons 7de lustrum wel is waar in allen eenvoud vieren, mag
en kan onze A.F.C. toch niet naar de derde klasse verhuizen.
Onze wederzijdsche vriendschap, die gezellige kameraadschappelijke omgang der leden
onderling heeft van de oprichting af tot op het huidige oogenblik bestaan.
Moge het ons ijverig, verjongd Bestuur, onder leiding van onzen energieken Voorzitter
Galavazi, gegeven zijn, de vriendschappelijke verhouding der leden onderling en ook die van
de A.F.C. tegenover de Bonden en Vereenigingen te doen blijven voortduren, dan moet en
zal het oude rood-zwart weer spoedig van zich doen spreken. Ieder werke daartoe mede.
En welk een voldoening bij behaald succes te mogen denken; „Ook ik heb, hoe bescheiden
ook, mijn steentje hiertoe bijgedragen."
G. N. SCHEEPENS.
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!
2 -